Persvrijheid + invloed media WHY magazine

Welkom
1. Actualiteit
2. Planning deze week
3. Check LVB
4 WHY magazine
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GMFMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
1. Actualiteit
2. Planning deze week
3. Check LVB
4 WHY magazine

Slide 1 - Tekstslide

Vierde macht?
1. Wat is het belang van persvrijheid?
2. Welke vier begrippen zetten persvrijheid onder druk? Noem voorbeelden. 

Slide 2 - Tekstslide

Waarom wordt de journalistiek/ pers de vierde macht genoemd?

Slide 3 - Open vraag

Persvrijheid
Nederland op plaats 6, waarom?
Mechanismen in de media die zorgen voor onvolledig beeld?

Persvrijheid = bots met censuur?


Slide 4 - Tekstslide

Manipulatie 
Stelling: ‘Zodra ik je uitgelegd heb wat manipulatie betekent, mag ik je in alle vrijheid manipuleren.’




Slide 5 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van manipulatie.

Slide 6 - Open vraag

Propaganda
Het overtuigen van mensen voor een bepaald standpunt/ aanprijzen van opvatting

Slide 7 - Tekstslide

Indoctrinatie
Opzettelijk verdraaien van de boodschap en de feiten weglaten. Veel herhaling en eenzijdige berichtgeving.

Is geloof een vorm van indoctrinatie?

Slide 8 - Tekstslide

(Huis)werk woensdag 12/1
1. Geef antwoord op checks van p.6
2. Maak vraag 1 en 2 van p. 7 en maak vraag 3 als je hier meer van wilt weten.
3. Lees p.18 + 19 alvast door
4. Check je LVB in SOM 

Slide 9 - Tekstslide

Welkom
1. Actualiteit
2. Check huiswerk
3. Invloed van de media
4. Aan de slag 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

Wat is het belang van persvrijheid (check 1)

Slide 12 - Open vraag

Stelling 1: Censuur is het tegenovergestelde van persvrijheid
Stelling 2: Propaganda is het overtuigen van mensen voor een bepaalde opvatting
A
Beide juist
B
Beide onjuist
C
Stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist
D
Stelling 2 is juist, stelling 1 is onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Stelling 1: Indoctrinatie is minder ernstig dan propaganda
Stelling 2: Indoctrinatie kan plaatsvinden via propaganda
A
Beide juist
B
Beide onjuist
C
Stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist
D
Stelling 2 is juist, stelling 1 is onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Video

1. Noteer de definitie van de theorie 

2. Zoek een afbeelding bij de theorie

3. Zoek een actueel voorbeeld bij de theorie. 
Theorieën  
1. Cultivatietheorie
2. Agenda-theorie
3. Framing
4. Opinieleiderstheorie
5. Injectienaaldtheorie

Slide 16 - Tekstslide

Cultivatietheorie


Slide 17 - Open vraag


Agenda-theorie

Slide 18 - Open vraag

Framing

Slide 19 - Open vraag

Opinieleiderstheorie

Slide 20 - Open vraag

Injectienaaldtheorie

Slide 21 - Open vraag

(Huis)werk
Noteer de belangrijkste begrippen van de WHY artikelen (p. 6 en p.18)

Maak vraag 2b en tweede deel van vraag 3. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide