Im Restaurant

Sprechen
im Restaurant
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Sprechen
im Restaurant

Slide 1 - Tekstslide

Im Restaurant

Slide 2 - Tekstslide


das 
Messer

der 
Löffel

die
Gabel

der 
Teelöffel

Slide 3 - Sleepvraag

'Im Restaurant' 

Ihr seht gleich ein Videobeispiel. 

Wie bestellt man etwas und wie bezahlt man?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wie sagt man....?
Hoe zeg je....?

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het juiste Duitse woord voor menukaart
A
die Menükarte
B
die Karte
C
die Esskarte
D
die Speisekarte

Slide 7 - Quizvraag

Er zijn verschillende manieren om in een Duits restaurant aan te geven, dat je iets wilt bestellen. Welke manier is onjuist?
A
Ich hätte gerne
B
Ich will
C
Ich nehme
D
Ich möchte gern

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent het als de ober zegt:
Ok, kommt sofort!
A
Ok, ik kom eraan!
B
Ok, ik ga het (meteen) halen!
C
Ok, nog even een momentje!

Slide 9 - Quizvraag

Hoe zeg je in het Duits: We willen graag betalen.
A
Wir möchten zahlen, bitte!
B
Zahlen sofort!

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het juiste Duitse woord voor 'fooi'?
A
Tip
B
Bar zahlen
C
Trinkgeld

Slide 11 - Quizvraag

Im Restaurant
Wie fragt man das?

Slide 12 - Tekstslide

Je komt een restaurant binnen en vraagt de ober om een tafel voor 2 personen.
timer
1:30

Slide 13 - Open vraag

Je vraagt om de menukaart.
timer
1:30

Slide 14 - Open vraag

Je bestelt eenmaal een bord salade met patat en karbonade en 1 pizza. Om te drinken: 1 Cola en 1 water.
timer
2:00

Slide 15 - Open vraag

Je hoort dat de karbonade op is, daarom vraag je een schnitzel.
timer
1:30

Slide 16 - Open vraag

Je zegt dat je nog een toetje wilt en vraagt nog om 2 maal aardbeiensorbet met slagroom.
timer
1:30

Slide 17 - Open vraag

De ober vraagt of het gesmaakt heeft en jij antwoordt dat het uitstekend heeft gesmaakt en vraagt om de rekening.
timer
1:30

Slide 18 - Open vraag

Je zegt dat het goed was, je betaalt en geeft een fooi en neemt afscheid.
timer
2:00

Slide 19 - Open vraag