1.3 Economische ontwikkelingen

1.3 Economische ontwikkelingen
Tijd van burgers en stoommachines
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.3 Economische ontwikkelingen
Tijd van burgers en stoommachines

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les...
  • Kun je uitleggen hoe de nijverheid er in Nederland uitzag voor de Industriële revolutie.
  • Kun je uitleggen wat Tranistohandel is en hoe dit voor Nederland mogelijk werd.  

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog van 1.2?

Slide 3 - Open vraag

Verschil
  • Rond 1800 waren er in de Nederlandse landbouw grote regionale verschillen.

  • Veel zelfvoorzienend in eigen behoeften.

Slide 4 - Tekstslide

1850
  • Halverwege de 19e eeuw veranderde veel:
  1. Betere verbindingen
  2. Meer export
  3.  Luxe producten ==> basisvoedsel goedkoper==> West-Europeanen meer geld voor producten zoals suiker, zuivel, vlees etc. 

Slide 5 - Tekstslide

Laat
  • Engeland begon met de industrialisatie 
  • Nederland was erg langzaam.
  • Rond 1800: gericht op de binnenlandse markt.
  • Water- en windmolens

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Laat (2)
  • Economische groei in de nijverheid pas rond 1850.
  • Oost- & Zuid-Nederland: Lonen laag ==> industrieën waar veel arbeidskracht nodig is
  • Bijv: wolindustrie Tilburg

Slide 8 - Tekstslide

Transitohandel
  • Vrijhandel: wetten worden afgeschaft die de handel sterk belemmeren.
  • Verbeterde transport: Nederland kon profiteren van zijn gunstige ligging (rivieren + Noordzee).
  • NL werd doorgeefluik van EU==> Transitohandel (doorvoerhandel)

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk
Maken paragraaf 1.3 opdracht 2, 3, 6, 7 en 13

Slide 10 - Tekstslide