Pronunciación, números, verbo tener

¡Bienvenidos!
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

¡Bienvenidos!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoy es viernes 29 de septiembre de 2023

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plan de hoy
  • El alfabeto (Parte 2)
  • Los colores
  • Los números 
  • El género: masculine/femenino

 PROYECTO
  • Los Países Hispanohablantes



¡Buenos
días!
Cómo estáis?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

The pronunciation of the Spanish letters
De uitspraak van de Spaanse letters
Cuaderno de actividades
Página 1-3-4
H = spreek je niet uit
J = spreek je uit als een 'g'
LL = spreek je uit als een 'j'
V = spreek je uit als een 'b'

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitspraak
v = b  Valencia
ll = j  amarillo
j = g  Juan
ñ = nj  España
h = ..  hola
u = oe  Cuba 
ch = tsj  Chile
Página 8

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

¡Practicamos! Let's practice
Barcelona es la capital de Cataluña
Vicente vive en Valencia
Juan es el hermano de Javier
El aeropuerto está cerca del centro
El perro de Ricardo se llama Bruno
¿Cuántos años tienes?
Carlota está de vacaciones en México

Slide 6 - Tekstslide

Oefenen met de uitspraak. De studenten zeggen een paar zinnen voor. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

los números 1 - 6
uno - dos - tres  

cuatro - cinco - seis


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

los números 7 - 10
siete 
ocho
nuev
diez 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

los números 11 - 13
onc

doce

trece

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

los números 14 - 16
catorce

quince

dieciseis

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

los números 17 - 20
diecisiete
dieciocho
diecinueve
veinte

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

    Lee los números de vuelo y destino(bestemming):

                    1.KLM KL1861 con destino Dusseldorf
                    2.Transavia HV5671 con destino Ibiza
                    3.Tui Fly OR575 con destino Lanzarote 
                    4.Iberia 1130 con destino Barcelona
                    5.Easyjet EZS1356 con destino Ginebra
                    6.AirFrance AF1441 con destino París
               7.Turkish Airlines TK1954 con destino Ankara
                    8.Lufthansa LH2309 con destino Munich


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tener/To have
tener = to have/hebben


yo
tengo
tienes
él, ella, usted
tiene
nosotros
tenemos
vosotros
tenéis
ellos, ustedes
tienen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de Spaanse woorden naar de juiste kleuren.
amarillo
azul
negro
gris
rojo
verde
blanco
naranja
rosa
marrón

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Viernes 29 de Septiembre
Plan de hoy
  1. Repaso Verbo TENER
  2. Los países hispanohablantes QUIZ
  3. If time, Juego!Game!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebruik de juiste vorm van tener. 
1. tiene
2. tenemos
3. tengo, no tengo, tengo
4. no tenemos
5. tiene
6. tiene
7. no tienen, tienen
8. tenemos

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nouns
masculino
nouns ending with -o 
also: -or, -i
feminino
Nouns ending with -a 
also: -sión, -ción, -dad, -tad

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

el
la 
hombre
chica
abeja
mujer
libro
casa
jamón
coche

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Game Spot-it
Tres personas
2 compete to spot the object that person 3 says

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

9.30-9.40

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Ejercicio: forma el feminino
Write the femenine form of the following words
Schrijf de vrouwelijke vorm op van onderstaande woorden:
Por ejemplo: el león -> la leona
1. el alumno                     6. el hermano
2. el gato                           7. el camarero
3. el hijo                            8. el mono
4. el doctor                      9. el estudiante
5. el compañero          10. el cantante

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

SER= zijn

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

The definite article 
"the"
masculine
feminine
singular
el
la
plural
los
las

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

The indefinite article 
"a/an"
masculine
feminine
singular
un
una
plural
unos
unas

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plural 

  • When a noun ends with a vocals (A/E/O/U/I)?    +s
  • When a noun does not end with a vocals?         +es


La mesa        >    Las mesas                    Un hotel        >   Unos hoteles 
El cocinero    >    Los cocineros               Una ciudad   >   Unas ciudades
Don't forget to adjust the article as well!!

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verbos regulares 
-ar, -er, -ir



Hablar
(to talk)
For the conjugation of regular verbs:
1. remove the last two letters of the verb. This leaves you with the STEM
2. add the correct ending per person behind the stem

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Un poco de geografía y cultura

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. sois, somos
2. es, soy
3. somos
4. sois, somos
5. eres, soy
6. son
Kies de juiste vorm van SER

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OBJETIVOS DE ESTA CLASE
  • SLAGEN
  • MINIMAAL EEN 7 HALEN
  • MIJN SPAANS VERBETEREN

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoy es.................. 
 31 de ................
HOY ES
LA FECHA
TENGO UNA PREGUNTA
¿ES UN DÍA ESPECIAL PARA ALGUIEN?

alguien= iemand

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies