herhalen en oefenen thema 10

herhalen en oefenen thema 10
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

herhalen en oefenen thema 10

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tertiaire geslachts-kenmerken

Verschillen tussen jongens en meisjes 
in kleding, denken en gedrag.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

-  

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hypofyse
Dit is de hormoonklier in de hersenen die de aanmaak van de geslachtshormonen stimuleert

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Testosteron en oestrogeen

Slide 9 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Transgender of transseksueel
Iemand die zich niet thuis voelt in zijn lichaam: transgender

Ongemakkelijk voelen in eigen lichaam = genderdysforie

Iemand die van geslacht verandert: transseksueel

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Met wie ga je om? Dit hangt af van waarden en normen
  • Waarden geven aan wat je belangrijk vindt,
  • bv. trouw/ eerlijkheid.

  • Normen geven aan wat je juist wel of niet doet,
  • bv. je laat je vrienden nooit in de steek. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar vallen mensen op?
Heteroseksueel: verliefd op het andere geslacht.
Homoseksueel: verliefd op hetzelfde geslacht.
Biseksueel: verliefd worden op beide geslachten.
Aseksueel: geen seksuele aantrekkingskracht ervaren.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Seksueel geweld
  • Ongewenste intimiteiten (aanrakingen tegen de zin van iemand zoals bijvoorbeeld billen knijpen).

  • Aanranding (met geweld of onder bedreiging seksuele handelingen bij iemand uitvoeren).

  • Verkrachting (tegen de zin van iemand en vaak met geweld geslachtsgemeenschap hebben).

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een SOA?
Seksueel overdraagbare aandoening (geslachtsziekten)
Kan veroorzaakt worden door: 
virussen, bacteriën of schimmels. 

Besmettelijk via -->
vaginale seks (via de vagina)
anale seks (via de anus)
orale seks (via de mond)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hepatitis B, syfilis en hiv 
(het virus waar je de ziekte aids van kunt krijgen)
Kunnen ook op andere manieren worden overgedragen:

  • Via bloed: je kunt daarom besmet raken door het gebruik van besmette drugsnaalden of door een onhygiënische piercing of tatoeage (bron 3).
  • Van moeder op kind tijdens de zwangerschap, geboorte en via de borstvoeding.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veilig vrijen 
Je vrijt veilig als je:

elkaar streelt, tongzoent, knuffelt, elkaar met de hand bevredigt of jezelf bevredigt;

bij geslachtsgemeenschap altijd een condoom gebruikt

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hersenen veranderen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praten
Gebied van Wernicke: betekenis van woorden herkennen.
Gebied van Broca: praten en grammatica.

Gebied van Wernicke rijpt eerder, dus kinderen
begrijpen eerder de betekenis. Later beginnen
ze pas met zelf praten en zinnen vormen.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Frontaalkwab
Frontaalkwab: plannen, beslissingen nemen en emoties reguleren. Ontwikkelt in puberteit verder:
  • beter taken plannen en info onthouden.
  • meer bewustzijn over gevolgen van gedrag.


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Limbisch systeem
Limbisch systeem: reageert op emoties en beloningen. 
Pubers zoeken hierdoor naar een 'kick', zonder altijd 
rekening te houden met de gevolgen.

Rijping van hersenen verschilt per persoon, maar rond 25e bij iedereen 'af'. Je kunt dan nog steeds dingen leren! Door te oefenen/leren maken je zenuwcellen nog steeds nieuwe verbindingen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waaraan kun je zien bij de geboorte of de baby een meisje of een jongen is?
A
Aan de secundaire geslachtskenmerken.
B
Aan de tertiaire geslachtskenmerken.
C
Aan de primaire geslachtskenmerken.

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De brede heupen en okselhaar zijn...
A
Primaire geslachtskenmerken
B
Secundaire geslachtskenmerken
C
Tertiaire geslachtskenmerken

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vrouwelijke mestkalveren worden soms illegaal ingespoten met hormonen. Er is dan een grote opbrengst.
Welk van de volgende hormonen zal men waarschijnlijk inspuiten om meer vlees te krijgen?
A
Progesteron
B
Oestrogeen
C
FSH
D
Testosteron

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef antwoord op de volgende slide.

Slide 25 - Tekstslide

4 2 1 5 3 
Geef hier antwoord op de vorige slide.

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de plek in het bot waar nieuwe botcellen gevormd worden?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Een vriendin vraagt om advies. Ze gebruikt de pil en vroeg zich af of ze goed beschermd is tegen zwangerschap en SOA's. Wat is je advies? Leg uit.

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als iemand dronken is kan die persoon minder goed recht lopen. Welk deel van de hersenen werkt dan minder goed? Leg uit.

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als iemand dronken is worden emoties versterkt. Waar in de hersenen zitten je emoties?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijdens het sporten gaat je hartslag omhoog. Waar in de hersenen wordt dat geregeld?

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom stop je met groeien als je ouder bent?

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Een man wilt een vrouw worden. Welk hormoon moet hij dan via medicatie krijgen? leg uit.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

op de volgende slide staan 2 linkjes
kies 1 van de 2 linkjes om te bekijken/oefenen tot de bel

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Link

Deze slide heeft geen instructies