i.o 2 bekappen en afwerken beslagen voet

I.O. 2 bekappen en afwerken beslagen voet

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
nederlands LessonUpMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

I.O. 2 bekappen en afwerken beslagen voet

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze i.o.
  • Je kunt een paard vierkant opstellen om de beenstanden te beoordelen.
  • Je kunt de beenstanden van een paard beoordelen van de zijkant, voorkant en achterkant.
  •  Je kunt een beslagen voet afwerken.
  • Je kunt de hoefsmid assisteren bij het bekappen en beslaan van een pony of paard.
  • Je kunt kreupelheden signaleren.

Slide 2 - Tekstslide

Werkwijze -voorbereiden-
1. Bespreek met je praktijkopleider (de hoefsmid) wanneer je de werkzaamheden uit kunt voeren.
2. Vraag aan je praktijkopleider en/of een collega wanneer hij een paard opstelt, of jij vervolgens de beenstand mag beoordelen en/of je hier een foto van mag maken.
3. Bereid werkplek voor:
• zet de benodigde gereedschap, hulpmiddelen en materialen klaar;
• zet het paard/de pony vast.



Slide 3 - Tekstslide

Uitvoeren
4. Houd bij alle behandelingen rekening met dierenwelzijn en hanteer altijd de veiligheidsvoorschriften.
5. Stel een paard op en vraag de praktijkopleider de beenstanden te beoordelen.
6. Beoordeel de beenstand van een, door de praktijkopleider of collega opgesteld paard van de zijkant, voorkant en achterkant. Maak ook drie foto’s van deze beenstand.
Check allereerst of het paard is opgesteld op een vlakke ondergrond waarbij het paard vierkant is opgesteld. Beoordeel minimaal 3 paarden!
7. Assisteer de praktijkopleider bij het bekappen en/of beslaan van een pony/paard.

Slide 4 - Tekstslide

afwerken beslagen voet
8. Werk 5 beslagen voeten van verschillende paarden af op de volgende manier:
• zorg dat de scherpe hoekjes verwijderd zijn;
• knip de nagels af;
• vijl de draagrand;
• bewerk de nagelgaten;
• verzorg de hoef (olie/vet);
• maak foto’s van de afgewerkte voet;
• laat de afwerking van de beslagen voet beoordelen door de praktijkopleider, je kunt hiervoor het beoordelingsformulier ‘afwerken beslagen voet’ gebruiken. Deze wordt minimaal 5 keer ingevuld (5 verschillende voeten).
9. Signaleer wanneer een paard kreupel is en meld dit bij de praktijkopleider.

Slide 5 - Tekstslide

Na afloop
• verplaats het paard/de pony;
• ruim de werkplek netjes op;
• berg de gereedschap en de apparatuur gebruiksklaar op.
11. Evalueer met de praktijkopleider hoe de door jou verrichte werkzaamheden zijn uitgevoerd.  

Slide 6 - Tekstslide

Verslag
12. Verwerk je overzicht van de verschillende beenstanden van minimaal 3 paarden inclusief foto’s in het IO-verslag en voeg een beschrijving van deze beenstanden toe.
13. Maak een overzicht van de afgewerkte vijf paar voeten van verschillende paarden en de beoordeling hiervan door de praktijkopleider en voeg ook deze foto’s en beoordelingsformulieren toe aan het IO-verslag.
14. Het IO-verslag voldoet aan de richtlijnen zoals die zijn behandeld bij het vak Nederlands. Zie checklist bijlage 1 en bijlage 2.

Slide 7 - Tekstslide

Producteisen
• Het paard is op de juiste wijze opgesteld.
• De beenstand van minimaal 3 verschillende paarden zijn beoordeeld.
• De twee beslagen voeten van minimaal 5 paarden zijn op de juiste manier afgewerkt.
• De hoeven worden op de juiste manier afgewerkt.
Proceseisen
• De werkplek is ingericht en na afloop weer opgeruimd.
• Er wordt gekeken naar de gewenste beenstand van paarden en pony’s.
• Er wordt rekening gehouden met het dierenwelzijn.
• De veiligheidsvoorschriften worden gehanteerd.
• Kreupelheid is (indien van toepassing) gesignaleerd.

Slide 8 - Tekstslide

Dagplanning
Naam bedrijf: ______________
 Datum:
Tijd
Van – tot -- uur Werkzaamheden per dag
Korte beschrijving van de werkzaamheden Opmerkingen
Waar moet jij aan denken bij het uitvoeren van de werkzaamheden? Verantwoordelijke
Wie gaat de werkzaamheden uitvoeren? En wie gaat deze controleren?
Overige, aanvullende werkzaamheden, die je altijd kunt uitvoeren als je het even niet meer weet* :
* Beschrijf werkzaamheden en de tijd die je er over mag doen
Naam en handtekening opdrachtgever/eigenaar:
























Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

evaluatie dagplanning
• Wat ging er goed?
• Wat kan er een volgende keer beter?
• Welk onderdeel kostte meer tijd dan jij had verwacht?
• Zijn er nog zaken tussendoor gekomen die niet in de planning stonden? Zo ja, welke?
• Zijn alle werkzaamheden verricht volgens de planning? Leg uit.
• Wat heb je specifiek geleerd van deze dag, als het gaat om de opdracht van deze IO?
• Samenwerking:
• Wat vind je van de samenwerking? Hoe is deze verlopen?
• Wat was jouw eigen bijdrage vandaag?

Slide 12 - Tekstslide

schema te beoordelen paarden op exterieur en de beenstanden
In het schema komen de volgende onderwerpen per paard aan bod (naam van het paard, maak het signalement op van het paard, voor welk gebruiksdoel wordt dit paard ingezet?):
• 3 foto’s voor, zij en achterkant waarbij het paard correct is opgesteld;
• naam paard;
• geslacht;
• ras;
• leeftijd;
• hoogte;
• kleur;
• aftekeningen;
• gebruiksdoel.

Slide 13 - Tekstslide

De werkplek 
Geef in een korte beschrijving weer waar een goede werkplek aan moet voldoen. Geef aan waarom de beschreven werkplek voor jouw ideaal is.

• Richt jouw eigen werkplek in voor het bekappen en afwerken van de beslagen voet.
• Zet het paard of de pony op de correcte wijze vast. En maak een foto van dit geheel.
• Voeg deze foto toe aan het verslag.
• Ruim de werkplek ook weer netjes op en maak ook hier een foto van.
• Voeg de foto’s van het inrichten van jouw werkplek én het opruimen van jouw ideale werkplek toe aan het verslag.





Slide 14 - Tekstslide

Beenstanden
Let op dat je de beenstanden van de drie paarden van verschillende posities beoordeelt en dit ook beschrijft. Dus je geeft een beoordeling van:
- De beenstand van de voorbenen van voren gezien
- De beenstand van de voorbenen van opzij gezien
- De beenstand van de achterbenen van achteren gezien
- De beenstand van de achterbenen van opzij gezien

Slide 15 - Tekstslide

Evaluatie beoordeling paarden
Schrijf per paard een evaluatie over de beoordeling. Waar verschilden jij en jouw praktijkopleider van mening? En wat beoordeelden jullie hetzelfde? Hoe zijn jullie tot deze conclusie gekomen en hoe ga je als smid om met de bevindingen? Denk hierbij aan de volgende vragen:
• Ga je de beenstand veranderen?
• Zo ja, hoe ga je de beenstand of voetstand veranderen?
• Meld je afwijkende beenstanden of voetstanden bij de eigenaar?
• Zo ja, waarom wel? Of zo nee, waarom niet?
• Wat is het voordeel van het aanpassen van de been – of voetstand en wat is het nadeel hiervan? Óf wat kan een valkuil zijn wanneer je een been – of voetstand wilt gaan aanpassen?


Slide 16 - Tekstslide

Je assisteert de praktijkopleider in het bekappen en beslaan van het paard.

• Benoem 10 algemene normen waar een normale hoef aan moet voldoen.
• Waar moet je op letten bij het uitsnijden van de straal?
• Waar moet je op letten bij het bekappen van een paard?
• Wat betekent het als een paard ondergeschoven verzenen heeft?
• Wanneer spreken we van een paard met een steile hoef?
Wanneer heeft een paard een bokhoef?
• Hoeveel graden is een normale voetas? En hoe meet je dit?
• De hoornschoen bestaat voor 40% uit water benoem 4 verschillende manieren om de hoef regelmatig nat te laten worden.
• Benoem de volgorde van bekappen (4 stappen).
• Waar let je op als je de maat opneemt van het hoefijzer?
• Waar moet je rekening mee houden als je het ijzer pas maakt?
• Welke stappen volg je bij het nagelen?
• Waar let je op bij het nagelen?









Slide 17 - Tekstslide

5 beslagen voeten afwerken
• Zorg dat de scherpe hoekjes verwijderd zijn.
• Knip de nagels af.
• Vijl de draagrand.
• Bewerk de nagelgaten.
• Verzorg de hoef (olie/vet).
• Maak foto’s van de afgewerkte voet.
• Geef per foto een korte beschrijving van de door jou uitgevoerde werkzaamheden
• Laat de afwerking van de beslagen voet beoordelen door de praktijkopleider, je kunt hiervoor het beoordelingsformulier ‘afwerken beslagen voet’ gebruiken.
Het beoordelingsformulier wordt minimaal 5 keer ingevuld!



Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Kreupelheden signaleren

Je kunt gebruik maken van de volgende vragen:
• Hoe ga je om met de klant?
• Hoe vertel je netjes aan jouw praktijkbegeleider dat het paard niet correct loopt?
• Wat zijn de meest voorkomende kreupelheden?
• Hoe stel je een diagnose vast?
• Wat is een anamnese?
 Mocht je deze periode een kreupel paard tegen zijn gekomen, laat dit opnemen in de beoordeling gedaan door de praktijkopleider en laat dit ondertekenen.


Slide 20 - Tekstslide

zelf evaluatie 

• Heb ik mijn doel bereikt?
• Wat heeft mij geholpen bij het bereiken van mijn doel?
• Wat is niet gegaan zoals ik vooraf bedacht had? Waarom?
• Wat kan ik de volgende keer anders/slimmer/beter aanpakken?
• Waren mijn doelen realistisch?
• Heb ik op tijd hulp ingeschakeld?
• In hoeverre heb ik mij aan mijn planning gehouden?
• Wat kan ik m.b.t. planning de volgende keer verbeteren?




Slide 21 - Tekstslide

Evaluatie met de praktijkopleider
• Hoe was de beginsituatie?
• Was voor iedereen de opdracht duidelijk?
Het verloop (de opdracht)
• Hoe verliep de opdracht?
• Is er voor de juiste aanpak gekozen?
• Wat ging er goed?
• Wat kon er beter?
• Wat kun je doen om de volgende keer de opdracht nog beter uit te voeren?
Het resultaat (uiteindelijke beoordeling afwerken voet)
• Ben je blij met het resultaat?
• Heb je de kwaliteit geleverd die je wilde leveren?
• Zijn er nog tips om jezelf te verbeteren?



Slide 22 - Tekstslide

De reflectie
• Hoe heb je bereikt wat je hoopte te bereiken?
• Wat had je verwacht van deze IO?
• Waar ben je tegenaan gelopen tijdens de opdracht?
• Waar ben je beter in geworden de afgelopen periode?
• Waar ben je het meest trots op?
• Hoe ga je het geleerde toepassen in de praktijk?

Slide 23 - Tekstslide