2.3 Ruimte voor de rivier

2.3 Ruimte voor de rivier

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2.3 Ruimte voor de rivier

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel(en)
Aan het einde van de les kan je:
(11) de doelstellingen en maatregelen van
       "Ruimte voor de Rivier" benoemen, verklaren en herkennen;

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Benodigde voorkennis 
Je weet wat dijkverzwaring en
                 verhoging is;
Je weet wat terpen zijn;
Je weet wat binnen- en buitendijkse
                 gebieden zijn;
Je weet waarom internationale
                 samenwerking noodzakelijk is;

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krib
Dijkverhoging
Terp

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het grote plaatje

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beperkingen dijkverzwaring


Waarom kan je een dijk niet 
oneindig 
hoog en breed maken?
De dijk zal uiteindelijk onder zijn eigen gewicht wegzakken in de slappe ondergrond.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat dan wel?
Beleid "Ruimte voor de Rivier"

Vier doelstellingen
1. Verlagen overstromingsrisico
2. Verbeteren leefbaarheid 
3. Versterken van de landbouw
4. Verbeteren natuur

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Binnen- en buitendijkse gebieden
Buitendijkse maatregelen
1. Rivierbedverruiming
2. Rivierbedverdieping
3. Uiterwaardvergraving
4. Nevengeul
5. Kribverlaging
6. Dijkverlegging
7. Obstakelverwijdering

Binnendijkse maatregelen
8. Retentiebekken
9. Noodoverloopgebied

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Buitendijkse maatregelen
Uiterwaardvergraving
Het geheel of gedeeltelijk afgraven van de uiterwaard zodat er meer water in het winterbed past.
Nevengeul
Relatief kleine geul die min of meer evenwijdig aan de hoofdgeul loopt en die bij een gemiddelde waterstand en bij laagwater niet of nauwelijks water afvoert, maar die bij hoogwater de afvoercapaciteit van de rivier vergroot.
Verdieping
Het uitbaggeren van het zomerbed is duur en doordat de rivier steeds nieuw slib aanvoert, helpt deze maatregel maar voor korte tijd.
Kribverlaging
Het verlagen van de kribben om bij hoogwater de opstuwing te verminderen.
Rivierbedverruiming
Het landinwaarts verplaatsen van de winterdijk om een grotere waterafvoer mogelijk te maken. Heet ook rivierbedverbreding.
Obstakelverwijdering
Verwijdering van een obstakel of begroeiing uit het rivierbed dat de waterafvoer belemmert.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Binnendijkse maatregelen
Retentiebekken
Een binnendijks omdijkt gebied waarin bij hoogwater tijdelijk water opgeslagen kan worden
Noodoverloopgebied: Polder Noordwaard in de Biesbosch
Aan het Nationaal Park De Biesbosch grenst de polder Noordwaard. Dit landbouwgebied is in de afgelopen jaren deels ontpolderd (figuur 2.28). Delen van dijken zijn afgegraven waardoor het gebied enkele keren per jaar onder water staat, vooral in de wintermaanden.
Hoogwatergeul
Zeer ingrijpend is de aanleg van een nieuwe rivierloop buiten het winterbed, dus in het binnendijkse land. Zo’n hoogwatergeul ligt tussen twee speciaal voor dit doel gebouwde hoge dijken of hogere gronden in en maakt alleen bij hoogwater deel uit van de rivier

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Project: Grensmaas
Wat is hier gebeurd?

En 

Hoe helpt dit Nederland veiliger te maken?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woordenboek
Vul je persoonlijke woordenboek aan met de 
woorden die je nog niet kent:
Krib
Polder
Dijk
Uiterwaard
Nevengeul

Binnendijk
Buitendijk
Retentie
Berging

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluitende foto
Wat zie je?
Waar komt het voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 

Slide 13 - Tekstslide

Beschrijving van de afsluitende foto

Rivieren zonder nevengeulen kun je vergelijken met snelwegen zonder parkeerplaatsen en tankstations. Het water jakkert er met hoge snelheid doorheen en voor maar een beperkte groep "weggebruikers" is er plaats. Sterke en snelle vissen redden zich wel, maar de jonge dieren en de organismen van rustig water overleven het niet. Eén hoofdstroom zonder zijgeulen is biologisch gezien erg beperkt. Een natuurlijke rivier wordt juist gekenmerkt door afgesneden meanders, meestromende nevengeulen en poelen, die alleen bij hoogwater in contact staan met de rivier. Hier is plaats voor oeverbegroeiing, in het water gevallen bomen en een rijke schakering van waterorganismen. De hoofdstroom is de slagader; het netwerk van nevengeulen de aders en haarvaten en samen zorgen ze voor de explosie van leven. De aanleg van nevengeulen speelt in die zin een cruciale rol in het ecologische herstel van de rivier.

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Openboek SO 2.3
- Wat zijn de hoofdpunten van het huidige nationale rivierbeleid?

- Hoe kan de waterafvoer van de grote rivieren worden beheerst?

- Waarom werken de Europese landen samen op het gebied van rivierbeleid?


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oud examenopdracht
      Opdrachten           Bronnen            Antwoorden

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijfopdracht
Maak je eigen samenvatting;
Schrijf een artikel over.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Atlaskaarten

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Deze slide heeft geen instructies