week 14 les 2 stappenplan herhaling

Lezen 
Maandag of dinsdag is de toets. De andere les moet je een opgeladen laptop een oortjes meenemen.
timer
10:00
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lezen 
Maandag of dinsdag is de toets. De andere les moet je een opgeladen laptop een oortjes meenemen.
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel (herhaling)

Je leert het stappenplan lezen gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is stap 1?

Slide 3 - Tekstslide

Stap 1 oriënterend lezen
Door oriënterend te lezen, vind je het onderwerp van de tekst. Bij oriënterend lezen hoef je niet de hele tekst te lezen. Oriënterend lezen doe je zo:
Bekijk de tekst:
- Lees de titel.
- Kijk naar de foto's en plaatjes bij de tekst.
- Lees de tussenkopjes (titels van alinea's).
- Kijk of er woorden zijn die anders gedrukt zijn.

Lees het eerste stukje (de eerste alinea) van de tekst. Soms is dat vetgedrukt.
Geef in een paar woorden antwoord op de vraag: waarover gaat deze tekst? Het antwoord dat je geeft, is het onderwerp van de tekst.

Slide 4 - Tekstslide

Wat is stap 2?

Slide 5 - Tekstslide

stap 2 globaal lezen 
Door globaal te lezen, vind je de deelonderwerpen van de tekst. Je weet dan alvast een beetje waar de tekst over gaat. Globaal lezen doe je zo:

Bedenk welke alinea de inleiding is (vaak de eerste alinea). Omcirkel deze alinea.
Bepaal welke alinea het slot is (vaak de laatste alinea). Omcirkel deze alinea. De rest van de alinea’s vormt dan het middenstuk.

Vind de deelonderwerpen van het middenstuk. Hiervoor lees je van elke alinea van het middenstuk de eerste en de laatste zin. Zet strepen om duidelijk te maken welke alinea’s bij elkaar horen en dus over hetzelfde deelonderwerp gaan.

Slide 6 - Tekstslide

Wat is stap 3?

Slide 7 - Tekstslide

stap 3 precies lezen 
Door precies te lezen, weet je uiteindelijk precies waar de tekst over gaat. Je leest de tekst dan helemaal, van het begin tot het eind.

Precies lezen doe je zo:
Onderstreep woorden die je niet kent en probeer de betekenis van de woorden met een woordraadstrategie (of met een woordenboek) te vinden.
Schrijf per alinea in een paar woorden op waar deze alinea over gaat.
Noteer het tekstdoel.
Noteer de tekstsoort.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is stap 4?

Slide 9 - Tekstslide

stap 4 bijna klaar

Onderstreep de hoofdgedachte van de tekst of schrijf die in je eigen woorden op (de hoofdgedachte is één zin waarin duidelijk wordt wat je na het lezen van de tekst over het onderwerp weet).

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag
  • Ga naar het online boek (BK boek).

  • Ga naar meer dan lezen.
  • Ga naar werken met het stappenplan.
  • Maak alle opdrachten. 


timer
20:00

Slide 11 - Tekstslide