week 21 les 1

voorlezen bladzijde 74
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

voorlezen bladzijde 74

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- leerdoel / instructie

- even oefen via lessonup.app

- zelfstandig werken 

- afsluiter

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel/ instructie 
- Je kunt tekstverbanden herkennen aan de hand van signaalwoorden.

- instructie filmpje

Slide 3 - Tekstslide

Opsomming
Bij het verband opsomming worden meerdere dingen die bij elkaar horen, achter elkaar genoemd. De volgorde waarin dit gebeurt, is niet belangrijk.

Een opsomming herken je bijvoorbeeld aan deze signaalwoorden: ten eerste, ten tweede, om te beginnen, ook, verder, ten slotte, en. Je kunt een opsomming ook herkennen aan streepjes (–), dots (•), getallen (1, 2, 3) of een dubbele punt (:).

Voor een cake heb je nodig: bloem, boter, suiker, een ei en bakpoeder.

Slide 4 - Tekstslide

Tijdsvolgorde (chronologie)
Het verband tijdsvolgorde geeft aan dat dingen in een bepaalde volgorde gebeuren. De volgorde waarin dit gebeurt, is nu dus wél belangrijk.

 
Dit verband herken je bijvoorbeeld aan jaartallen en aan deze signaalwoorden:
vroeger, later, nu, eerst, daarna, vervolgens, ten slotte, nadat, terwijl, dadelijk, intussen.

Eerst tekenen we de figuren en maken we een kartonnen bordspel van de game.
Daarna gaan de programmeurs aan de slag. Ten slotte wordt het spel getest.

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeeld (toelichting)
Bij dit verband wordt een uitleg of voorbeeld gegeven om iets duidelijker te maken. Je krijgt dus meer informatie.
  
Je herkent een voorbeeld onder andere aan deze signaalwoorden: bijvoorbeeld, zo, als, zoals, denk aan, neem nou.

Er zijn veel vakmensen betrokken bij het maken van een game, zoals tekenaars, programmeurs en geluidstechnici.

Slide 6 - Tekstslide

Even oefenen......

Slide 7 - Tekstslide

Hij vroeg mij om aardappelen, rozijnen en koffie te halen. Welk tekstverband?
A
opsomming
B
tegenstelling
C
tijdsvolgorde

Slide 8 - Quizvraag

School op afstand heeft voor mij best wel nadelen. Ten eerste zie ik mijn leerlingen niet meer, ten tweede mis ik mijn collega's en ik vind het lastig om iedereen goed te kunnen helpen op afstand.
Welk tekstverband?
Welk signaalwoord?

Slide 9 - Open vraag

Vorig jaar scoorde Timo bijna nooit, maar nu maakt hij elke wedstrijd een doelpunt.
Noem tekstverband en signaalwoord

Slide 10 - Open vraag

Wat voor tekstverband is het signaalwoord 'maar'?

Slide 11 - Open vraag

De auto reed door rood. Hierdoor ontstond een botsing. Tekstverband en signaalwoord?

Slide 12 - Open vraag

Eerst zet je saldo op je ov-chipkaart, daarna activeer je je kaart en vervolgens kun je inchecken.

Wat is hier het tekstverband?
A
opsomming
B
tijdsvolgorde
C
voorbeeld

Slide 13 - Quizvraag

Er zijn veel vakmensen betrokken bij het bouwen van een huis, zoals architecten, bouwvakkers en een aannemer

Wat is hier het tekstverband?
A
opsomming
B
tijdsvolgorde
C
voorbeeld

Slide 14 - Quizvraag

Aan de slag!
- Maak opdracht 1 t/m 4 op bladzijde 23 t/tm 26.

- Kijk je werk na. 

- Klaar? Maak dan een puzzel achterin je werkboek of ga naar: De brug meestromen (hier komt alles van begrijpen lezen aanbod) (Dit is online in it's learning)
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide