1t2 Grieks lidwoord, zelfstandig naamwoord en werkwoord

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Nederlands              

Bepaalde lidwoorden: de, het                     

de fiets, het boek

Onbepaald lidwoord: een

een fiets, een boek

Grieks

Het Grieks kent alleen bepaalde lidwoorden, deze vertaal je als 'de' of 'het'

Als een GEEN lidwoord staat in het Grieks, vertaal je het als 'een' (ev) of zonder lidwoord (mv)

                                  = Zeus

                         = Sparta

Hoe vertaal je: ὁ ἵππος

1. een paard
2. het paard
3. de paarden
4. paard

Hoe vertaal je: ἡ Ἄρτεμις

1. De Artemis
2. Een Artemis
3. Artemis
4. De Artemissen

Mannelijk

Vrouwelijk

Onzijdig

ἡ πέτρα 

ὁ ἄνθρωπος

οἱ ἥλιοι

τὸ πεδίον

αἱ κόραι

τὰ θηρία

Enkelvoud

Meervoud

τὰ δῶρα 

αἱ ἀδελφαί

ὁ ἀδελφός

το θηρίον

αἱ πέτραι

οἱ δόλοι

ὁ βίος

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?

Mannelijk: 
alle woorden met het lidwoord ὁ, bijvoorbeeld ὁ θεός (mv -οι)

Vrouwelijk:

alle woorden met het lidwoord: ἡ, bijvoorbeeld ἡ γῆ (mv -αι)

Onzijdig:

alle woorden met het lidwoord: τό, bijvoorbeeld τὸ τέκνον (mv -α)

Twee gekke dingen:

1. Sommige zelfstandige naamwoorden hebben een vrouwelijk lidwoord, maar uitgangen alsof ze mannelijk zijn.
                    bijv. ἡ παρθένος (het meisje) en ἡ θεός (de godin)

2. De ρει-regel: na een ρ, ε of ι krijg je geen η maar een α 
                   bijv. ἡ οἰκια (het huis) en τὰ δώρα (het cadeau)

4 verschillende werkwoordsvormen

Hele werkwoord (infinitivus) ((te) zeggen)

Persoonsvorm (indicativus) 3e persoon enkelvoud (hij/zij zegt)

Persoonsvorm (indicativus) meervoud (zij zeggen)

Woordenlijstvorm (= ik-vorm; 1e persoon enkelvoud) (ik zeg)

Om zelf deze vormen te maken, heb je de stam van een werkwoord nodig

Wat is de infinitivus van het werkwoord λέγω (zeggen)

1. λέγει
2. λέγουσι(ν)
3. λέγω
4. λέγειν

Wat is de indicativus 3e persoon enkelvoud van het werkwoord ἄγω (doen)?

1. ἄγει
2. ἄγουσι(ν)
3. ἄγω
4. ἄγειν

Wat is de indicativus 3e persoon meervoud van het werkwoord φέρω (brengen)?

1. φέρει
2. φέρουσι(ν)
3. φέρω
4. φέρειν

Het werkwoord ὀνομάζω betekent 'noemen'. Wat betekent de vorm ὀνομάζει?

1. hij/zij noemt
2. zij noemen
3. noemen
4. (te) noemen

Het werkwoord φοβέω betekent 'bang zijn'. Wat betekent de vorm φόβειν?

1. hij/zij is bang
2. zij zijn bang
3. ik ben bang
4. bang (te) zijn

Wat past op de puntjes?
οἱ ἄνθρωποι .....

1. λέγει
2. λέγουσιν
3. λέγω
4. λέγειν

Wat past op de puntjes?
ἡ κόρη ....

1. λέγει
2. λέγουσιν
3. λέγω
4. λέγειν

Te onthouden:

1) De vorming en vertaling van het lidwoord in mannelijk, vrouwelijk en onzijdig; enkelvoud en meervoud.

2) De vorming en vertaling van het zelfstandig naamwoord in mannelijk, vrouwelijk en onzijdig; enkelvoud en meervoud.

3) De vorming en vertaling van het werkwoord in de infinitivus, indicativus 3e persoon enkelvoud en meervoud

4) Hoe je van de stam van een werkwoord, de vormen maakt