In deze les zitten 33 slides, met tekstslides en 10 videos.
Lesduur is: 25 min
Onderdelen in deze les
Activiteit 2
(HL: 50 minuten)
Hart(s)tocht
Slide 1 - Tekstslide
We onderzoeken onze ademhaling en het verband met onze bloedsomloop.
Slide 2 - Tekstslide
RA RA RA
Er is iets wat iedereen hier aan het doen is, maar niemand let er op.
Iedereen doet het zonder er bij na te denken.
Als je het een paar minuten stopt, voelt het raar.
En als je te lang stopt ... ga je dood.
Maar het is eigenlijk zo gewoon, dat we het meestal niet eens merken.
ADEMEN
Wanneer merk je wel dat je ademt of dat ademen belangrijk is?
Wat weet je nog van de les van vorig jaar?
Slide 3 - Tekstslide
neusholte
mond- en keelholte
strottenhoofd
luchtpijp
longen
longblaasjes
STROTTENHOOFD:
In je keel vind je ook het strottenhoofd met je stembanden en strotklepje. Als we uitademen komt er lucht langs de stembanden en gaan ze trillen en kunnen we geluid maken (je stem). Er is ook een strotklepje. Dat zorgt ervoor dat je luchtpijp wordt afgesloten slik zodat er geen eten in de luchtpijp terecht komt.
3
NEUSHOLTE:
In de neus vind je neusharen terug. Deze zorgen ervoor dat stof en vuiltjes uit de ingeademde lucht gehaald worden. De lucht wordt ook warm en vochtig.
1
MOND- en KEELHOLTE:
De lucht kan ook via je mond ingeademd worden maar dat is minder goed dan via je neus. Je hebt meer kans op keelpijn, virussen en je ademt dan vaak oppervlakkiger (wat je minder rustig maakt). Gelukkig is het wel een hulpmiddel voor als je verkouden bent of als je aan het sporten bent en extra lucht nodig hebt. In je keel vind je ook de huig, dit klepje sluit de neusholte af bij het slikken zodat er geen eten in je neus komt.
2
LUCHTPIJP
De lucht gaat dan via de luchtpijp verder naar beneden. De luchtpijp is een soort stevige buis met kraakbeenringen. Ze splitst in twee luchtpijptakken (of bronchiën).
4
LONGEN:
Eén van de luchtpijptakken gaat naar je linkerlong, de andere naar je rechterlong. Daar vertakken ze zich verder tot hele kleine buisjes en helemaal op het einde komen ze uit in longblaasjes.
Je rechterlong is groter dan je linkerlong omdat er links nog plaats moet zijn voor je hart.
5
LONGBLAASJES:
Dit zijn miljoenen kleine luchtkamertjes die heel belangrijk zijn. Hier wordt de ingeademde zuurstof opgenomen in je bloed. Je bloed brengt deze zuurstof naar je hele lichaam: spieren, hersenen, organen, ... . Tegelijk geeft het bloed koolstofdioxide (CO2) af aan de longblaasjes zodat wij het weer kunnen uitademen.
6
Waar hoort het nummertje? We lezen de uitleg en slepen het naar de juiste plaats.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Video
WS blz. 6
Slide 7 - Tekstslide
WS blz. 6
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Slide 10 - Video
Slide 11 - Video
Slide 12 - Video
Slide 13 - Video
(Laten horen, niet laten zien!)
Slide 14 - Tekstslide
We tekenen het meestal zo ...
Slide 15 - Tekstslide
In een studieboek zie je meestal deze tekening ...
Slide 16 - Tekstslide
Maar eigenlijk ziet het er zo uit ...
Slide 17 - Tekstslide
Wie weet wat dit is?
stethoscoop
Waarvoor dient dit?
Een dokter gebruikt dit om naar de geluiden in het lichaam te luisteren. Je hart, longen en darmen kunnen hiermee onderzocht worden.
Waar kunnen wij zelf onze hartslag voelen?
aan de pols, aan het strottenhoofd
Enkele opdrachten:
- Meet je hartslag in rust.
- Meet je hartslag vlak na een inspanning.
- Wat is de taak van ons hart?
Het rondpompen van bloed doorheen ons lichaam.
- Waarom moet het bloed rondgepompt worden?
Het moet zuurstof (en ook voedingsstoffen, dat leren we later nog) naar alle delen van ons lichaam brengen en koolstofdioxide ophalen.
Slide 18 - Tekstslide
WS blz. 7
Slide 19 - Tekstslide
Wist je dat ...
... je hart ongeveer 100 000 keer per dag klopt?
... je hart zelf ook een sterke spier is?
... je deze spier niet zelf kan aansturen?
... het hart van een volwassene tussen de 250 g en 300 g weegt?
... een volwassene ongeveer 6 liter bloed in zijn lichaam heeft?
... het hart ervoor zorgt dat dit bloed rondgepompt wordt naar het hele lichaam?
... we nu leren hoe dat in zijn werk gaat?
Hoe stroomt het bloed door ons lichaam?
We hebben bloedvaten: slagaders, aders en haarvaten.
Slagaders: dikke wand, vervoeren bloed van het hart naar andere organen
Aders: dunnere wand, klepjes, vervoeren bloed naar het hart
Haarvaten: hele fijne bloedvaten die zich vertakken bij de organen, hun wanden zijn zo dun dat zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen erdoor kunnen