H1 lezen tekststructuren

Planning vandaag:

  • uitleg tekststructuren
  • maken opdr. 1 en 2
  • blz. 12-13
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Planning vandaag:

  • uitleg tekststructuren
  • maken opdr. 1 en 2
  • blz. 12-13

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
- Je kunt in eigen woorden formuleren wat vaste tekststructuren zijn.
- Je kunt de meest voorkomende vaste tekststructuren herkennen in een tekst.
- Je kunt een tekst indelen in een inleiding, middenstuk en slot.




Slide 2 - Tekstslide

Vaste structuur


De meeste teksten hebben een:

-inleiding

- middenstuk (kern)

-slot


Ze hebben vaak een vaste structuur.

Slide 3 - Tekstslide

Tekststructuren


Waarom?

Slide 4 - Tekstslide

Waarom?

  • Om teksten goed en snel samen te kunnen vatten.
  • Om zelf duidelijke teksten te schrijven.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Tekststructuren
  • Probleem- oplossingsstructuur 
  • Verklaringsstructuur
  • Verleden-heden(-toekomst)structuur

Slide 7 - Tekstslide

Probleem-oplossingsstructuur
Tekstdoel: informeren of opiniëren

Inleiding: probleem en gevolgen 
Middenstuk: gevolgen, oorzaken en oplossingen
Slot: de beste oplossing

Slide 8 - Tekstslide

Verklaringsstructuur
Tekstdoel: informeren

Inleiding: bepaald verschijnsel
Middenstuk: kenmerken / voorbeelden / verklaringen / oorzaken / redenen
Slot: samenvatting of conclusie

Slide 9 - Tekstslide

Verleden-heden(-toekomst)structuur
Tekstdoel: informeren

Inleiding: introductie onderwerp
Middenstuk: situatie vroeger en nu / ontwikkeling
Slot: conclusie of voorspelling toekomst

Slide 10 - Tekstslide

Welke structuur bevat oorzaken in het middenstuk?
A
probleem-oplossingsstructuur
B
verleden-heden-toekomststructuur
C
verklaringsstructuur
D
voor- en nadelenstructuur

Slide 11 - Quizvraag

Verklaringsstructuur
- inleiding: bepaald verschijnsel
- kern: kenmerken/ verklaringen/ voorbeelden
- slot: ?
Wat moet er op de plaats van het vraagteken staan?
A
samenvatting
B
eigen mening
C
het probleem
D
vraagstelling

Slide 12 - Quizvraag

Inleiding: onderwerp
middenstuk: het onderwerp vroeger en nu wordt besproken
slot: conclusie

Deze indeling hoort bij de volgende structuur:
A
probleem-oplossingsstructuur
B
voor- en nadelen structuur
C
verklaringsstructuur
D
verleden-heden-toekomststructuur

Slide 13 - Quizvraag

Maken 
Opdrachten 1 en 2  
blz. 13 - 15

Slide 14 - Tekstslide