Ordenen basisstof 3

Thema 3- Ordenen
Klas 1
Herhaling basisstof 1 en 2
Nieuw basisstof 3
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Thema 3- Ordenen
Klas 1
Herhaling basisstof 1 en 2
Nieuw basisstof 3

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling 

3.1 en 3.2

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag
Herhaling 3.1 en 3.2

Nieuw: 3.3

Maakwerk/huiswerk

Slide 3 - Tekstslide

Ordenen

Een ander woord voor ordenen is sorteren. 

Je kijkt naar eigenschappen die overeenkomen. 

Slide 4 - Tekstslide

Organismen ordenen

Een organisme is iets wat leeft. 

Als je organismen gaat ordenen kijk je eerst naar de cellen. 

Slide 5 - Tekstslide

3.1 Organismen ordenen

Slide 6 - Tekstslide

Bij het ordenen van organismen, dan verdeel je in....
A
4 rijken
B
4 soorten
C
4 afdelingen
D
4 rassen

Slide 7 - Quizvraag

Welke 4 rijken kennen we?
A
Dieren, schimmels, planten en bacteriën
B
Schimmels, mensen, planten en dieren
C
Dieren, mensen, planten en schimmels
D
Dieren, planten, bacteriën en virussen

Slide 8 - Quizvraag



Dit is een
A
plantaardige cel
B
cel van een schimmel
C
bacterie
D
dierlijke cel

Slide 9 - Quizvraag

Welke cel heeft een vacuole?
A
Plantaardige cel
B
Dierlijke cel
C
Plantaardige en dierlijke cellen
D
Geen van beiden

Slide 10 - Quizvraag

Basisstof 3.3

BACTERIEN

Slide 11 - Tekstslide

Wat zijn bacterien?

Slide 12 - Tekstslide

Wat is een bacterie?
- Zijn eecellig
- De cellen van bacteriën hebben wel een celwand, maar geen celkern en geen bladgroenkorrels
- Bacteriën planten zich voort door deling.

Slide 13 - Tekstslide

geen celwand
geen bladgroenkorrels
geen celkern
Andere cellen
Dieren, planten, schimmels en bacterien hebben allemaal net iets andere cellen. 
bacterien hebben geen celkern
Schimmels hebben geen bladgroenkorrels
Dieren hebben geen celwand
Planten hebben dit allemaal wel

Slide 14 - Tekstslide

Bacteriën
-Vaak onschuldig of zelfs positief 
(denk aan huid- en darmflora)
-Soms ziekteverwekkend/pathogeen 
(bij overmaat en verkeerde plek)

Slide 15 - Tekstslide

Voortplanting 
van bacteriën
Bacteriën planten zich voort door te delen.
Hoe ze dat doen?

1.  Eén bacterie deelt in tweeën.
2.  Die 2 groeien totdat ze weer even groot zijn.
3.  Dan gaan die 2 zich ook weer delen.
4.  Dan zijn er 4 en die gaan zich ook weer delen......

Bij gunstige omstandigheden delen ze zich elk half uur. 
Er moet dan voedsel en vocht zijn en de temperatuur moet goed zijn. 
Er ontstaat dan een hele grote groep, zo'n groep noem je een bacteriekolonie. 
Een bacteriekolonie kun je met het blote oog zien.


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Nuttige bacterien
  1.  beschermlaag tegen ziekteverwerkkers
  2. 'Darmflora' helpt bij vertering van voedsel
  3.  Biotechnologie voor produceren van 
    o.a. yoghurt, zuurkool,  insuline (hormoon)

Slide 18 - Tekstslide

Nuttige bacteriën
Die helpen bij het maken van producten.
Bijvoorbeeld: yoghurt maken we van melk en melkzuurbacterien

Dit noem je biotechnologie

Slide 19 - Tekstslide

Schadelijke bacterien
Voedselbederf 

Bacteriele infecties (antibiotica)

Ziek maken

Slide 20 - Tekstslide

een bacterie is
A
een organisme dat uit meerdere cellen bestaat
B
wel een organisme, maar bestaat niet uit cellen
C
een organisme dat bestaat uit 1 cel
D
geen organisme en bestaat dus ook niet uit cellen

Slide 21 - Quizvraag

Dierlijke cellen
Bacterien 
Schimmels
Planten

Slide 22 - Sleepvraag

Welk rijk heeft cellen zonder celkern?
A
dieren
B
bacterien
C
schimmels
D
planten

Slide 23 - Quizvraag

Je kunt onderscheid maken tussen nuttige en schadelijke .
Wanneer zijn bacterien nuttig voor de mens en de natuur? Er zijn 2 antwoorden goed.
A
Bij het bederven van voedsel
B
Bij het maken van voedingsmiddelen
C
Bij het opruimen van dode organismen
D
Bij het veroorzaken van ziekten

Slide 24 - Quizvraag

SO op: maandag 25 januari
  • Via Socrative ( online toetsprogramma)
  • Je krijgt een link;
  • Deze link verschijnt in team leefplein op afgesproken tijdstip
  • Tijdens de les het SO maken, binnen de tijd van 30 minuten
  • Het zijn 20 vragen over 2.7 en 2.8

Slide 25 - Tekstslide

Huiswerk
Zorg er voor dat je 3.1 t/m 3.3 inclusief test je zelf af hebt
klaar?
Opdracht cellen ophalen

Slide 26 - Tekstslide