Imparfait

L'imparfait
* doel; aan het eind van de les weet je hoe deze tijd gemaakt wordt, en wanneer je het gebruikt. 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

L'imparfait
* doel; aan het eind van de les weet je hoe deze tijd gemaakt wordt, en wanneer je het gebruikt. 

Slide 1 - Tekstslide

= Verleden tijd
Bijvoorbeeld:
ik gaf
jij had
hij deed
wij maakten
jullie liepen
zij dansten

Slide 2 - Tekstslide

Hoe maak je de imparfait?
Stap 1 - neem de nous-vorm in de présent
Stap 2 - haal de letters -ons eraf
Stap 3 - voeg een uitgang van de imparfait toe

Dat gaat als volgt: 

Slide 3 - Tekstslide

1 Neem de nous-vorm

(donner) donnons
(avoir) avons
(faire) faisons
(dire) disons
(prendre) prenons
(finir) finissons
2 Haal de -ons eraf

(donner) donnons
(avoir) avons
(faire) faisons
(dire) disons
(prendre) prenons
(finir) finissons

Slide 4 - Tekstslide

Uitgangen imparfait

Slide 5 - Tekstslide

Dus:
(donner)  je donnais = ik gaf
(avoir) tu avais = jij had
(faire) il faisait = hij maakte / deed
(prendre) nous prenions = wij namen/pakten
(dire) vous disiez = u zei / jullie zeiden
(finir)  ils finissaient = zij eindigden

Slide 6 - Tekstslide

Uitzondering: être
Stap 1: Nous vorm = sommes
Stap 2: - ons eraf
Euh....Dat gaat niet :(

Slide 7 - Tekstslide

De stam van être = ét
Dus:
j'étais = ik was
tu étais = jij was
il était = hij was
nous étions = wij waren
vous étiez = jullie waren/u was
ils étaient = zij waren

Slide 8 - Tekstslide

Let op:
De verleden tijd van il y a =
Il y avait

il y a = er is / er zijn
il y avait = er was /er waren

Slide 9 - Tekstslide

Uitspraak
j'avais
tu avais
il avait
nous avions
vous aviez
ils avaient
WAT VALT JE OP?

Slide 10 - Tekstslide

Oefenen
1) Maak de opdrachten in de Boîte à Gram met de titel Imparfait.
2) Oefen op verbuga.eu: kies een paar werkwoorden en kruis de imparfait aan. 
Je moet de imparfait kunnen vertalen van Frans naar Nederlands en van Nederlands naar Frans. 
Dus: ik was = j'étais
En: nous avions = wij hadden

Slide 11 - Tekstslide