Uiteenzetting les 2

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 4

Schrijven

uiteenzetting (les 2)

Lesdoelen

Aan het einde van de les:

* heb je het betoog, de beschouwing en de uiteenzetting herhaald

* heb je tijd gehad om aan je uiteenzetting te werken

Een betoog is

1. objectief
2. subjectief

Wat is het doel van een beschouwing?

1. overtuigen
2. informeren
3. opiniëren
4. amuseren

Wat ga je vinden in de kern van een beschouwing?

1. meningen
2. feiten
3. mening van de schrijver
4. drogredenen

Welke tekstsoort zul je waarschijnlijk tegenkomen onder het kopje 'Column en Opinie'?

Wat is het doel van een uiteenzetting?

1. amuseren
2. informeren
3. opiniëren
4. instrueren

Wat mag je in een uiteenzetting niet doen?

1. feiten benoemen
2. cijfers benoemen
3. naar een bron verwijzen
4. je mening geven

Korte herhaling

Bouwplan

onderwerp = ............................................

schrijfdoel = informeren

hoofdgedachte= ...........................................
Inleiding: aandachttrekker + intro onderwerp + hoofdvraag

Middenstuk:

* uitleg boodschap

* meerdere alineas

* geven feitelijke informatie

* uitwerking probleem/vraag/thema

Slot: samenvatting/toekomstverwachting + uitsmijter

                                                                                                                             

Argumentatiestructuren - Opdracht

Kies hieronder een stelling en maak bij deze stelling een bouwplan:

• Kinderopvang is goed voor de ontwikkeling van een kind.
• Als kinderen gepest worden is het de verantwoordelijkheid van de pedagogisch medewerker om dit op te lossen.
  
• De werkdruk voor leraren in het basisonderwijs moet omlaag
  
• Ouders moeten zich niet bemoeien met de manier waarop jij al leerkracht de klas organiseert
  
• Kinderen die met vier jaar naar school komen, moeten zindelijk zijn
  
• Leerlingen moeten doen wat ik zeg
  
• Mannen hebben een toegevoegde waarde voor de kinderopvang
  

Vragen?

VRAGEN?