20-11-2019

• Frans
• Middelbare school

Le planning et les objectifs

Cours 1 : Cito 2016 audiodeel (+/- 25 minutes)

- Objectif: Comprendre de manière effective le français parlé

Cours 1 (partie 2): Lire A

Objectif: Franse teksten zo lezen dat je de relevante informatie begrijpt en eruit kunt halen 

Cours 2: Ecrire A

Objectif: écrire un e-mail en français style informel 

Les devoirs / huiswerk

Vendredi 22 novembre

Avant 20 heures: 

- Questions 5 A, B, C, D + 7 + 8 (LIRE A chapitre 2)

- Questions 10D + 11A (GRAMMAIRE A, chapitre 2)

En classe: LIRE A, questions 5 A, B et C(question 1)

Wat moet je kunnen om een vreemde taal te verstaan?

1. Voldoende woorden kennen en weten hoe

deze worden uitgesproken

2. Teksten verstaan = woorden isoleren uit een

onafgebroken stroom klanken

3. Teksten begrijpen: je concentreren op bepaalde info

4. Reflecteren op teksten (essentie vatten etc.) 

5. Strategieën inzetten

Cito: audiodeel 2016

3 fragmenten

We gaan er sowieso eentje van kiezen

Lire A: La Fête de la musique

Tu pratiques: ''kan relevante informatie vinden en begrijpen..''

--> Faire: parcours les questions 5 a - e. 

1--> Réfléchis: pourquoi est-ce qu'on te pose ces questions?

--> waarom deze vragen? 

2--> Quel est l'objectif de lecture? 

Lire A: oriënterend lezen

- Cela tourne autour des questions 5 a + b

- Werkvorm? --> on va travailler en groupes de 3 ou 2

Groupe 1: Miricall / Dominique / Sam

Groupe 2: Elise / Ilse / Etienne 

Groupe 3: Anne / Julia / Martijn 

Groupe 4: Maud / Anouk / Silke

Groupe 5: Sophie / Julie 

Lire A: oriënterend lezen

Faire: tout le monde lit (individuellement)

- 1 les questions + 2 les instructions 

--> parlez-en en groupe: welke info moet je uit de tekst halen? 

- 3 Lis le titre, l'intro et les sous-titres (4 minuten)

Après la lecture:

- 4 réponds collectivement aux questions 5 A et B (1 feuille!)

- 5 Discussion en classe! Groepjes leggen hun antwoord uit.

5A (1): voor wie is la fête de la musique? (per groepje logt 1 persoon in!)

5A (2) Waar vindt het plaats?

5B: Wat is het doel van deze tekst? (toelichten antwoord klassikaal)

Lire A: Question 5C

NB: deze vraag beantwoord je INDIVIDUEEL 

- On va lire le texte à la page 50 en entier

- Wie, wat, waar, wanneer... --> à quoi bon?

Lire A: Question 5C

- Wie, wat, waar, wanneer... --> à quoi bon?

 

--> Snel de belangrijkste informatie uit een tekst halen

--> Belangrijkste info verkregen = essentie van de tekst is je dan bekend.

5C: de 5w+h vinden

NB: deze vraag beantwoord je INDIVIDUEEL

- 10 minuten leestijd 

- Tactique: ELZA 

- note tes réponses tout en lisant

- Dus: vul tijdens het lezen, als je een onderdeel uit het schema tegenkomt in de tekst, je antwoord in.

--> Ben je als eerste klaar? --> Thee/koffie/chocolademelk :) 

Discussion classicale de 5C

- Wie:

- Waar:

- Waarom:

- Hoe:

- Wat:

- Wanneer: 

5D: Finis le 2ième paragraphe

--> 5D, vraag 1 = question à choix multiple

A: ''elle favorise l'ouverture de chacun à l'art et à la musique''

Doen: overleg in tweetallen. 1) wat staat er in deze zin en 2) waarom is die inhoud een goede samenvatting/afsluiting van alinea 2? Schrijf jullie uitleg op!

Tijd: Je vous donne 4 minutes. 

Evaluation

On a répondu à un nombre de questions. Pourquoi a-t-on fait ça?

En quoi consistait l'utilité? Constraintes?

We hebben een aantal vragen beantwoord. Waarom hebben we dat gedaan?

--> wat was het NUT? Beperkingen?

Cours 2: écrire A (pp.58-59)

Wat moet je kunnen? --> kan een eenvoudig persoonlijk briefje schrijven via de post, e-mail of andere sociale media

Planning en classe:

14 A + B + C : herformuleren

15 A 

--> uiteindelijk: consigne (15B schrijven + peer feedback)

Ecrire A: 14 B

Bovenaan p. 58: je gaat een e-mail schrijven over...? 

''les traditions alimentaires''.

Vraag 1 --> wat is alimentation? Of: wat zijn aliments? 

Doen: 14 A. Lees de Tuyau. Voorspel in tweetallen: in welk stijl moeten jullie je e-mail straks schrijven?

Ex. 14B + C: réécris l'é-mail

Je vous donne 10 minutes pour faire ex. 14 B + C

Il s'agit d'un exercice de réformulation 

Etape 1: lis l'é-mail (+ dictionnaire si nécessaire)

*''il va de soi que'' --> het spreekt vanzelf dat...

Etape 2: fais ex. 2 b = indique les parties du tuyau

Etape 3: reformule tous les parties à l'aide du tuyau (tu-vorm!)

Ex. 15: écris ton é-mail 

Ex. 15A: Naema t'a posé 5 questions. Lesquelles? 

--> Faire: note-les. Tu en as besoin pour ex.15 b (je hebt ze nodig voor ex.15b). 

Ex 15b: réponds aux 5 questions que tu viens de trouver.

Instructions: utilise des ''signaalwoorden'' (Réference, p.82)