6.4 Isolatie

6.4 Isoleren
  • 6.4.1 Je kunt drie manieren beschrijven waarop een huis warmte verliest aan de omgeving.
  • 6.4.2 Je kunt uitleggen hoe het komt dat een goed geïsoleerd huis minder energie verbruikt.
  • 6.4.3 Je kunt vier manieren beschrijven om een woonhuis te isoleren tegen warmteverlies.
  • 6.4.4 Je kunt van elke manier van isoleren uitleggen hoe die het warmteverlies tegengaat.
  • 6.4.5 Je kunt uitrekenen hoeveel bewoners door isolatie kunnen besparen in m3 aardgas en in euro’s.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3,4

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

6.4 Isoleren
  • 6.4.1 Je kunt drie manieren beschrijven waarop een huis warmte verliest aan de omgeving.
  • 6.4.2 Je kunt uitleggen hoe het komt dat een goed geïsoleerd huis minder energie verbruikt.
  • 6.4.3 Je kunt vier manieren beschrijven om een woonhuis te isoleren tegen warmteverlies.
  • 6.4.4 Je kunt van elke manier van isoleren uitleggen hoe die het warmteverlies tegengaat.
  • 6.4.5 Je kunt uitrekenen hoeveel bewoners door isolatie kunnen besparen in m3 aardgas en in euro’s.

Slide 1 - Tekstslide

6.4 Isoleren
Isolatie is het het tegenhouden van warmtetransport

De rode plekken zijn warm en daar gaat dus veel warmte verloren

Slide 2 - Tekstslide

Warmteverlies
Warmteverlies wordt veroorzaakt door:
• geleiding: de warmte beweegt door muren en ruiten naar buiten;
• stroming: stromende lucht neemt warmte mee naar buiten;
• straling: ‘warme’ muren en ruiten stralen warmte uit.

Slide 3 - Tekstslide

Warmteverlies op een foto
Met behulp van een infrarood-camera kun je het warmteverlies van een huis laten zien.

Hoe dichter de kleur bij het rood komt op de rechter balk  hoe meer verlies.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Warmte vast houden
Isolatie
- Mensen gebruiken een jas
- Dieren gebruiken een vacht
   verenpak of vetlaag
- In een warme kamer doen 
   we de deur dicht

Slide 6 - Tekstslide

Warmtetransport door muur wordt bepaald door:

  • Temperatuurverschil binnen en buiten
  • Materiaal muur
  • Dikte muur
  • Oppervlakte muur

Slide 7 - Tekstslide

Isolatie kan warmte binnen houden.
Of warmte buiten houden. 

Slide 8 - Tekstslide

Isolatie
Buiten is het vaak kouder dan binnen. De warme lucht wil dus van binnen naar buiten. 

Als je je huis goed isoleert heb je dus minder warmteverlies.

Slide 9 - Tekstslide

Isoleren
  • Door te isoleren kan je warmte vasthouden
  • Een isolator geleidt slecht warmte
  • In een isolator zit veel lucht
  • Lucht vasthouden zorgt voor minder warmteverlies door stroming
  • Door straling terug te kaatsen krijg je minder warmteverlies door straling

Slide 10 - Tekstslide

Isoleren
Voorkomen van warmteverlies door:
Stilstaande lucht
creëren 
(dubbel glas,
spouwmuur,
isolatiemateriaal)


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Warmteverlies door geleiding
Geleiders zoals metalen geven warmte snel door. Dat betekent dat ze veel warmte verliezen. 

Isolatoren zoals glas/kunststof/papier geleiden warmte slecht. Hierdoor heb je weinig warmteverlies. 

Slide 13 - Tekstslide

Warmteverlies door stroming

Warmteverlies door stroming ga je tegen door te zorgen dat warmte lucht niet weg kan. 

Slide 14 - Tekstslide

Warmteverlies door straling
Warmteverlies door straling voorkom je door de straling terug te kaatsen. Dit kun je doen door spiegelend materiaal te gebruiken. 

Slide 15 - Tekstslide

K-waarde
Bij een hoge K-waarde verliest een woning veel warmte. Daarom geldt: hoe lager de K-waarde, hoe beter het gebouw is geïsoleerd.

Slide 16 - Tekstslide

                                BINAS

Slide 17 - Tekstslide