Dictee 16 Apostrof

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes

Slide 1 - Tekstslide

Welk woord is goed gespeld?
A
s' winters
B
swinters
C
's winters

Slide 2 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
mun
B
m'n
C
mn

Slide 3 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
's ochtends
B
s' ochtends
C
s' ochtens
D
's ochtens

Slide 4 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
sGravenhage
B
's-Gravenhage
C
's Gravenhage

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
tv's
B
tvs
C
tvs'

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
sms'je
B
smsje
C
sms-je

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
zon
B
zoon
C
zo'n

Slide 8 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
's zaterdags
B
s' zaterdags
C
's-zaterdags

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
Alexs vader
B
Alex' vader
C
Alex vader
D
Alexz'n vader

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
autoo's
B
autoos
C
auto's
D
autos'

Slide 11 - Quizvraag

Volgende week...
f/v of s/z 

Slide 12 - Tekstslide

Welk woord is goed gespeld?
A
babytje
B
babie'tje
C
baby'tje

Slide 13 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
Hans' jas
B
Hans jas
C
Hans's jas

Slide 14 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
a4tje
B
a4'tje
C
aviertje

Slide 15 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
65+er
B
65plusser
C
65+'er

Slide 16 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
't
B
ut'
C
t'

Slide 17 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
's nachts
B
snachts
C
s' nachts

Slide 18 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
Agnes's huis
B
Agnes
C
Agnes' huis

Slide 19 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
's morgens
B
smorgens
C
s' morgens

Slide 20 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
cdtje
B
cd'tje
C
cd-tje

Slide 21 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
kerstbal
B
sneeuwpop
C
gourmetten
D
cadeaus

Slide 22 - Quizvraag