Het Kwadrant : klas 4 : vocab - clothes

clothes
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

clothes

Slide 1 - Tekstslide

timer
1:00
CLOTHES

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Dit zijn de belangrijkste woorden van deze les. vertaal deze, je mag internet of een woordenboek gebruiken

dress, shirt, T-shirt, trousers, skirt, boots, socks, shoes, trainers, hat, watch jeans, jacket, tie, coat

Slide 4 - Open vraag

vertalen
Weet jij de volgende woorden? Klik op het juiste antwoord.

Slide 5 - Tekstslide

Kledingzaak
A
clothes shop
B
clothes shopping
C
shop clothes
D
clothes

Slide 6 - Quizvraag

hemdje
A
top
B
tank top
C
shorts
D
skirt

Slide 7 - Quizvraag

badpak
A
swimsuit
B
bathsuit
C
swim clothes
D
bath clothes

Slide 8 - Quizvraag

What do you see?
A
a cap
B
a top
C
a coat
D
trainers

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een rokje?
A
dress
B
tie
C
skirt
D
scarf

Slide 10 - Quizvraag

What do you see?
A
trainers
B
trousers
C
a coat
D
a tracksuit

Slide 11 - Quizvraag

What do you see?
A
a cap
B
a skirt
C
trousers
D
trainers

Slide 12 - Quizvraag

What do you see?
A
a cap
B
trainers
C
a coat
D
trousers

Slide 13 - Quizvraag

What do you see?
A
a dress
B
a jacket
C
a skirt
D
a coat

Slide 14 - Quizvraag

What is this?
A
a dress
B
a skirt
C
trousers
D
a blouse

Slide 15 - Quizvraag

dress
boots
socks
pants
hat

Slide 16 - Sleepvraag

shoes
coat
skirt
shirt
mittens

Slide 17 - Sleepvraag

1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
coat
shirt
trousers
cardigan
trainers
jacket
hat
necklace
boots
dress
sandals
bag
jumper
tights
shorts
socks
scarf
skirt

Slide 18 - Sleepvraag

correct
incorrect
Girl
Boy
book
trousers
shirt
skirt
long hair
red shoes
bag
short hair

Slide 19 - Sleepvraag

Are these pieces of clothing worn on the upper of lower body? Drag them to the correct answer.
Upper body
Lower body
jacket
trousers
skirt
shorts

shoes
shirt
hat
blouse
jeans

Slide 20 - Sleepvraag

Women's clothing

Men's clothing
Sportswear

Underwear/
Nightwear

Footwear

Accessories

cap

dress
gloves
running vest
sandals
shirt
skirt
boxer shorts
tights
track suit
trainers
blouse
pyjamas
dressing gown
socks
handkerchief
slippers
purse

Slide 21 - Sleepvraag

Leren
Op de volgende dia's staan de woorden die je moet kennen voor het Anglia examen.

Let op: je leert alleen de woorden die bij jouw niveau horen


Slide 22 - Tekstslide

Woordjes leren = herhalen
Tips over woordjes leren? In het lessonup klaslokaal staat hier een korte les over. 

Slide 23 - Tekstslide

Junior
boots, dress, hat, shirt, shoes, skirt, socks, trainers, trousers, T-shirt, watch

Slide 24 - Tekstslide

Wat betekenen de volgende woorden?
dress, shirt, T-shirt, trousers, skirt, boots, socks, shoes, trainers, hat, watch jeans, jacket, tie, coat

Slide 25 - Tekstslide

Vertaal snel.......
dress, shirt, T-shirt, trousers, skirt, boots, socks, shoes, trainers, hat, watch jeans, jacket, tie, coat, shorts, scarf, swimming shorts, glasses, suit, pyjamas, raincoat, jewellery, necklace, ring, bracelet, earrings

Slide 26 - Tekstslide

pre-interm, intermediate, advanced

Doe die van hiernaast ook :)

Slide 27 - Tekstslide

Uitspraak horen? klik op het onderwerp hieronder.

Slide 28 - Tekstslide

Om mezelf te verbeteren wil ik het liefste:
A
persoonlijke uitleg
B
extra oefenen op papier
C
extra oefenen op de computer
D
uitleg in de les

Slide 29 - Quizvraag