Maandag 2802

Over 4 weken
Toets TW 3; Spelling H3 t/m H5
  • H3; Spelling; meervouden op -en correct spellen
Woorden met au of ou  correct spellen
  • H4; Spelling; meervouden op -s correct spellen
Woorden met ei of ij correct spellen
  • H5; Spelling; Bijvoeglijk naamwoord
Woorden met g, gg en ch correct spellen

Naast Spelling gaan we ook grammatica zinsdelen en woordsoorten herhalen (H4 t/m H6)


1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Over 4 weken
Toets TW 3; Spelling H3 t/m H5
  • H3; Spelling; meervouden op -en correct spellen
Woorden met au of ou  correct spellen
  • H4; Spelling; meervouden op -s correct spellen
Woorden met ei of ij correct spellen
  • H5; Spelling; Bijvoeglijk naamwoord
Woorden met g, gg en ch correct spellen

Naast Spelling gaan we ook grammatica zinsdelen en woordsoorten herhalen (H4 t/m H6)


Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk voor vandaag
H3 spelling/meervouden op -en; online route

H4 spelling/meervouden op -s; online route

Leer van beide hoofdstukken de theorie en bekijk het uitlegfilmpje!



Slide 2 - Tekstslide

Soms moet je een letter weglaten bij een meervoud
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van een meervoud waarbij je een letter weglaat;

Slide 4 - Open vraag

Het meervoud van
moskee =
A
moskeen
B
moskeeën
C
moskeén
D
moskeën

Slide 5 - Quizvraag

Meervoud van schijf =
A
schijfen
B
schijven

Slide 6 - Quizvraag

Als een enkelvoud eindigt op -ie, maak je het meervoud altijd met -n
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Meervoud van theorie =
A
theorieën
B
theoriën
C
theorieeën

Slide 8 - Quizvraag

meervoud van olie =
A
olieën
B
olieeën
C
oliën

Slide 9 - Quizvraag

Welke meervoudsvorm is fout?
A
bezems
B
decoratie's
C
pyama's
D
cafés

Slide 10 - Quizvraag

Bij afkortingen maak je een meervoud
A
met een apostrof +s 's
B
met een -en
C
afhankelijk van de lettergreep

Slide 11 - Quizvraag

Bijvoeglijk naamwoord?
Wat is het ook al weer?

Slide 12 - Woordweb

Bijvoeglijk naamwoord
- zegt iets over een zelfstandig naamwoord

Wat is ook al weer een zelfstandig naamwoord??



Slide 13 - Tekstslide

Spoorloze spullen op het spoor

De NS heeft een grote voorraad met gevonden voorwerpen. Het gaat niet alleen om kleine dingen, zoals een kapotte ov-chipkaart. Mensen raken ook metalen objecten kwijt, waaronder elektrische apparaten. Een conductrice vertelt dat zij al van alles is tegengekomen, zoals een gouden kettinkje en een rode iPad. Volgens de officiële regel biedt de NS deze items na een jaar aan commerciële kopers te koop aan. Slechts zelden leidt dit na twaalf maanden nog tot boze reacties van de eigenaren. Zij hebben gewoon dikke pech!
Schrijf de bijvoeglijke naamwoorden op! (12x)

Slide 14 - Tekstslide

Spoorloze spullen op het spoor

De NS heeft een grote voorraad met gevonden voorwerpen. Het gaat niet alleen om kleine dingen, zoals een kapotte ov-chipkaart. Mensen raken ook metalen objecten kwijt, waaronder elektrische apparaten. Een conductrice vertelt dat zij al van alles is tegengekomen, zoals een gouden kettinkje en een rode iPad. Volgens de officiële regel biedt de NS deze items na een jaar aan commerciële kopers te koop aan. Slechts zelden leidt dit na twaalf maanden nog tot boze reacties van de eigenaren. Zij hebben gewoon dikke pech!

Slide 15 - Tekstslide

De meeste bijvoeglijke naamwoorden hebben een korte vorm en een lange vorm (met een -e) ; dof - doffe, mooi - mooie

Slide 16 - Tekstslide

Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden
Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden zeggen van welk materiaal (welke stof) iets is gemaakt.

Ze hebben maar één vorm en eindigen meestal op -en (een houten pollepel, een zilveren ring), maar niet altijd (een nylon tas, een aluminium pan).

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag
H5. Spelling Bijvoeglijke naamwoorden

Online leerroute
Bekijk de video-uitleg online en leer de theorie.

Slide 18 - Tekstslide