Politiek Herhaling

Herhaling H3 Politiek 
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Herhaling H3 Politiek 

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Herhaling( ter voorbereiding op de toets)

- Zelfstandig aan de slag ( opdrachten af maken)

 - Vragen?



Slide 2 - Tekstslide

Wat is politiek?
Het maken van keuzes en het nemen van beslissingen.

Over hoe het land bestuurd moet worden. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn ambtenaren?

Ambtenaren zijn mensen die voor de overheid werken.

Mensen die voor de gemeente, provincie en het land werken.



trouwambtenaar
mensen die op het gemeentehuis werken
ID kaart
aangifte van geboorte

brandweer
politie
burgemeester

Slide 4 - Tekstslide

Wie nemen er besluiten.
Politici nemen de besluiten.

Politici en ambtenaren samen vormen de overheid. 

Zij zorgen dat Nederland bestuurd wordt. 

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een 
algemeen belang?
Een algemeen belang is, als er veel mensen er voordeel aan hebben.

Om deze taken uit te voeren is er geld nodig, dit wordt gedaan door belasting. 
algemeen belang: milieu
algemeen belang: goed onderwijs
Algemeen belang: goede gezondheidszorg 
Algemeen belang: veiligheid 
Algemeen belang: goede ouderenzorg 
algemeen belang: weinig files. goede snelwegen

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de juiste uitleg voor het woord politiek?
A
De baas spelen over een land
B
Het maken van keuzes en nemen van beslissingen
C
Het controleren van de regering
D
Bepalen wat goed is voor het land

Slide 7 - Quizvraag

Alle politici en ambtenaren samen
Mensen die van politiek hun beroep gemaakt hebben
Mensen die werken voor de gemeente, de provincie of het Rijk
Ambtenaren
overheid
politici

Slide 8 - Sleepvraag

Wie is geen ambtenaar?
Welke van de onderstaande beroepen is geen ambtenaar?
A
Leraar
B
Politie
C
Militair
D
Tandarts

Slide 9 - Quizvraag

Een voorbeeld van een algemeen belang is:
A
Liefdesverdriet
B
Onderhouden van huizen
C
Veiligheid op straat

Slide 10 - Quizvraag

Waar bestaat de overheid uit?

Slide 11 - Open vraag

Waarover beslist de politiek?
Zakgeld
Alcohol leeftijd
Fietspaden
Scholen

Slide 12 - Sleepvraag

Welke van de volgende situaties zijn NIET in het algemeen belang?
A
Veiligheid
B
Vakanties
C
Gezondheid
D
Openbaar vervoer

Slide 13 - Quizvraag

Linkse partijen

Linkse partijen zijn voor een overheid die mensen helpt die weinig geld hebben:
  • Goede uitkeringen voor werklozen en gehandicapten.
  • Minder verschil tussen arm en rijk.
  • Kwetsbare mensen moeten geholpen worden.


Slide 14 - Tekstslide

Rechtse partijen

Rechtse partijen vinden dat de overheid zo weinig mogelijk moet regelen:
  • Lage belastingen.
  • Eigen verantwoordelijkheid.
  • Voorstander van strenge straffen.


Slide 15 - Tekstslide

Middenpartijen

Sommige partijen zijn niet duidelijk links of rechts. We noemen ze middenpartijen. De christelijke middenpartijen vinden dat mensen meer voor elkaar moeten zorgen.

Slide 16 - Tekstslide

Rechtse politieke partijen vinden dat de overheid meer regels voor burgers en bedrijven moet maken
Waar
Niet waar

Slide 17 - Poll

Linkse politieke partijen willen dat mensen vooral voor zichzelf zorgen
Waar
Niet waar

Slide 18 - Poll

Links
Midden
Rechts
SP
VVD
PVDA
PVV
CDA

Slide 19 - Sleepvraag

Het verschil tussen rijk en arm moet kleiner worden
A
Links
B
Midden
C
Rechts

Slide 20 - Quizvraag

De overheid moet mensen alleen helpen als het echt nodig is
A
Links
B
Midden
C
Rechts

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Wie beslist er over de plannen?

Politici willen vaak dat er iets verandert in de samenleving. Bijvoorbeeld dat appen op de fiets wordt verboden. Om iets te veranderen stelt de minister of een Kamerlid een wetsvoorstel op.

Wetsvoorstel
Plan om een probleem aan te pakken.

Als de meerderheid van de  Tweede Kamer het ermee eens is, wordt de wet aangenomen.

Slide 23 - Tekstslide

Wie gaat het doen?

Als een wet is aangenomen zorgen de ministers ervoor dat de wet ook wordt uitgevoerd.

Bijvoorbeeld: als de Tweede Kamer wil dat appen op de fiets niet mag, zorgt de minister ervoor dat alle agenten weten dat ze hier een boete voor mogen uitschrijven.

Slide 24 - Tekstslide

Wie controleert de ministers?

De Tweede Kamer stemt over de wetten. Maar daarnaast controleren ze ook of de ministers het land wel goed besturen.

Dit doen ze bijvoorbeeld door vragen te stellen aan de ministers.

Slide 25 - Tekstslide

En Willem-Alexander dan?

Koning Willem-Alexander is het staatshoofd. Omdat hij niet gekozen is, heeft hij bijna geen macht. Wel heeft hij de volgende taken:
  • Zijn handtekening onder wetten zetten.
  • Op Prinsjesdag de troonrede voorlezen.

Regering
De koning en de ministers samen.

Slide 26 - Tekstslide

Hoeveel zetels zijn er in de Tweede Kamer
A
150
B
125
C
100
D
75

Slide 27 - Quizvraag

Hoeveel zetels moet je hebben om in meerderheid te zijn
A
150
B
40
C
76
D
75

Slide 28 - Quizvraag

Wie zitten er in de Regering?
A
Alleen de Ministers.
B
De koning en de ministers samen.
C
De koning en de Minister president
D
De overheid.

Slide 29 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Bekijk de video op de volgende dia (met oortjes in)


Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Opdracht
Klaar? Maak over iedere paragraaf (3.1+3.2+3.4+3.5)  open toetsvragen + noteer het juiste antwoord. Dit doe je zelfstandig. Klaar? Rond de les af en dan mag je (nog niet gemaakte) opdrachten in je wb maken.
Misschien komt jouw vraag wel op de toets!

Slide 32 - Tekstslide

3.1 Wat is politiek
+ het juiste antwoord

Slide 33 - Open vraag

3.2 Welke partij past bij jou?
+ het juiste antwoord

Slide 34 - Open vraag

3.4 De regering regeert
+ het juiste antwoord

Slide 35 - Open vraag

3.5 Het parlement controleert
+ het juiste antwoord

Slide 36 - Open vraag