4h-PRETÉRITO PERFECTO

1.Wat is de pretérito perfecto?
2.Hoe vorm je de pretérito perfecto?
3. Wanneer gebruik je de pretérito perfecto?

Leerdoelen:

aan het eind van de les weet je hoe je kunt vertellen wat je 
hebt gedaan




Pretérito Perfecto
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 7

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

1.Wat is de pretérito perfecto?
2.Hoe vorm je de pretérito perfecto?
3. Wanneer gebruik je de pretérito perfecto?

Leerdoelen:

aan het eind van de les weet je hoe je kunt vertellen wat je 
hebt gedaan




Pretérito Perfecto

Slide 1 - Tekstslide

0

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

EL PARTICIPIO PASADO DE
ESCUCHAR
ES...
A
ESCUCHADO
B
ESCUCHIDO

Slide 4 - Quizvraag

EL PARTICIPIO PASADO DE
HABLAR
ES...
A
HABLIDO
B
HABLADO

Slide 5 - Quizvraag

EL PARTICIPIO PASADO DE
COMER
ES...
A
COMIDO
B
COMADO

Slide 6 - Quizvraag

EL PARTICIPIO PASADO DE
BEBER
ES...
A
BEBADO
B
BEBIDO

Slide 7 - Quizvraag

EL PARTICIPIO PASADO DE
DORMIR
ES..
A
DORMIDO
B
DORMADO

Slide 8 - Quizvraag

EL PARTICIPIO PASADO DE
VIVIR
ES..
A
VIVADO
B
VIVIDO

Slide 9 - Quizvraag

PRETÉRITO PERFECTO-IRREGULAR PARTICIPLES

Slide 10 - Tekstslide

ABIERTO
PUESTO
DICHO
VUELTO
VISTO
HECHO
ABRIR
VER
HACER
PONER
VOLVER
DECIR

Slide 11 - Sleepvraag

Slide 12 - Tekstslide

¡A trabajar!
¿Qué?  El préterito perfecto
https://wordwall.net/nl/resource/379225/preterito-perfecto
¿Cómo?  individualmente 
¿Tiempo? 10 minutos
¿Listo?  Werken aan EJERCICIOS P.PERFECTO EN
                  ONENOTE

Slide 13 - Tekstslide

Pretérito perfecto
(signaalwoorden)

Slide 15 - Woordweb

Slide 16 - Tekstslide

Traduce las siguientes frases
Vertaal de zinnen

Slide 17 - Tekstslide

1. Nunca he comido sushi

Slide 18 - Open vraag

2. Este mes mi familia y yo hemos viajado a España.

Slide 19 - Open vraag

3. ¿Ya has hecho los deberes?

Slide 20 - Open vraag

4. Vosotros no habéis estudiado mucho para el examen de inglés.

Slide 21 - Open vraag

5. Esta semana mi hermano ha comprado muchas frutas.

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

volver (terugkeren)
vuelto (terug gekeerd)
abrir (openen)
abierto (geopend)
escribir (schrijven)
escrito (geschreven)
romper (stuk gaan)
roto (stukgegaan)
decir (zeggen)
dicho (gezegd)
hacer (doen/maken)
hecho (gedaan/gemaakt)
ver (zien)
visto (gezien)
ir (gaan)
ido (gegaan)
poner (leggen, zetten)
puesto (gelegd)
Enkele onregelmatige deelwoorden

Slide 27 - Tekstslide

Responde a las preguntas usando el pretérito perfecto
Beantwoord de vragen met de Pretérito Perfecto

Slide 28 - Tekstslide

1. ¿Qué has desayunado hoy?

Slide 29 - Open vraag

2. ¿Has visto una película esta semana?

Slide 30 - Open vraag

3. ¿Has ido a España alguna vez?

Slide 31 - Open vraag

4. ¿Qué has hecho este fin de semana?

Slide 32 - Open vraag

1. Nunca he comido sushi

Slide 33 - Open vraag