01_02_En el restaurante

• Spaans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Probeer het geheugen van de leerlingen op te frissen en gezamenlijk te bedenken wat de tekstwolkjes betekenen. 

Geef de leerlingen een stencil waar ze de rode woorden op kunnen schrijven met de juiste vertaling. Ze houden deze les een eigen mini-woordenboekje bij. 

Bij de vorige les hebben de leerlingen een Mexicaans gerecht opgezocht en hebben ze korte gesprekjes met elkaar gevoerd over hun gekozen gerecht. Hoe heet het gerecht? Welke ingrediënten heeft het, wat voor smaak heeft het gerecht, waar komt het gerecht vandaan? Etcetera. Deze slide kan dus pas gemaakt worden na het geven van de vorige les. Kies enkele emblematische gerechten uit om te laten zien en laat de leerlingen kort vertellen wat het gerecht ook alweer was? Weten ze nog ingrediënten te noemen in het Spaans? Zo ja, laat de hele klas hun woordenboekje bijhouden. 

Les het lesdoel uit en vraag of iemand weet wat de meme betekent. 

Antwoord: Dit is de laatste keer dat ik Mexicaans eten probeer (pikant, dus als je naar de wc gaat, voel je dat ook). Momentje voor leerlingen om even lekker te kunnen lachen. 

Instructies van de leerling staan uitgeschreven op de slide. Bereid de leerlingen voor op de video door te vertellen dat het gaat om een restaurant in Mexico waar een toerist met een sterk Engels accent in zijn Spaans zich probeert te redden. Hij weet alleen niet goed wat hij wil bestellen en verandert steeds van mening en de ober verliest langzaam maar zeker zijn geduld. Handout 2 uitdelen waar de leerlingen het volledige gesprek kunnen meelezen en moeten proberen om de gaten op de vullen met de juiste woorden. Leg uit dat er al plaatjes staan in de handout van de dingen die zij moeten vinden. 

Bespreek de opdracht met de leerlingen. Wijs ombeurten een leerling aan om antwoord te geven. Zorg ervoor dat je de meeste leerlingen een kans hebt gegeven om te antwoorden. (Zie transcript voor alle antwoorden). 

Deel leerlingen in in groepjes van 3. Zorg ervoor dat je zwakkere leerlingen combineert met sterkere leerlingen, gebaseerd op je ervaringen met deze leerlingen in vorige lessen, hun cijfers en zelfstandigheid. Geef aan dat er 3 rollen zijn en zij zelf een rol mogen kiezen om te lezen. Leg uit dat er na het lezen van de tekst een quiz volgt waar zij als groepje nadenken over de vragen en gezamenlijk een antwoord geven (dus op dat moment maar 1 laptop gebruiken). Geef aan dat er voor het lezen van de tekst 7 minuten is, inclusief kort met elkaar bespreken wat ze hebben gelezen. 

1. Waar speelt dit gesprek zich af? Noem de plek en het land.

En una terraza - op een terrasje

In het land Spanje, wat je kan horen aan het accent, door de vervoeging van vosotros die ze in Latijns-Amerika niet gebruiken en door stopwoordjes zoals vale. 

2. Wie is de 'camarero' in dit gesprek?

De ober. 

3. Hoe noemen ze 'ober' in het Mexicaans Spaans in de video die we net gezien hebben?

In Mexico en een aantal andere landen noemen ze een ober mesero (wat komt van mesa = tafel) en in Spanje meestal camarero. In Argentinië en Cuba noemen ze hem een mozo en in Chili een garzón. 

4. Hoe kan je aan een ober vertellen wat je wil eten of drinken?

¿Qué queréis beber? 

5. Hoe zegt Inés dat ze veel dorst heeft?

Tengo mucha sed. 

6. Wat is de specialiteit van het huis? Schrijf het gerecht op in het Spaans.

Leg uit dat 'pollo al diablo' duivelse kip betekent. Vraag de leerlingen wat voor ingrediënten dit gerecht heeft en waarom zij denken dat het 'al diablo' heet. 

Antwoord: Het heeft een pepersaus, die pittig is. Veel gerechten in Mexico en Latijns-Amerika zijn pittig en dit is een creatieve manier om dit op de menukaart te zetten, aangezien de duivel in de hitte van de hel leeft.  

7. Inés bestelt alleen een ensalada. Waarom? Schrijf de Spaanse zin op waarin ze dit uitlegt:

No tengo mucha hambre. 

sal

verduras

Postre

Carne

Queso

Pollo

Agua

Ajo

Camarones

Leerlingen slepen op hun eigen laptop de juiste woorden naar de juiste plaatjes. Op het whiteboard zie je live hoe ze het doen en hoeveel ze goed hebben in hoeveel pogingen. Moedig de leerlingen aan, maar benadruk ook dat je geen perfectie verwacht. 

Geef aan dat de tijd beperkt is, en dat ze binnen 10 minuten iets gemaakt moeten hebben. Groepje 1 en 2 mogen iets op papier maken, maar ze mogen ook Canva gebruiken, of Powerpoint of een andere digitale tool. Als hun woordenboekjes tekort schieten kunnen ze ook nog kijken naar de gatenkaas opdracht behorende bij de video en eventueel Google Translate. 

Het stripverhaal is op a3 geprint en in kleur en wordt uitgedeeld aan het groepje dat dit kiest. 

Bekijk eerst even of de groepjes zich enigzins gelijkmatig verdelen, zo niet, dan kijken of er leerlingen zijn die het ook wel prima vinden om te wisselen. 

Vraag ombeurten: 

-Wie weet er minder dan 5 woorden? Ok, dan is het belangrijk dat jullie volgende les extra hard jullie best doen en thuis gaan oefenen met deze woordjes. In een restaurant zal je een telefoon met google translate nog hard nodig hebben. 

-Wie weet er tussen de 5 en 12 woorden? Goed begin, blijf hard werken aan de woordenschat. Met wat gebarentaal erbij kan je je al redelijk redden in een restaurant. 

-Wie weet er tussen de 12 en 20 woorden? Top, zijn jullie goed aan het werken aan je woordenschat en kan je je waarschijnlijk al aardig redden in een restaurant. 

Vertel dat je nog even de vertalingen laat zien van alle 20 woordjes. 

Bedank de leerlingen voor hun inzet. Neem de opdrachten in waar ze aan gewerkt hebben, zodat ze hier volgende les mee verder kunnen. Leg de Spaanse tekst nog even uit: De volgende les wordt nog meer spicy.