Nu Nederlands les 3 Betrouwbaarheid

Nederlands
Betrouwbaarheid en bruikbaarheid van teksten


1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Betrouwbaarheid en bruikbaarheid van teksten


Slide 1 - Tekstslide

DOEL


Je kunt inschatten of een tekst betrouwbaar is, zodat je kunt bepalen hoe waardevol de informatie is.




Betrouwbaarheid van teksten

Slide 2 - Tekstslide

Wat doe je als je een tekst kritisch leest?
A
Je bekijkt de tekst en leest de eerste alinea
B
Je leest de eerste en de laatste zin van de alinea's
C
Je leest de tekst van het begin tot aan het eind goed door
D
Je leest de tekst en beoordeelt of de informatie juist en betrouwbaar is

Slide 3 - Quizvraag

Wanneer is een tekst volgens jou betrouwbaar?

Slide 4 - Open vraag

Een tekst is altijd betrouwbaar als deze geschreven is door iemand die er verstand van heeft?
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Als het doel van de tekst is om je te overtuigen is de tekst niet betrouwbaar
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Om te bepalen of een tekst betrouwbaar is, kijk ik naar:
A
De schrijver, het publiek en de datum v/d tekst
B
De bron, het publiek en het doel van de tekst
C
De bron, de schrijver en het doel van de tekst
D
Het publiek, het doel en de datum van de tekst.

Slide 7 - Quizvraag

een reclame tekst heeft als doel te:
A
informeren
B
te activeren/ overhalen
C
Instrueren
D
Overtuigen/ betogen

Slide 8 - Quizvraag


Schoolboeken en de meeste nieuwsberichten zijn wel betrouwbaar, omdat ze als doel hebben de lezer informatie te geven.

Slide 9 - Tekstslide

Betrouwbaarheid van teksten


  • Informatie in teksten is niet altijd betrouwbaar.
  • Daarom moet je een tekst kritisch lezen.
  • Als je wilt controleren of een tekst betrouwbaar is, let je op de bron,  de schrijver, het doel van de tekst.

Slide 10 - Tekstslide

De bron van een tekst

  • Een bron moet bij voorkeur actueel zijn, dat kun je aan de bronvermelding zien.
  • Een bron die zo volledig mogelijk informatie geeft, is betrouwbaarder dan een bron die dat niet doet.
  • Dat geldt ook voor een bron die informatie juist en controleerbaar aanbiedt.

Slide 11 - Tekstslide

De schrijver van een tekst

Een schrijver is deskundig als hij zich uitgebreid in het onderwerp heeft verdiept of een ruime persoonlijke ervaring heeft met het onderwerp.

Slide 12 - Tekstslide

Reclame
Reclameteksten zijn meestal niet erg betrouwbaar,
omdat ze activeren of overhalen als doel hebben.

Slide 13 - Tekstslide

Het doel van een tekst

  • Een tekst is objectief en onpartijdig als die alleen maar informatie geeft.
  • Een tekst is subjectief en partijdig als die ergens van wil overtuigen of ergens reclame voor maakt. 
  • Als een tekst bedoeld is om jou te overtuigen of tot handelen aan te zetten, moet je dus extra goed opletten!

Slide 14 - Tekstslide

Nepnieuws op internet

  • Weet jij welke informatie op internet betrouwbaar is?
  • Veel jongeren vinden het lastig om te beoordelen of iets wat ze online tegenkomen nepnieuws of juist betrouwbare informatie is.

Bekijk het volgende filmpje:



Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Heb jij wel eens iets geliket of gedeeld wat achteraf nepnieuws was?
Ja
Nee
Weet ik niet

Slide 17 - Poll


Lees de tekst en bekijk de afbeelding. De tekst komt van Wikipedia, een site waar iedereen informatie op kan zetten.

Slide 18 - Tekstslide

Lees de tekst

Slide 19 - Tekstslide

Dit artikel komt uit de serie 'NRC checkt'. Leg in je eigen woorden uit wat NRC in deze serie doet.

Slide 20 - Open vraag

Wie hebben gezegd dat sojamelkdrinkers bijdragen aan de ontbossing?

Slide 21 - Open vraag

Wat is de conclusie van NRC?

Slide 22 - Open vraag

Geloof jij alles wat je in de krant leest? Leg je antwoord uit.

Slide 23 - Open vraag

Doe oortjes in

en bekijk het volgende filmpje!

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Leg uit waarom
Wikipedia 'De vrije encyclopedie' heet.

Slide 26 - Open vraag

Onder aan de tekst staat 'Deze pagina is het laatst bewerkt op ... '
Wat is bewerken?

Slide 27 - Open vraag

Waarover gaat deze tekst?

Slide 28 - Open vraag

Wat is het doel van de tekst?

Slide 29 - Open vraag

Noteer een feit uit de tekst dat niet meer actueel is.

Slide 30 - Open vraag

Wat weet je nu over de betrouwbaarheid van de artikelen op Wikipedia?

A
De informatie in een artikel op Wikipedia is altijd betrouwbaar.
B
De informatie in een artikel op Wikipedia is nooit betrouwbaar.
C
Je weet nooit zeker of de informatie in een artikel op Wikipedia betrouwbaar is.

Slide 31 - Quizvraag

NU Nederlands (online)
NU Nederlands Lezen, luisteren, kijken
hoofdstuk 1.3

Maak opdracht 3 en 4 


Slide 32 - Tekstslide

GELEERD?


- Je kunt beoordelen of de informatie in een tekst betrouwbaar is


Betrouwbaarheid van teksten

Slide 33 - Tekstslide

Schrijf één ding op wat je deze les hebt geleerd en niet meer vergeet.

Slide 34 - Open vraag

Stel één vraag over iets dat je nog niet zo goed
hebt begrepen.

Slide 35 - Open vraag

NU Nederlands online
NU Nederlands Lezen, luisteren, kijken
hoofdstuk 1.3

Maak extra opdracht 1 en 2

Slide 36 - Tekstslide