In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Keuzedeel DatacenterIT 2Datacentercomponenten
Slide 1 - Tekstslide
Wat hebben we de afgelopen twee lessen besproken?
Slide 2 - Tekstslide
Er zijn drie soorten datacenters. Welke is er geen?
A
Bedrijfs-datacenter
B
Colocatiedatacenter
C
Hyperscale datacenter
D
Serverruimte datacenter
Slide 3 - Quizvraag
Wat is een groot nadeel van grote datacenters?
A
Ze verbruiken erg veel stroom.
B
Het neemt veel ruimte in beslag.
C
Het creëert veel geluidsoverlast.
D
Datacenters creëren veel radioactief afval
Slide 4 - Quizvraag
Wat is het doel van een SLA?
A
Het doel van een SLA is om kosten te besparen op de dienstverlening.
B
Het doel van een SLA is om de dienstverlener te beoordelen op zijn prestaties.
C
Het doel van een SLA is om duidelijke afspraken te maken over de te leveren dienstverlening, zodat zowel de dienstverlener als de klant weten wat ze kunnen verwachten.
D
Het doel van een SLA is om de klant te binden aan een langdurig contract.
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel classificaties van datacenters zijn er?
A
5
B
3
C
4
D
2
Slide 6 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld(en) van certificering voor datacenters?
A
HIPAA
B
ISO 27001
C
PCI DSS
D
ISO 9001
Slide 7 - Quizvraag
Een klant meldt een probleem met zijn server, mag je de open poorten scannen om te zien of de server daarop reageert?
A
Ja
B
Nee
C
Misschien
Slide 8 - Quizvraag
Wat is een outage in een datacenter?
A
Een periode waarin het datacenter wordt geüpgraded.
B
Een periode waarin het datacenter niet beschikbaar is.
C
Een periode waarin het datacenter extra snel werkt.
D
Een periode waarin het datacenter volledig wordt gesloten.
Slide 9 - Quizvraag
Wat voor apparatuur kan in een 19 inch rack worden geplaatst?
A
Netwerkswitches
B
UPS'en
C
Servers
D
Patchpanelen
Slide 10 - Quizvraag
Welke componenten van een datacenter kun je bedenken?