5H - BS 5 - Transport - Lymfe
1 / 12
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
De werking van koffie wordt wel eens onderschat. Zelfs als een
persoon 's ochtends slechts één kopje koffie drinkt, is ’s avonds nog cafeïne in
het speeksel van de proefpersoon aan te tonen.
Naast speeksel zijn andere vloeistoffen in het lichaam: bloed, lymfe en
weefselvloeistof.
In welk van deze vloeistoffen zal enkele uren na het drinken van koffie ook
cafeïne kunnen worden aangetroffen?
persoon 's ochtends slechts één kopje koffie drinkt, is ’s avonds nog cafeïne in
het speeksel van de proefpersoon aan te tonen.
Naast speeksel zijn andere vloeistoffen in het lichaam: bloed, lymfe en
weefselvloeistof.
In welk van deze vloeistoffen zal enkele uren na het drinken van koffie ook
cafeïne kunnen worden aangetroffen?
A
Alleen in bloed
B
in bloed en weefselvloeistof
C
in weefsel vloeistof en lymfe
D
in bloed, weefselvloeistof en lymfe
Slide 6 - Quizvraag
Het bloed dat een bepaald hersengebied verlaat is zuurstofarm.
In welk van de volgende bloedvaten is dit bloed voor het eerst weer zuurstofrijk?
In welk van de volgende bloedvaten is dit bloed voor het eerst weer zuurstofrijk?
A
Halsader
B
Halsslagader
C
Longader
D
Longslagader
Slide 7 - Quizvraag
Tijdens de systole trekken de kamers zich samen en tijdens de diastole ontspannen ze zich. Hiernaast zijn de verschillende kleppen met letters aangegeven
Welke kleppen zijn tijdens de diastole gesloten?
Welke kleppen zijn tijdens de diastole gesloten?
A
P en Q
B
P en S
C
Q en R
D
R en S
Slide 8 - Quizvraag
Ook buiten het hart komen kleppen voor. Bloedvaten in het lichaam zijn: onderste holle ader, haarvaten van de hartspier, kransslagader en een beenader.
In welk van deze bloedvaten bevinden zich kleppen?
In welk van deze bloedvaten bevinden zich kleppen?
Slide 9 - Open vraag
In het hart word op 4 plaatsen de bloeddruk gemeten bij het samentrekken van de kamers:
1 - in de linkerboezem 2 - in de linkerkamer
3 - in de rechterboezem 4 - in de rechterkamer
Op welke plaatsen is de druk het hoogst op het moment dat de kleppen opengaan?
1 - in de linkerboezem 2 - in de linkerkamer
3 - in de rechterboezem 4 - in de rechterkamer
Op welke plaatsen is de druk het hoogst op het moment dat de kleppen opengaan?
A
Op plaats 1
B
Op plaats 2
C
Op plaats 3
D
Op plaats 4
Slide 10 - Quizvraag
Het bloed in een kransslagader wordt vergeleken met dat in een kransader wat betreft het glucosegehalte en de stroomrichting. In welk bloedvat bevindt zich bloed met het hoogste glucosegehalte? En in welke richting stroomt dit bloed?
A
Hoogste glucosegehalte in een kransslagader, stroomrichting naar hartspier toe
B
Hoogste glucosegehalte in een kransslagader, stroomrichting van de hartspier weg
C
Hoogste glucosegehalte in een kransader, stroomrichting naar de hartspier toe
D
Hoogste glucosegehalte in een kransader, stroomrichting van de hartspier weg
Slide 11 - Quizvraag
Heb je nog zorgen m.b.t. de komende tentamenweek?
