Les 3 Gewrichten en bewegingsassen

Les 3 - Gewrichten en bewegingsassen
3.5 Gewrichten 
3.5.1 bindweefselverbindingen
3.5.2 kraakbeenverbindingen
3.5.3 synoviale gewrichten
3.5.4 bewegingsassen
3.5.5 soorten synoviale gewrichten
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 3 - Gewrichten en bewegingsassen
3.5 Gewrichten 
3.5.1 bindweefselverbindingen
3.5.2 kraakbeenverbindingen
3.5.3 synoviale gewrichten
3.5.4 bewegingsassen
3.5.5 soorten synoviale gewrichten

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten jullie nog van les 2?
Even opfissen... 

Slide 2 - Tekstslide

Botvorming kan op
twee manieren
plaatsvinden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Botvorming in je schedel en sleutelbeen vindt plaats
vanuit kraakbeen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Botvorming:

  • Vanuit kraakbeen (endochrondale botvorming)
  • Vanuit bindweefsel (intramembraneuze botvorming)

Slide 5 - Tekstslide

Na de puberteit verdwijnen de groeischrijven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Nieuw botweefsel wordt onder het botvlies
gemaakt d.m.v. osteoclasten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Onder welke groepen kun je de soorten beenderen onderverdelen?

Slide 8 - Open vraag

Platte beenderen zijn breed en plat.
Voorbeelden hiervan zijn:
Schouderblad & schedelbeenderen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Welke van onderstaande botten behoort niet tot de pijpbeenderen?
A
Schouderblad
B
Spaakbeen
C
Scheenbeen
D
Dijbeen

Slide 10 - Quizvraag

Tot de onregelmatig gevormde beenderen hoort:
A
hand- en voetwortelbeentjes
B
bekken
C
scheenbeen
D
beenderen in de schedel

Slide 11 - Quizvraag

Onregelmatig gevormde beenderen bestaan uit een dikke laag compact botweefsel met binnenin sponsachtig botweefsel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Leerdoelen les 3
De student kan uitleggen wat een botverbinding is
De student kent de eigenschappen van bindweefselverbindingen, kraakbeenverbindingen en synoviale gewrichten
De student kent verschillende soorten synoviale gewrichten
De student kent de drie verschillende bewegingsassen

Slide 13 - Tekstslide

Botverbindingen
Botverbindingen (junctura) verbinden twee botten met elkaar. Er zijn drie groepen botverbindingen: 
bindweefselverbindingen
kraakbeenverbindingen
synoviale gewrichten.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Hyalien kraakbeen: bestaat uit collageenvezels, kan vervormen. Trekvast, stevig (primaire kraakbeengewrichten) Bijv. de ribben.

Vezelig kraakbeen: bestaat uit veel collageenvezels en kan daardoor minder vervormen. (secundaire kraakbeengewrichten) Bijv. de tussenwervelschijven.

Kraakbeenverbinding

Slide 17 - Tekstslide

Synoviale gewrichten
- Meest voorkomende soort botverbinding in ons lichaam. 
- Maken grote bewegingen tussen botten mogelijk (schouder-, heup- en kniegewricht)


- Soorten synoviale gewrichten: kogelgewricht, ellipsoidgewricht, zadelgewricht, schaniergewricht, rolgewricht/ draaigewicht, vlakgewricht/ glijdend gewricht.

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht 1 (max 15 min)
Werk individueel de onderstaande gewrichten uit en geef bij ieder gewricht een voorbeeld. In eigen woorden.
  • Kogelgewricht
  • Ellipsoidgewricht
  • Zadelgewricht
  • Schaniergewricht
  • Rolgewricht (draaigewricht)
  • Vlakgewricht (glijdend gewricht)
Klassikaal nabespreken. Geef een handje in de chat als je zover bent. 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Terugkomen op leerdoelen les 3
De student kan uitleggen wat een botverbinding is
De student kent de eigenschappen van bindweefselverbindingen, kraakbeenverbindingen en synoviale gewrichten
De student kent verschillende soorten synoviale gewrichten
De student kent de drie verschillende bewegingsassen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Huiswerk
Voor week 10
Les 4: Voorbereidingsopdracht Bedrustcomplicaties, de wervelkolom.








Slide 27 - Tekstslide