EXTRA - Waar zijn we - Deel 1

• Kunst, Drama
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

0

WAAR ZIJN WE?

BLOKDOELEN

1. Ik kan een scène bedenken en spelen met de 5 W's.

2. Ik kan een scène bedenken en spelen met een vooraf bedacht begin, midden en een eind.

3. Ik kan een scène bedenken en spelen met een conflict.

EXTRA 4: Ik weet wat het verschil tussen een dialoog en een monoloog is.

EXTRA 5: Ik kan van een dialoog een scène maken.

MONOLOOG & DIALOOG

DIALOOG = EEN GESCHREVEN THEATER OF FILM TEKST VOOR 2 OF MEER PERSONEN

MONOLOOG = EEN GESCHREVEN THEATER OF FILM TEKST VOOR 1 PERSOON

DE 5 W'S

WIE

Wie zijn de personages in de scène? Welke rollen worden gespeeld? Gaat het om een oma en kleinkind, twee agenten of een piraat en een papegaai?

WAAR

Waar speelt de scène zich af? Wat is de locatie van de scène? Op de Zuidpool, in een zwembad, de bibliotheek op de maan?

WANNEER

Wanneer speelt de scène zich af? Hoe laat? In welke tijd? De middeleeuwen?

DE 5 W'S

WAAROM

Waarom vertel je dit verhaal? 

Wil je mensen vermaken? Iets leren? Overtuigen van iets? 

WAT

Wat zijn de personages aan het doen? Wat DOEN ze? Zijn ze aan het touwtje springen, winkelen of zeilen?

Probleem A.K.A. Conflict

Een scene heeft eigenlijk altijd conflict nodig. 

Een probleem. 

Voorbeeld. 

Er is een feestje, iedereen gaat weg.... interessant?

Wat kan er fout gaan op het feestje?

Tadaaa... spannend!

VOORBEELD DIALOOG

Gast: Goedenavond. Ik zou graag het chef's menu willen hebben vandaag.

Ober: U eet alleen? Dat is... 

Gast: Ja, ik dineer graag alleen. Is dat een probleem?

Ober: Eigenlijk wel. We zijn een druk restaurant en tafels zijn kostbaar.

Gast: Dat klinkt niet erg gastvrij. Waarom mag ik niet gewoon alleen dineren?

Ober: We geven de voorkeur aan grotere groepen. Misschien kunt u ergens anders heen gaan?

Gast: Dit is onacceptabel. Ik wil een klacht indienen.

Ober: Dat staat u vrij, maar ik verzoek u toch om te vertrekken.

Gast: Dit is belachelijk!

Ober: Het spijt me, maar dat zijn de regels hier. 

BEDENKEN (15 MIN.)

JE BEDENKT VOORAF:

- BEGIN, MIDDEN, EIND

- WIE, WAT, WAAR

- KLEDING, DECOR, 

TECHNIEK.

REPETEREN (15 MIN.)

1. Je zoekt spullen die je nodig hebt!

Kleding, decor, attributen.

2. Je maakt een oefenopstelling.

3. Je oefent de scène minimaal 2/3 keer.

Je kan nog dingen veranderen.

4. Dan speelt hem nog minimaal 1 keer op tijd.

 

SCRIPT

DIALOOG

UITVOEREN/PRESENTEREN (1-2 min.)

Je speelt de scène voor publiek. 

Spelers-vraag:

Hoe reageert het publiek op jullie ideeën?

Wat zou je volgende keer anders willen doen?

Kijkvraag:

Wat vond jij vermakelijk?

Begreep ik de scène? Wat begreep ik niet?

BEDENKEN (15 MIN.)

JE BEDENKT VOORAF:

- 5x W

- CONFLICT

- BEGIN, MIDDEN, EIND

- KLEDING, DECOR, TECHNIEK.

- EXTRA: DIALOOG

REPETEREN (15 MIN.)

1. Je zoekt spullen die je nodig hebt!

Kleding, decor, attributen.

2. Je maakt een oefenopstelling.

3. Je oefent de scène minimaal 2/3 keer.

Je kan nog dingen veranderen.

4. Dan speelt hem nog minimaal 1 keer op tijd.