Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
aiToolsTab
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Grammar unit 1 BB/KB 3/4: comparisons/ vergelijkingen
Grammar: comparisons
Trappen van vergelijking.
Je vergelijkt mensen, dieren en dingen met elkaar.
Unit 1, lesson 1.
1 / 21
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Secundair onderwijs
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Grammar: comparisons
Trappen van vergelijking.
Je vergelijkt mensen, dieren en dingen met elkaar.
Unit 1, lesson 1.
Slide 1 - Tekstslide
Vergelijkingen maken
Je kunt met de trappen van vergelijking mensen, dieren en dingen met elkaar vergelijken.
Peter is 13 jaar oud en Joost is 14 jaar oud.
Joost is ouder dan Peter.
Joost is de oudste jongen in onze klas.
Slide 2 - Tekstslide
Vergrotende trap
Met de vergrotende trap vergelijk je twee of meer dingen met elkaar.
He is
taller
than
his father.
> He is langer dan zijn vader.
Het woordje '
than
' staat vaak in deze vergelijkingen.
Slide 3 - Tekstslide
Overtreffende trap
Met de overtreffende trap zeg je dat iets niets meer kan overtreffen. Het is het beste, slechtste of mooiste wat er bestaat.
He is
the
smartest
child in this class.
>Hij is het slimste kind in deze klas.
Je herkent een zin in de overtreffende trap aan het woord '
the
'.
Slide 4 - Tekstslide
Voorbeelden
He is taller than his father.
Tall verandert in
taller
in de vorige zin.
Smart verandert in
smartest
in de vorige zin.
He is the smartest child in this class.
Slide 5 - Tekstslide
Lettergrepen
Uit hoeveel lettergrepen bestaat het bijvoeglijk naamwoord dat je moet gebruiken?
Je kunt bijvoorbeeld klappen in je handen om zo het aantal lettergrepen te vinden van het woord
beautiful
.
beau - ti - ful > 3 lettergrepen.
Slide 6 - Tekstslide
1 lettergreep
Small, old, strong, cold, fast hebben allemaal één lettergreep.
Bij de vergrotende trap voeg je
+er
toe aan het woord.
He is
smaller
than me. > Hij is kleiner dan ik.
She is
stronger
than you. > Zij is sterker dan jou.
Slide 7 - Tekstslide
1 lettergreep
Bij de overtreffende trap voeg je
+est
toe aan het woord.
He is the
smallest
child in our class.
> Hij is het kleinste kind in onze klas.
She is the
strongest
child in our class.
> Zij is het sterkste kind in onze klas.
Slide 8 - Tekstslide
Verandering spelling!
Let op!
Eindigt het woord al op een -e, dan hoef je alleen maar +r of +st toe te voegen.
large - larger - largest.
safe - safer - safest
Slide 9 - Tekstslide
Verandering spelling
Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een medeklinker + y?
Dan verandert de 'y' in een 'i'.
Daarna + er / + est.
Happy > happier > happiest.
Slide 10 - Tekstslide
Twee of meer lettergrepen
Bestaat het bijvoeglijk naamwoord uit twee of meer lettergrepen?
Dan zet je more of most voor het bijvoeglijk naamwoord. Het bijvoeglijk naamwoord verander je niet.
More awful - most awful.
More beautiful - most beautiful.
Slide 11 - Tekstslide
Twee of meer lettergrepen
This shirt is
more beautiful
than that one.
This cat is the
most beautiful
cat in the world.
Slide 12 - Tekstslide
Twee lettergrepen
Een aantal woorden met twee lettergrepen krijgen ook +er / +est.
( Het gaat om woorden die eindigen op:
le, er, ow, y.
)
Voorbeelden:
Simple (-le) > simpler - simplest
clever (-er) - cleverer - cleverest
narrow (-ow) - narrower - narrowest
pretty (-y) - prettier - prettiest
quiet - quieter - quietest
Slide 13 - Tekstslide
Twee lettergrepen
Bijvoeglijke naamwoorden die
niet
op
-le, -er, -ow
en
-y
eindigen,
krijgen
+ more / + most
voor het woord.
cheerful (= vrolijk) > more cheerful > most cheerful.
famous (=beroemd) > more famous > most famous.
Slide 14 - Tekstslide
Uitzonderingen
Deze bijvoeglijke naamwoorden veranderen onregelmatig.
Leer deze uit je hoofd:
good - better - best
bad - worse - worst
little -less - least
far - further - furthest
Slide 15 - Tekstslide
Voorbeelden
The pink cake is
better
than
the green one.
This is
the
best
cake ever!
My drawing is
worse
than
yours.
My drawing is
the
worst
.
Slide 16 - Tekstslide
Oefenen
Naast opdr. 6, 7 (blz. 40) in je boek kun je dit onderwerp ook extra oefenen met de test jezelf en versterk jezelf op de website van All Right.
Slide 17 - Tekstslide
Ik kan de vergrotende en overtreffende trap vormen in het Engels.
A
Ja
B
Nog niet.
C
Ik moet nog even oefenen.
D
Ik heb nog een keer uitleg nodig.
Slide 18 - Quizvraag
HERHALING:
Nikki is as … as Jeroen
A
cooler
B
cool
C
funnier
D
coolest
Slide 19 - Quizvraag
HERHALING:
Kayleigh is … than Senne
A
more beautiful
B
happy
C
sweet
D
louder
Slide 20 - Quizvraag
HERHALING:
Peter is the … teacher of them all.
A
weirder
B
funny
C
best
D
greatest
Slide 21 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
T4L2: Bijvoeglijke naamwoorden
15 days ago
-
14 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Ontmoet Sea Shepherd's vloot
April 2023
-
18 slides
Social Studies
6-9 Grade
9-12 Grade
SEA SHEPHERD
T6L6: Geen probleem, no problemo!
March 2025
-
14 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Les 1 VRT Mobiliteit
March 2023
-
53 slides
Mediawijsheid
Secundair onderwijs
EDUbox
Les 2 VRT Sociale media
March 2023
-
70 slides
Mediawijsheid
Secundair onderwijs
EDUbox
EDUbox Politiek: Jouw stem in ons politiek systeem
October 2023
-
79 slides
Mediawijsheid
Secundair onderwijs
EDUbox
Introducion Explora y Llega ser - Sé Visible
February 2024
-
14 slides
Grunberg Academy
Introducion Sé Visible - Explora y Conviértete
January 2024
-
14 slides
Grunberg Academy