1.2 Keuken atributen

Keukenmaterialen 
Boodschappen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
KokenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Keukenmaterialen 
Boodschappen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Hoe heet dit rode doekje?
A
Theedoek
B
Vaatdoek
C
Dweil
D
Handdoek

Slide 3 - Quizvraag

Wat voor doek is dit?
A
Vaatdoek
B
Handdoek
C
Theedoek
D
Dweil

Slide 4 - Quizvraag

Waarmee maak je een goed sopje?
A
Met koud water en afwasmiddel
B
Met alleen heet water en afwasmiddel
C
Met lauw (warm en koud) water en afwasmiddel
D
Met alleen water

Slide 5 - Quizvraag

Sleep de woorden naar de juiste plaatjes
afwasborstel
theedoek
vaatdoek
afdruiprek

Slide 6 - Sleepvraag

Klik het plaatje met de zeef aan
A
B
C
D

Slide 7 - Quizvraag

Klik het plaatje met de koekenpan aan
A
B
C
D

Slide 8 - Quizvraag

Klik het plaatje met de braadpan aan
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Welk materiaal pak je in de keuken om te wegen?
A
B
C
D

Slide 10 - Quizvraag

Met welk materiaal kan ik een halve liter melk meten?
A
B
C
D

Slide 11 - Quizvraag

Wat is dit?
A
Beker
B
Vaas
C
Kopje
D
Glas

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een trechter?
A
B
C
D

Slide 13 - Quizvraag

Wat is dit?
A
Eierdop
B
Ei peller
C
Eiersnijder
D
Ei mes

Slide 14 - Quizvraag

Waarin bak je een ei?
A
B
C
D

Slide 15 - Quizvraag

In welke pan verwarm ik de knakworstjes?
A
B
C
D

Slide 16 - Quizvraag

Mag je tijdens het bereiden van een soep ook zelf de soep proeven?
A
Nee, dat mag echt niet
B
Ja, maar de lepel die je hebt gebruikt moet je meteen bij de vieze vaat leggen
C
Ja, maar wel met de lepel die in de pan zit
D
Ja, alleen met je eigen vinger

Slide 17 - Quizvraag

Ork ork ork soep eet je met een.....
A
B
C
D

Slide 18 - Quizvraag