Beknopte bijzin en samentrekking

Deze les
1) voegwoorden
2) beknopte bijzin
3) samentrekking
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Deze les
1) voegwoorden
2) beknopte bijzin
3) samentrekking

Slide 1 - Tekstslide

vorige les
Hoofdzin en een bijzin.
Foutieve inversie - omkering onderwerp en persoonsvorm waar het niet kan
Incongruentie - aantal onderwerp komt niet overeen met persoonsvorm

Slide 2 - Tekstslide

1) voegwoord
- plakt zinnen, zinsdelen  of woorden aan elkaar
- een voegwoord is zelf geen zinsdeel

en
De in- en uitvoer van auto's.
Zij gaat weg en zijn laat haar fiets staan.
blz 105 Vlekkeloos Nederlands

Slide 3 - Tekstslide

Zij gaat mee naar dat feest, mits jij haar thuisbrengt.
A
op voorwaarde dat
B
behalve als

Slide 4 - Quizvraag

Ik ga naar dat feest, tenzij ik haar moet thuisbrengen.
A
op voorwaarde dat
B
behalve als

Slide 5 - Quizvraag

2) Beknopte bijzin
Vlekkeloos Nederlands blz 107

Slide 6 - Tekstslide

correcte zin?
Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder.

Slide 7 - Tekstslide

correcte zin?
Bij het lokaal aangekomen, was de les al begonnen.

Slide 8 - Tekstslide

beknopte bijzin

bijzin zonder onderwerp.


Luid zingend, liep ze naar de les.


Wat is het verborgen onderwerp?

Slide 9 - Tekstslide

regel beknopte bijzin

Het weggelaten onderwerp van de bijzin = het onderwerp van de hoofdzin

Slide 10 - Tekstslide

Luid zingend liep ze naar de les.

Bijzin zonder onderwerp.


bijzin: Luid zingend 

hoofdzin: liep ze naar de les.


onderwerp hoofzin: ze

Slide 11 - Tekstslide

Luid zingend liep ze naar de les.
komt overeen met:

Terwijl ze luid zong, liep ze naar de les. 

Slide 12 - Tekstslide

correcte zin?
Bij het lokaal aangekomen, was de les al begonnen.

Slide 13 - Tekstslide

foutieve beknopte zin
Bij het lokaal aangekomen, was de les al begonnen.
bijzin: Bij het lokaal aangekomen
hoofdzin: was de les al begonnen

onderwerp hoofzin: de les
onderwerp van de hoofdzin is het onderwerp van de beknopte bijzin. Klopt dit?

Slide 14 - Tekstslide

Hoe corrigeer je een foutieve beknopte bijzin?
Bij het lokaal aangekomen, was de les al begonnen.
Wat is het onderwerp in de hoofdzin? de les
Wat is het onderwerp in de bijzin? ze/hij

onderwerp hoofzin: de les
Toen ze bij het lokaal aankwam, was de les al begonnen.

Slide 15 - Tekstslide

Correcte zin?
Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder.

Slide 16 - Tekstslide

Foutieve beknopte bijzin
Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder.

onderwerp van de hoofdzin: de bus

Correcte zin: Nadat we koffie gedronken hadden, reed de bus verder.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

3) samentrekking
Je laat woorden en zinsdelen weg om onnodige herhalingen te voorkomen.

De familie van Dam gaat eerst naar Canada en de familie Van Dam gaat daarna naar Japan.

Slide 19 - Tekstslide

Correcte zin?
Volgende week komt uw bestelling binnen en zullen wij direct bij u bezorgen.

Slide 20 - Tekstslide

Correcte zin?
De landverrader liep hard en over.

Slide 21 - Tekstslide

Hoe corrigeer je een foutieve samentrekking?
Controleer of het woord dat weggelaten is in de bijzin hetzelfde onderwerp is of functie heeft.
Hoe?

Volgende week komt uw bestelling binnen en zullen wij direct bij u bezorgen.

Slide 22 - Tekstslide

Hoe corrigeer je een foutieve samentrekking?
onderwerp in de hoofdzin: uw bestelling
Volgende week komt uw bestelling binnen en zullen wij direct bij u bezorgen.
correcte zin:
Volgende week komt uw bestelling binnen en deze zullen wij direct bij u bezorgen.

Slide 23 - Tekstslide

Correcte zin?
De landverrader liep hard en over.

Slide 24 - Tekstslide

De landverrader liep hard en over.
check het onderwerp
check de functie van het onderwerp

hard lopen en overlopen = lopen heeft hier een andere functie

Slide 25 - Tekstslide

De landverrader liep hard en over.
Correcte zin:

De landverrader liep hard en liep over. 

Slide 26 - Tekstslide

oefenen
voegwoorden: oefening 14 en 16
beknopte bijzin: oefening 18 op blz 124
samentrekking: oefening 19 op blz 124
en oefening 21 op blz 125


of
opdracht brochures checken

Slide 27 - Tekstslide

oefenen
opdracht brochures checken :
Is er sprake van inversie? Is deze correct? 
Is er sprake van incongruentie?
Welke voegwoorden worden gebruikt? Zijn deze correct gebruikt?
Zie je beknopte bijzinnen? Zijn deze correct?
Zie je samentrekkingen? Zijn deze correct?

Slide 28 - Tekstslide

volgende week
proeftoets
Inversie
incongruentie
voegwoorden
samentrekkingen
beknopte bijzinnen
oefening: uw/uw, jou/jouw

Slide 29 - Tekstslide

Toets 4: Voorbereiding

Maken: 
spelling test 86 t/m 90, blz. 78 en 79
Stijl - test 14 t/m 22


Slide 30 - Tekstslide

Toets
TOETS
-u of uw;
-spelling algemeen; verbeteren krantenbericht;
-voegwoorden;
-incongruentie, inversie, samentrekking, beknopte bijzin + theorie

Slide 31 - Tekstslide