HS 1, over taal, bk2b, 25-08-2020

Welkom

Wat heb je vandaag nodig?
Je leesboek, boek voor Nederlands, een schrift en een pen.

Heb je dit voor je?
Wees stil, dan kunnen we snel beginnen :) 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Wat heb je vandaag nodig?
Je leesboek, boek voor Nederlands, een schrift en een pen.

Heb je dit voor je?
Wees stil, dan kunnen we snel beginnen :) 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
12.35 - 12.45 - Lezen in leesboek
12.45 - 12.55 - Huiswerk bespreken
12.55 - 13.10 - Zelf aan de slag
13.10 - 13.20 - Gedichten
13.20 - 13.25 - Lesafsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht 6 t/m 9 (blz. 32 en 34)
Opdracht bespreken.

Kijk je opdracht goed na.
1. Verbeter indien je het fout hebt gedaan. (zet een streepje en schrijf het goede antwoord erachter)
2. Zet een krul als je het goed hebt gedaan. 

Slide 3 - Tekstslide

Zelf aan de slag!
Wat? Opdracht 1 en 2 (blz. 80 en 81)
Hoe? Je maakt deze opdrachten terwijl je zachtjes mag overleggen
Tijd? Je hebt hier tot het einde van de les de tijd voor
Klaar? Maak opdracht 3 en 4 (blz. 81) 

Slide 4 - Tekstslide

Gedichten
https://raadgedicht.nl/hansje-brinker-wim-hofman/

Slide 5 - Tekstslide

Lesafsluiting 

Slide 6 - Tekstslide

Stappenplan moeilijke woorden

Je gebruikt het stappenplan als je een onbekend woord tegenkomt. Het scheelt veel tijd als je de betekens van een woord niet hoeft op te zoeken. 

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 6 blz. 32

Slide 8 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
12.35 - 12.40 - Wat weet je nog?
12.40 - 12.55 - Opdracht 1 (blz. 13) bespreken
12.55 - 13.10 - Uitleg fictie en non-fictie
13.10 - 13.25 - Woordenschat, zelf aan de slag!
13.25 - 13.30 - Pauze
13.30 - 13.45 - Opdrachten woordenschat bespreken
13.45 - 13.50 - Uitleg synoniemen en antoniemen
13.50 - 14.00 - Zelf aan de slag**

Gaat het zelf aan de slag allemaal goed? Dan doen we aan het laatste kwartier van de les een spelletje. (wel over Nederlands, natuurlijk) 




Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 1 t/m 3 bespreken
Schrijf mee!

(blz. 29 en 30) 

Slide 10 - Tekstslide

Synoniem
Een synoniem is een ander woord dat hetzelfde betekent. 

Bijvoorbeeld:
explosie - ontploffing
levenslang - eeuwig
beroemd - bekend
gevangenis - ......
boos - ...... 

Slide 11 - Tekstslide

Antoniem
Een antoniem is een ander woord dat precies het tegenovergestelde betekent.

Bijvoorbeeld:
 licht - donker
moeilijk - makkelijk
dag - nacht 

Slide 12 - Tekstslide


1. Gezond
2. Hier
3. Hoog
4. Warm
5. Zwak
6. Dwerg
7. Netjes

1. 
2. 
3.
4.
5.
6.
7. 

Slide 13 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Wat? Opdracht 4 en 5 (blz. 31 en 32) 
Hoe? Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw
Tijd? Je hebt hier een kwartier de tijd voor
Hulp? Vraag eerst je buurman/buurvrouw. Daarna steek je je hand omhoog, dan beantwoord ik je vraag. 
Klaar? Maak opdracht 8 en 9. (blz 33) 

timer
10:00

Slide 14 - Tekstslide

Quizlet
We gaan zo een quizlet doen. Een quizlet is een soort online quiz. Het is dan de bedoeling dat je de antoniemen aan elkaar gaat koppelen. Het probleem is alleen dat de antwoorden niet alleen op je eigen telefoon staan, maar ook op die van je teamgenoten. Je moet dus samenwerken om te kunnen winnen. Het eerste rondje zal een soort oefenrondje zijn, daarna zijn jullie er vast beter in! 

Slide 15 - Tekstslide

Lesafsluiting
Deze les heb je geleerd wat synoniemen en antoniemen zijn.
Deze les hebben we het gehad over het verhaal 'Een vakantie van niks!'
Deze les heb je de betekenis van een aantal nieuwe woorden geleerd, geen zorgen deze gaan we nog vaak genoeg herhalen zodat je ze weet. 

De volgende les: maandag 1e uur, huiswerk: opdracht 4 en 5 af. (blz. 31 en 32) 


Slide 16 - Tekstslide