Stabiele zijligging

       Stabiele zijligging
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

       Stabiele zijligging

Slide 1 - Tekstslide

Vijf basisregels EHBO
  1.  Let op gevaar!
  2.  Ga na wat er gebeurd is en daarna wat iemand mankeert 
  3. Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting
  4.  Zorg voor professionele hulp.
  5.  Help het slachtoffer op de plaats waar hij ligt of zit

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer doen we stabiel zijligging?

Als het slachtoffer niet reageert 
en dus  bewusteloos is

Slide 3 - Tekstslide

Waarom stabiel op de zij leggen
✅ Stabiele zijligging helpt om de keel vrij te houden.
🗣️ (De persoon kan goed blijven ademen.)

✅ Bij bewusteloosheid worden de spieren slap. De tong kan dan in de keel vallen.🗣️ (De persoon kan moeilijk ademen of stikken.)

✅ In stabiele zijligging kan de persoon niet stikken in braaksel (overgeven).
🗣️ (Het braaksel loopt uit de mond.)


Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

We gaan oefenen                  
- Oefen de stabiele  
  zijligging in tweetallen.
(de één is het slachtoffer, de ander legt het slachtoffer stabiel)
- Wissel (nu is de ander het slachtoffer en legt de ander het slachtoffer stabiel) 
Denk aan de vier basisregels van EHBO !

Slide 7 - Tekstslide

        Korte              

Slide 8 - Tekstslide

Wat is stabiele zijligging?
A
Een positie voor reanimatie.
B
Een veilige positie voor bewusteloze personen.
C
Een positie voor ademhalingsproblemen.
D
Een positie voor actieve mensen.

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer voer je de stabiele zijligging niet uit?
A
Als iemand bewusteloos is
B
Als iemand is flauw gevallen
C
Als iemand geen adem haalt

Slide 10 - Quizvraag

Waarom moet je iemand in de "Stabiele zijligging" leggen?
A
Zodat hij stabiel ligt en niet om kan vallen
B
Dat ligt prettiger voor het slachtoffer
C
Dan kan je beter op het slachtoffer letten
D
Om de luchtweg van het slachtoffer vrij te houden

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer moet je iemand in de stabiele zijligging leggen?
A
Als iemand zich niet lekker voelt
B
Als iemand geen adem meer haalt
C
Als iemand buiten bewustzijn is maar ademhaalt
D
Als iemand misselijk is

Slide 12 - Quizvraag

Hoe plaats je iemand in de stabiele zijligging?
A
Zet de persoon rechtop
B
Leg de persoon op de rug
C
Laat de persoon liggen
D
Draai de persoon op de zij

Slide 13 - Quizvraag

Hoe controleer je de ademhaling?
A
Ogen openen.
B
Huidkleur controleren.
C
Luisteren naar ademgeluiden.
D
Hartslag voelen.

Slide 14 - Quizvraag