seksule voorlichting

seksuele voorlichting
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

seksuele voorlichting

Slide 1 - Tekstslide

geslachtskenmerken
iedereen ziet er anders uit maar toch kunnen we bepalen wie een jongen is en wie een meisje.

we kijken naar geslachtskenmerken om dit te bepalen.

Slide 2 - Tekstslide

primaire geslachtskenmerken.
als een kind geboren wordt zijn de primaire geslachtskenmerken al zichtbaar. 

deze bepalen of het een jongen of een meisje is. 

let dus op deze zijn al vanaf de geboorte aanwezig

Slide 3 - Tekstslide

secundaire geslachtkenmerken
het woord secundaire betekent als tweede deze kenmerken komen dus later in het leven.

het ontstaan van secundaire geslachtkenmerken gebeurt rond de puberteit. 

tijdens deze periode doorsta je lichamelijke en geestelijke groei. 
niet bij iedereen gebeurt dit op hetzelfde moment

Slide 4 - Tekstslide

jongen/man

Slide 5 - Tekstslide

meisje/vrouw

Slide 6 - Tekstslide

mannelijke geslachtsdeel
in de teelbal worden zaadcellen gemaakt deze worden opgeslagen in de bijbal.

samen zitten de teelbal en de bijbal in de balzak deze hangt buiten het lichaam en hier is de tempratuur iets lager dan in de rest van het lichaam dit is beter voor de zaadcellen.

via de zaadleider worden de zaadcellen vervoerd.

Slide 7 - Tekstslide

mannelijke geslachtsdeel
de zaadleider vervoerd de zaadcellen langs de prostaat en het zaadblaasje
deze 2 organen voegen vocht aan de zaadcellen toe vanaf dit moment heet het mengsel sperma.

de zaadleider loopt over in de urinebuis.
aan de urinebuis zit ook de urineleider verbonden.
via een opening in de eikel wordt urnine en sperma uit het lichaam gebracht.

Slide 8 - Tekstslide

erectie
in de penis zitten zwellichamen.

als hier druk op komt of opwinding plaats vind vullen deze zwellichamen zich met bloed en komt de penis in erectie vorm.

aan het einde van de penis zit een eikel deze heeft vele zenuwuiteinde

Slide 9 - Tekstslide

buitenkant vrouwelijk lichaam
als we de buitenkant van het vrouwelijke geslachtsdeel bekijken zien we hier de binnenste en buitenste schaamlippen. deze produceren slijm zodat de penis makkelijk naar binnne kan. 

de clitoris bevat vele zenuwuiteindes deze is dus zeer gevoelig.

de opening van de vagina bevat maagdenvlies

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

vrouwelijke lichaam
in de buikholte ligt de eierstok. vanaf de geboorte zitten hier een aantal eitjes in.  rond de 40-50 levensjaar zijn deze eitjes op en komt de vrouw in de overgang.

elke maand na de eerste menstruatie(ongesteldheid) rijpt er een eitje.

Slide 12 - Tekstslide

vrouwelijke lichaam
in de eierstok rijpt elke maand een eitje. rond de 14e dag van de menstruatiecyclus vind er een ovulatie plaats (eisprong).

het eitje komt vanuit de eierstok in de eileider terecht. hier wacht het eitje tot bevruchting.

vind er geen bevruchting plaats wordt het eitje afgebroken in de eileider

Slide 13 - Tekstslide

bevruchting
een zaadcel eet zijn weg naar binnen bij een eicel. 
er kan maar 1 zaadcel de snelste zijn. nadat de eerste zich in de eicel heeft gewerkt wordt de eicel hard en kunnen andere er niet meer in.

Slide 14 - Tekstslide

bevruchting
in de bevruchte eicel zitten nu 2 celkernen deze smelten samen. vanaf dit moment spreken we van een zygote.

het eitje wordt door trilharen vanuit de de eileider naar de baarmoeder gebracht

Slide 15 - Tekstslide

bevruchting
in de zygote vind celdeling plaats gaat er iets fout bij deze celdeling kan er een eeneiige tweeling ontstaan.

eeneiige tweeling= 1 eicel verkeerd gedeeld zodat er 2 kindjes ontstaan
twee eiige tweeling= 2 eicellen die normaal delen.

Slide 16 - Tekstslide

bevruchting
de zygote komt aan bij de baarmoeder en nestelt zich in in de baarmoederwand. 
in de wand ontstaat na verloop van tijd de placenta.

in de placenta zitten bloedvaten van de baby en de moeder. deze zitten verbonden met de navelstreng.

Slide 17 - Tekstslide

baby in de baarmoeder

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

bevalling
na 38 weken kan de bevalling plaats vinden.

deze bestaat uit 3 fases: ontsluiting, uitdrijving en nageboorte.

Slide 20 - Tekstslide

ontsluiting
tijdens de ontsluiting zit het kindje met zijn hoofdje bij de baarmoedermond hier past hij alleen nog niet door .

doormiddel van weeen zorgt het lichaam dat de baarmoedermond en bekken wijder gaan staan zodat er een kindje doorpast.

de weeen kunnen pijnlijk zijn hoe dichter de weeen op elkaar zitten hoe sneller je naar de volgende fase gaat.

de baarmoedermond moet van ongeveer 1 cm opening naar 10 cm opening.

Slide 21 - Tekstslide

uitdrijving
er is 10 cm opening in de baarmoedermond het kindje komt in het de vagina terecht. je krijgt persweeen en probeert het kindje uit het lichaam te drijven.
einde fase: geboorte kind

Slide 22 - Tekstslide

nageboorte
nadat het kindje geboren is wordt de navelstreng doorgeknipt. het kindje zelf heeft hier geen last van maar de moeder wel.

de moeder heeft in dit geval bloedvaten die openliggen en door bloeden.

tijdens de nageboorte wordt de placenta afgebroken, de bloedvaten afgesloten en dit wordt met een pers uit het lichaam gebracht. 

Slide 23 - Tekstslide

wat gebeurt er bij geen bevruchting?
het eitje wordt in de eileider afgebroken.

na een paar dagen na de eisprong breekt de baarmoeder het slijmvlies wat gegroeid is in de baarmoederwand af.
dit is wat tijdens de menstruatie gebeurt (ongesteldheid)

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Tekstslide

de cyclus
een gemiddelde cyclus duurt 28 dagen. 

de start van de cyclus is op dag 1 van de menstruatie. 

op dag 14 vind de ovulatie plaats (eisprong)

Slide 27 - Tekstslide

de cyclus
het baarmoederslijmvlies wordt afgebroken dit is de menstruatie (ongesteldheid) na ongeveer 5 dagen wordt het slijmvlies weer dikker in de baarmoeder dit is nodig voor het innestelen van een eitje. gebeurt dit niet dan zal het slijmvlies weer afgebroken worden

Slide 28 - Tekstslide

de cyclus
dag 1 tot en met 5: menstruatie het slijmvlies wordt afgebroken.

dag 6 tot en met 8: minder vruchtbaar weinig kans op zwangerschappen.

dag 9 tot en met 16: vruchtbare periode kans op zwangerschappen groot. (dag 14 ovulatie)

dag 17 tot en met 28: minder vruchtbaar weinig kans op zwangerschappen

Slide 29 - Tekstslide

Onbetrouwbare geboorteregeling
-Periodieke onthouding
: Geen geslachtgemeenschap in vruchtbare periode
. door rekenfout onbetrouwbaar


-Voor het zingen de kerk uit: Geslachtsgemeenschap wordt onderbroken voordat de man klaarkomt. dit is onbetrouwbaar door het voorvocht hierin kunnen ook al zaadcellen zitten


Slide 30 - Tekstslide

condooms
- Meest gebruikte voorbehoedsmiddel

- 98% veilig

- Beschermt ook tegen soa's

Slide 31 - Tekstslide

de pil
- 0,01% ongewenste zwangerschap

- elke dag 1 pil slikken tijdens de cyclus.
-1 keer vergeten niet betrouwbaar meer

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Ongewenste zwangerschap
- Morning after pil - Binnen 72 uur
- Abortuspil - 4,5 tot 7 weken
- Abortus (zuigcurettage) - 4,5 tot 13 weken
- Late abortus 13 tot 23 weken

Slide 34 - Tekstslide