wk 13 3b paragraaf 2 opgepakt en dan?

Welkom in de les
welkom bij de online les 
criminaliteit par 2
 
tekstboek blz. 170
Deze les maak je 
in de week van 23- 27 maart 
Pak je boek
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Welkom in de les
welkom bij de online les 
criminaliteit par 2
 
tekstboek blz. 170
Deze les maak je 
in de week van 23- 27 maart 
Pak je boek

Slide 1 - Tekstslide

wat ga je doen?
De lessen worden vanaf vandaag een beetje anders.

Gelukkig wisten jullie al hoe Lesson up werkt!

Je hebt je studiewijzer niet meer nodig.

Je kan alles invullen in lesso up
Ik kan zien wat je doet! zorg dus dat je netjes alles er in zet.


Slide 2 - Tekstslide

Vorige les
We waren natuurlijk al begonnen.
dus eerst een quizzzzz. 

Wat weet je nog van de les.

Succes

Slide 3 - Tekstslide

Welk gedrag wordt beschouwd als een misdrijf?
A
Geen id kaart bij je hebben
B
In het donker fietsen zonder licht
C
Mobiel bellen achter het stuur
D
Een winkeldiefstal plegen

Slide 4 - Quizvraag

Een ander woord voor strafbaar feit noem je een
A
conflict
B
inzicht
C
delict
D
stoplicht

Slide 5 - Quizvraag

Wildplassen valt onder:
A
overtredingen
B
misdrijven
C
veelvoorkomende criminaliteit
D
zware criminaliteit

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een goede omschrijving van criminaliteit?
A
Asociaal gedrag.
B
Alle overtredingen die in de wet staan.
C
Alle misdrijven en overtredingen die in de wet staan.
D
Strafbare feiten die minder erg zijn.

Slide 7 - Quizvraag

Leerdoel
Je kan uitleggen wanneer je verachte bent.

Je kan uitleggen wat de politie doet en mag bij een strafbaar feit.

Je kan uitleggen wat bureau HALT is.

Slide 8 - Tekstslide


Waneer ben je verdachte?


Als de politie een redelijk vermoeden heeft dat je betrokken bent bij iets strafbaars.

Slide 9 - Tekstslide

wanneer ben je verdachte

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Wat is fouilleren?

Slide 12 - Open vraag

Wat is arresteren?

Slide 13 - Open vraag

Wat is fouilleren?
Kleding en lichaam worden onderzocht  van de verdachte

Wat is arresteren?:
Je wordt meegenomen naar het politiebureau voor ondervraging.

Wat bedoelen ze met een huiszoeking?:
Je huis wordt onderzocht op zoek naar verdachte spullen 

Slide 14 - Tekstslide

1

Slide 15 - Video

01:34
Wat is een huiszoekingsbevel?

Slide 16 - Open vraag

opgepakt en dan?

Slide 17 - Tekstslide

Verslag waarin alle informatie staat geschreven over het misdrijf en de verdachte.
(Het Altenatief) Altenatieve straf . Dit is een taak/werkstraf. Er komt dan geen strafproces.
De officier van justitie beslist wat er met de verdachte gebeurt. 
je komt voor de rechter
Je krijgt een waarschuwing of een boete
Niks, er is geen voldoende bewijs.

Slide 18 - Tekstslide

Wat is een 
proces verbaal?


politieverslag waarin alle informatie staat  over het strafbare feit en de verdachte.


Slide 19 - Tekstslide

Wat is een proces verbaal?

Slide 20 - Open vraag

Wat is bureau 
HALT?
HALT= Het ALTanatief 

In plaats van naar de rechter krijg je een taakstraf.


1. betaald de schade
2. excuus aanbieden
3.taakstraf

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Waar staat de afkorting HALT voor?
A
de straf
B
het alternatief
C
Het proces
D
Het wetboek

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Video

Officier van justitie
1. bepaald wat er met de verdachte gaat gebeuren




2. Eist de straf als de verdachte voor de rechter komt.
1. waarschuwen 
2 boete geven
3. zaak seponeren
4. voor de rechter laten komen

Slide 25 - Tekstslide

Wat doet een officier van justitie?

Slide 26 - Open vraag

Politie
Officier van justitie
Maakt een proces-verbaal.
Daagt een verdachte voor de rechter.
Arresteert de verdachte.
Legt een waarschuwing of boete op.

Slide 27 - Sleepvraag

Samenvatting 
Het opsporen van criminelen is een belangrijke taak van de politie. De politie mag daarom een verdachte                               en arresteren. Ze mogen ook met een huiszoekingsbevel zoeken naar                       . Als de politie klaar is met het onderzoek, schrijven ze een                               . De officier van justitie leest dit rapport en kan besluiten om de                      vrij te laten, een boete te geven of naar de                  te sturen.
fouilleren
rechter
proces-verbaal
bewijzen
verdachte

Slide 28 - Sleepvraag

Slide 29 - Video

Voor welke strafbare dingen moest David bij bureau HALT verschijnen?

Slide 30 - Open vraag

Wat is de bedoeling van het HALT-spreekuur waar David kwam?

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Video

Wat is het misdrijf waarvoor het arrestatieteam werd ingezet in de video?

Slide 33 - Open vraag

2. Wat is een proces-verbaal?

Slide 34 - Open vraag

Gesproken samenvatting
Theorie hoofdstuk 2: Opgepakt, en dan?

Slide 35 - Tekstslide

5. Wat doet een officier van justitie?

Slide 36 - Open vraag

11. Wat is het verschil tussen aanhouden en staandehouden?

Slide 37 - Open vraag

Mag de politie iedereen arresteren?
A
ja de politie mag iedereen arresteren
B
Nee, dat mag alleen als je verdachte bent

Slide 38 - Quizvraag

Voor welke van deze heeft de politie bijzondere toestemming nodig?
A
Fouilleren
B
Staande houden
C
Arresteren
D
Huiszoeking

Slide 39 - Quizvraag

Vertel in één zin wat je geleerd hebt vandaag

Slide 40 - Open vraag

wat zou de volgende keer
beter kunnen in de les

Slide 41 - Woordweb