Thema 6.4: beinvloeden van gedrag

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

6.4: Beinvloeden van gedrag 

WAT

* lezen samenvatting basisstof 6.3 op blz 147 +148

** lezen samenvatting 6.4

** lezen samenvatting 6.5

*** maken + nakijken opdr. 43-54 + opdr. 57 t/m 66

HOE

individueel

in stilte

HULP NODIG

1. kijk in de tekst in je basisstof
2. schrijf je vraag op, vraag na afloop of tijdens een R-les aan je docent

actie - IN STILTE

Sleutelprikkel

= een prikkel waarop altijd hetzelfde gedrag volgt.

gebaseerd op erfelijke informatie en is altijd hetzelfde

Nico Tinbergen (1907-1988)

Supranormale prikkel: versterkte sleutelprikkel.

Prikkel die een grotere kans op respons geeft dan de sleutelprikkel.

Sleutelprikkels bij mensen

LEERPROCESSEN

Gedrag wordt gevormd door prikkels, erfelijke factoren en leerprocessen.

Erfelijke factoren:

• voordeel: vanaf geboorte aanwezig
• nadeel: star en niet altijd effectief

Gedrags-verandering

Leerprocessen

• gewenning
• proefondervindelijk (trail-and-error)
• inzicht
• klassieke conditionering
• operante conditionering
• imitatie
• inprenting

Lorenz kon de ganzen laten denken dat hij hun 'moeder' was in een bepaalde periode. Wanneer was dat en hoe heet dit proces?

1. Inprenting. Dit kan alleen als de jongen direct uit het ei komen.
2. Gewenning. Wanneer de jongen nog heel jong zijn.
3. Inprenting. Dit kan tijdens de periode dat de jongen aan het opgroeien zijn
4. Gewenning. De jongen wennen er aan dat Lorenz de moederrol overneemt.

De chimpansee uit het filmpje wordt bestudeerd op zijn gedrag en laat hierbij een bijzondere vorm van leren zien.

Hoe noemen we dit type leren?

1. Herkenning.
2. Inzicht.
3. Intelligentie.
4. Alle drie zijn goed.

Zet de plaatjes op volgorde van Pavlov's onderzoek naar (klassieke) conditionering.

1

2

3

4

Waarom imiteert de Liervogel menselijke geluiden?

1. Om de mensen af te schrikken.
2. Om soortgenoten weg te jagen.
3. Het is een angstroep en hij roept dan om hulp.
4. Om indruk op de vrouwtjes te maken.

Huiswerk - maandag 15/4

bs 3: leren + maken opdr. 32 t/m 40

bs 4: leren + maken opdr. 44 t/m 47, 49, 50, 52, 54.

WAT

* maken opdr. 46, 49, 50

** lezen 6.4

** maken + nakijken opdr. 43-54 *** lezen + maken 6.5

HOE

in tweetal

je mag overleggen

HULP NODIG

1. kijk in de tekst in je basisstof
2. schrijf je vraag op, vraag na afloop of tijdens een R-les aan je docent

actie - ZACHT OVERLEG

Oog practicum

• tekening vooraanzicht met minimaal 5 namen
• tekening dwarsdoorsnede inwendig deel oog met minimaal 4 namen
• 6 vragen beantwoord

DAN PAS MAG JE HET LOKAAL VERLATEN