Communicatieproblemen

B1-K1-W5
Miscommunicatie
Communicator
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

B1-K1-W5
Miscommunicatie
Communicator

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen
Na deze les:
- Kun je uitleggen wat er bedoeld wordt met miscommunicatie
- Kun je manieren noemen waarop ruis kan ontstaan
- Kun je voorbeelden geven van de oorzaken van ruis

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat is miscommunicatie? Wat gebeurt er dan precies?

Slide 4 - Open vraag

Miscommunicatie
Miscommunicatie is verstoorde communicatie
Zender en ontvanger begrijpen elkaar niet goed
Veroorzaakt door interne of externe ruis

Slide 5 - Tekstslide

Wat is ruis in communicatie?
Ruis is alles wat de communicatie verstoort tussen zender en ontvanger. 

🔊 1. Fysieke ruis (omgevingsruis)
Geluid in de omgeving (bijv. lawaai van een machine)
Slechte telefoonverbinding
Drukte in de omgeving

Slide 6 - Tekstslide

Wat is ruis in communicatie?
🧠 2. Psychologische ruis
Vooroordelen of aannames
Stress of emoties bij zender of ontvanger
Onoplettendheid of afleiding

Slide 7 - Tekstslide

Wat is ruis in communicatie?
🗣️ 3. Semantische ruis
Moeilijke woorden of vakjargon
Taalbarrières
Onduidelijke formulering

Voorbeeld:
Een verpleegkundige zegt tegen een patiënt:
“U moet nuchter blijven voor de ingreep.”
De patiënt knikt, maar eet toch een boterham.
→ Semantische ruis: de patiënt weet niet wat “nuchter” betekent.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is ruis in communicatie?
🧑‍⚕️ 4. Fysiologische ruis (lichaamsruis)
Slecht gehoor of zicht
Vermoeidheid of ziekte
Spraakproblemen

Slide 9 - Tekstslide

Ontstaan van ruis
📡 1. Technische problemen
Denk aan een piepende infuuspomp of een drukke gang tijdens een gesprek.

🧠 2. Verschillende referentiekader
Voorbeeld: Een zorgvrager zegt: “Ik wil graag naar huis.”
De verpleegkundige denkt dat de patiënt het ziekenhuis wil verlaten.
Maar de zorgvrager met dementie bedoelt eigenlijk het huis uit zijn jeugd, of een gevoel van veiligheid.


🟡 Uitleg:
De zorgvrager en zorgverlener geven een andere betekenis aan hetzelfde woord (“huis”).
Dit verschil ontstaat door persoonlijke ervaringen, leeftijd, ziektebeeld of culturele achtergrond.

Slide 10 - Tekstslide

Ontstaan van ruis
👂 3. Niet gehoord (fysieke of lichamelijke ruis)
Bijvoorbeeld: de zorgvrager hoort slecht of is afgeleid.
De boodschap bereikt de ontvanger niet, letterlijk.
Dit kan komen door gehoorproblemen, vermoeidheid of afleiding.

4. Wel gehoord, maar verkeerd begrepen
Bijvoorbeeld: de patiënt hoort wat je zegt, maar snapt het niet goed.
De woorden zijn wel ontvangen, maar de betekenis is niet duidelijk.


Slide 11 - Tekstslide

Samengevat: verschillende oorzaken
1. De storing ligt bij de zender
2. De storing ligt  in het zenden
3. De storing wordt van buiten veroorzaakt
4. De storing ligt bij de ontvanger
5. De storing ligt bij het interpreteren van de boodschap

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Literatuur
ThiemeMeulenhoff – Communicatie en begeleiden – Module 1 Communicatie in de zorg:
1. Basiscommunicatietechnieken 

Bron:
De Vocht, H.M. & De Jong, J.H.J. (z.j.). Hoofdstuk 10: Communicatie en interactie met zorgvragers en binnen het team. In: Menswetenschappen in de verpleegkundige beroepsuitoefening. SpringerLink.

Slide 14 - Tekstslide

Schrijf 3 begrippen op die je vandaag hebt geleerd

Slide 15 - Open vraag