Voorbereiden van de was

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiden van de was

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
- Je kunt samenstellingsetiketten en behandeletiketten lezen en ernaar handelen
- Je kunt samenstellingsetiketten en behandeletiketten uitleggen
- Je kunt wasgoed sorteren en het wasgoed behandelen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat doe je voordat de
was in de wasmachine
gaat?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je allemaal voordat
de was de machine
in gaat?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Dit doe je voordat de was de machine in gaat:



- zakken leeghalen
- ritssluiting dicht doen
- donkere kleding omdraaien
- kleding met prints omdraaien
- vlekkenmiddel op vlekken
- etiket lezen
- was sorteren
- etiket lezen
- was sorteren

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het samenstellings-
etiket; wat kan daar bijvoorbeeld
op staan?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet dit etiket?

A
Behandelingsetiket
B
Samenstellingsetiket

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet dit etiket?
A
Behandelingsetiket
B
Samenstellingsetiket

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom haal je de zakken van het wasgoed leeg voordat je het in de machine gooit?
A
het kan andere kleding beschadigen
B
je raakt dingen kwijt
C
het kan de was verpesten
D
het is slecht voor de machine

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wassymbolen: staan op kledinglabel
Hoe je het moet wassen/behandelen 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkhouding: 




Werktijd: 
Individuele opdracht: 
  • Bijlage 1 
  • Bijlage 1 nakijken 

Samenwerkingsopdracht (2 of 3 tallen): 
  • Bijlage 2 maken 
  • Spel spelen

timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra informatie op waslabeltje:
-  met dezelfde kleuren wassen, waarom?
-  apart wassen, waarom?
-  binnenstebuiten wassen, waarom? 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De was sorteren:
welke stapels
maak je?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke soorten kleding/textiel
moet je met de
hand wassen? Een voorbeeld mag ook

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waarom met de hand wassen?
1. het kledingstuk slijt minder snel
2. het kledingstuk raakt minder snel uit model
3. het kan sneller dan in de machine
4. het is beter voor het milieu, WAAROM??????

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek in je boekje blz. 156 erbij
(zoek op:   HANDWAS)
Er volgt nu een filmpje.
Jullie opdracht tijdens het kijken naar het filmpje: Omcirkel in je lesboek wat je hoort in het filmpje. We bespreken het daarna.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Op hoeveel graden was je kleding die niet al te vies is?

A
30 graden
B
60 graden
C
40 graden
D
90 graden

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op hoeveel graden was je de bonte was met vlekken (de vieze was) meestal?
A
30 graden
B
90 graden
C
60 graden
D
40 graden

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe warm was je in de machine het beddengoed?

A
90 graden
B
koud
C
60 graden
D
100 graden

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom moet je af en toe een wasje op 90 graden doen?

A
minder bacteriën in wasmachine
B
zo gaat je wasmachine langer mee
C
vieze geurtjes verdwijnen zo
D
minder vetluis in de machine

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doen
oppervlakte actieve stoffen?
A
de oppervlakte berekenen
B
ze verwijderen zweetvlekken
C
het vuil verwijderen en het vuil in het water vasthouden
D
ze laten de was lekker ruiken

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 6 soorten stoffen
zitten in
wasmiddelen?

Slide 27 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat doen
waterontharders?
A
Ze houden kalkdeeltjes zwevend
B
ze zorgen voor wittere was
C
ze maken de was lekker zacht
D
ze zorgen dat het water harder wordt

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor welke vlek gebruik je
zuurstofbleekmiddelen?

A
bloedvlek
B
vruchtensap
C
zweetvlek
D
olievlek

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke vlek verwijder je met
enzymen?
En op welke temp.?
A
zweetvlek, 90 graden
B
thee vlek, 30 graden
C
bloedvlek, 40 graden
D
ontlastingvlek, 100 graden

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet een optisch witmiddel?
blz.250
A
het maakt de was schoner
B
het bleekt de was, omdat er chloor in zit
C
het laat een dun laagje op de was achter, het lijkt schoner
D
het maakt de was frisser van kleur

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zit er allemaal
in hoofdwasmiddel?

Slide 32 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

wat betekent dit?
Wie het weet mag het hardop zeggen!

Slide 33 - Tekstslide

juiste antwoord: handwas 
Wat betekent dit wassymbool?
.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent dit wassymbool?


Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit wassymbool betekent
(cl=chloor)
A
Bleken
B
Drogen
C
Wassen
D
Stomen

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
wat vonden jullie van deze manier van lesgeven?
wat was er leuk aan?
wat was er minder leuk aan?
VOOR HERHALING VATBAAR????

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedankt voor het luisteren
Zijn er nog vragen?

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies