herhaling voor SO 3.1 tot en met 3.3

De tijd van monniken en ridders
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De tijd van monniken en ridders

Slide 1 - Tekstslide

Welke vragen van het huiswerk snap je niet?

Slide 2 - Open vraag

Het leerdoelen-rad der wonderen
Wie krijgen de eer om een leerdoel van de islam
te mogen beantwoorden?

Voor de leerdoelen 1, 2 en 3 zoeken
we vandaag drie leerlingen.

Succes!

Slide 3 - Tekstslide

Dit is een herhalingsles
Neem de kennen en kunnen erbij van het boek, blz 172 en 173. 
Neem 3.1 tot en met 3.3 door. 
Kruis aan welke doelen je nog niet kunt beantwoorden. 
Klassikale bespreking. 

Slide 4 - Tekstslide

Welke doelen vind je nog moeilijk?

Slide 5 - Open vraag

Start de quiz

Slide 6 - Tekstslide

De tijd van monniken en ridders is van
A
100-500
B
500-1000
C
1000-1200
D
1000-1500

Slide 7 - Quizvraag

In de vroege middeleeuwen bestond het hofstelsel. Leg kort uit wat dit is.

Slide 8 - Open vraag

water
gebied heer
Horigen

Slide 9 - Sleepvraag

Welk begrip hoort bij onderstaande omschrijving?
Systeem waarbij een heer de horigen in zijn gebied beschermde. Hij deed dit in ruil voor herendiensten en een deel van de opbrengst van het land

Slide 10 - Open vraag

Waar leefden de mensen van op een domein?
A
Van wat ze kochten in de supermarkt.
B
Van wat er op het land groeide.
C
Van wat ze kregen van de landheer.
D
Van wat ze vonden op straat.

Slide 11 - Quizvraag

Van wie was het land, het vee en het kasteel?
A
Van de mensen zelf.
B
Van niemand.
C
Van de landheer.
D
Van Ollie B. Bommel.

Slide 12 - Quizvraag

Wie moesten de boeren gehoorzamen en was de baas?
A
De landheer.
B
De oudste boer in het dorp.
C
Ze luisterden naar niemand.
D
Er was geen baas.

Slide 13 - Quizvraag

Hoe noemden ze de mensen die moesten gehoorzamen?
A
luisteraars
B
vertellers
C
Gehoorzamers
D
Horigen

Slide 14 - Quizvraag

Waarom gehoorzaamden ze de landheer?
A
Omdat ze anders niets te eten hadden.
B
De landheer beschermde hen tegen vijanden.
C
Omdat ze niet anders wisten.
D
De landheer pakte anders alles af.

Slide 15 - Quizvraag

Wie was Bonifatius?

Slide 16 - Open vraag

Waarom wilden de Christenen de Heidenen bekeren?
A
Omdat ze graag kerst wouden vieren
B
Omdat ze goden van de heidenen eng vonden
C
Omdat ze geloofden dat hun geloof het beste geloof was.
D
Omdat de Christenen graag Nederland wouden hebben

Slide 17 - Quizvraag

Het geloof in meerdere goden noemt men
A
humanisme
B
socialisme
C
monotheïsme
D
polytheïsme

Slide 18 - Quizvraag

Waarom waren kloosters belangrijk voor de verspreiding van het geloof?

Slide 19 - Open vraag

Waarom was het christendom belangrijk voor de mensen in de Middeleeuwen?
A
De mensen kregen eten van de kerk als ze christelijk werden.
B
Het geloof bood de mensen een kans om in de hemel te komen.
C
De mensen werden vrolijk van het christendom.
D
De mensen hoefden niet te werken op zondag als ze christelijk werden.

Slide 20 - Quizvraag

Waaraan kun je zien dat het christendom belangrijk werd voor de mensen?

Slide 21 - Woordweb

GEESTELIJKHEID
ADEL
GEWOON VOLK

Slide 22 - Sleepvraag

Maak de juiste combinaties
heilig boek voor moslims
stad waar Mohammed in het jaar 622 uit wegvluchtte
de god van de moslims
 stad waar Mohammed in het jaar 622 naartoe vluchtte
mensen die geloven dat Mohammed de waarheid sprak
Koran
Mekka
moslims
Allah
Medina

Slide 23 - Sleepvraag


Welke uitspraak over de islam is juist?
A
De islam is gesticht door de Turk Mohammed
B
Aanhangers van de islam noem je Turken of Arabieren.
C
Het gebedshuis van de islam noem je een moskee.
D
De verspreiding van de islam begon in de tweede eeuw na Christus.

Slide 24 - Quizvraag


Mohammed is...
A
De stichter en belangrijkste profeet van de islam
B
De stichter van de islam en de zoon van God
C
De belangrijkste profeet van de islam en de zoon van God
D
Hetzelfde als Allah

Slide 25 - Quizvraag

Geef aan omschrijving bij de woorden pelgrim en bedevaartsoord.

Slide 26 - Open vraag

Ben je voldoende voorbereid op de toets?
nee
Ja

Slide 27 - Poll

Wat heb je nog nodig voor het leren?

Slide 28 - Open vraag

Kloosters waren geheel zelfvoorzienend
JUIST
ONJUIST

Slide 29 - Poll