In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
(3 fase) Wisselspanning en motoren
Slide 1 - Tekstslide
Terugblik
Wat hebben wij onthouden ?
Slide 2 - Tekstslide
Wat was magnetische inductie ook alweer?
Slide 3 - Open vraag
Magnetische inductie
Magnetische inductie is het verschijnsel waarbij een veranderend magnetisch veld een elektrische spanning opwekt in een geleider. Dit betekent dat wanneer een magneet beweegt in de buurt van een spoel (of andersom), er een elektrische stroom kan ontstaan zonder direct contact.
Slide 4 - Tekstslide
In welke richting lopen de magnetische velden?
A
Rechtdoor
B
Rechtsom
C
Linksaf
D
Linksom
Slide 5 - Quizvraag
Welke regel of ezelbruggetje is hierop van toepassing ?
Slide 6 - Woordweb
De F staat voor?
A
Fahrad
B
Lorentzkracht
C
Inductie spanning
D
Magnetische veld
Slide 7 - Quizvraag
korte samenvatting
Vorige week:
Magnetisme
Inductie
opwekken wisselspanning
Slide 8 - Tekstslide
Wisselspanning????
Slide 9 - Tekstslide
Wat is wisselspanning?
Slide 10 - Open vraag
Wisselspanning
Een magneet draait rond in of rond een spoel
Er ontstaat een wisselend magnetisch veld
Daarbij ontstaat een geïnduceerde spanning in spoel die van grootte en richting verandert!
Slide 11 - Tekstslide
Sinus
Slide 12 - Tekstslide
Periode
Periode = tijd waarin wisselspanning of stroom een volledige wisseling doorloopt.
Slide 13 - Tekstslide
Frequentie
Frequentie = Aantal periodes per seconde
Slide 14 - Tekstslide
Wat is de frequentie van het plaatje hiernaast?
A
10Hz
B
5Hz
C
6Hz
D
4Hz
Slide 15 - Quizvraag
drie fase spanning
3 fasige generator:
3 spoelen
3 spanningen
- Even groot
- Zelfde frequentie
- In fase verschoven
Slide 16 - Tekstslide
Wat weet jij al over driefase spanning?
Slide 17 - Open vraag
Fase verschuiving? Hoeveel graden staan de spoelen van een drie fase generator uit elkaar?
A
180°
B
120°
C
90°
D
160°
Slide 18 - Quizvraag
drie fasespanning
Slide 19 - Tekstslide
Aansluiten op klemmenbord
Slide 20 - Tekstslide
Ster schakeling
Uf1 = Uf2 = Uf3
Slide 21 - Tekstslide
Ster schakeling
Spanning tussen L1,L2 en L3 = Lijnspanning (Ul)
Slide 22 - Tekstslide
Als er per spoel 230V gemeten word, wat is dan je lijnspanning?
A
460V
B
400V
C
230V
D
0V
Slide 23 - Quizvraag
Lijnspanning
Faseverschil = 120°
wiskundig moet dat
vectorisch berekend worden
120° faseverschil is:
U12 = √3 . Uf
U23 = √3 . Uf
U31 = √3 . Uf
Slide 24 - Tekstslide
Lijnstroom
Symmetrisch belast!
Stromen zijn gelijk
Slide 25 - Tekstslide
Lijnstroom
Symmetrisch belast!
Stromen zijn gelijk
Slide 26 - Tekstslide
Fasestroom
If = Il
Fasestroom = Lijnstroom
Slide 27 - Tekstslide
spannend?
Slide 28 - Tekstslide
Driehoekschakeling
U1 = Uf
Slide 29 - Tekstslide
Driehoekschakeling
Lijnspanning = Fasespanning
Slide 30 - Tekstslide
Wat is hippopotomonstrosesquippedaliofobie?
A
Wat een rare vraag en antwoorden
B
Angst voor lange antwoorden
C
Angst voor docenten en school
D
Angste voor neushoorns
Slide 31 - Quizvraag
Als er op de lijnspanning 400V gemeten word, wat is dan de spoelspanning?
A
460V
B
400V
C
230V
D
0V
Slide 32 - Quizvraag
Lijnspanning
U1 = Uf
400V = 400V
Slide 33 - Tekstslide
Lijnstroom
Faseverschil = 120°
wiskundig moet dat
vectorisch berekend worden
120° faseverschil is:
LIJNSTROOM (IL)
De formule: IL =If x √3
Slide 34 - Tekstslide
fasestroom
Slide 35 - Tekstslide
Spannend?
Slide 36 - Tekstslide
Wat hebben we nu geleerd?
Welke 3 fase schakelingen hebben we
Hoe staat de spoelen geschakeld
Wat houdt symmetrische belasting in
Sterschakeling herkennen
Driehoekschakeling herkennen
Begrippen fasespanning / Fasestroom / Lijnspanning en lijnstroom
Slide 37 - Tekstslide
Welke spanning meet ik tussen de fase L1 en L3 ?
A
400V
B
230V
C
24V
D
0V
Slide 38 - Quizvraag
Welke spanning meet ik tussen de fase L2 en N?
A
400V
B
230V
C
24V
D
0V
Slide 39 - Quizvraag
Drie fase motoren aansluiten
Slide 40 - Tekstslide
Hoe sluiten we een 3 fase motor aan?
Slide 41 - Woordweb
Waarom sluiten we een 3 fase motor in ster aan?
A
Om zo de aanloopstroom te beperken
B
Om de lijnspanning te beperken
C
Om zo de volledig kracht van de motor te gebruiken