Les 1

Les 1
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Introductie licht;
Doelen bespreken voor vandaag;​

Theoretische instructie paragraaf 1;​
Zelfstandig aan de slag;​
Terugblik op de les van vandaag.​


Slide 2 - Tekstslide

Maken introductie
timer
8:00

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen basis
6.1.1 Je kunt voorbeelden geven van natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen.
6.1.2 Je kunt beschrijven hoe je een lichtbron ziet.
6.1.3 Je kunt lichtstralen tekenen.
6.1.4 Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp ziet dat zelf geen licht geeft.

6.1.5 Je kunt uitleggen wat een lichtbundel is.
Leerdoelen kader
6.1.1 Je kunt voorbeelden noemen van natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen.
6.1.2 Je kunt schematisch lichtstralen tekenen.
6.1.3 Je kunt uitleggen hoe je voorwerpen om je heen kunt zien die zelf geen licht
geven.
6.1.4 Je kunt de schaduw van een voorwerp tekenen.
6.1.5 Je kunt uitleggen welke schaduwbeelden ontstaan als een voorwerp verlicht
wordt door één lamp of door twee lampen.

Slide 4 - Tekstslide

Instructie kader basis

Slide 5 - Tekstslide

Lichtbron en Kunstmatige lichtbronnen​
 Een lichtbron is een voorwerp dat zelf licht geeft.​
Natuurlijke lichtbronnen zijn bijv. de zon en de sterren;​
Kunstmatige lichtbronnen, worden door de mens gemaakt.​

Slide 6 - Tekstslide

Lichtstralen​
Als een lamp brandt, straalt deze licht uit. Dit kun je aangeven, door de stralen te tekenen.​

Lichtstralen zijn altijd recht wat ze bewegen in rechte stralen. Hoe dichterbij je bent hoe sterker het licht is.​ 

Slide 7 - Tekstslide

Diffuus teruggekaatst​
De meeste voorwerpen om ons heen geven geen licht. Wanneer er licht op het voorwerp valt, wordt dat in alle richten teruggekaatst. Bij natuurkunde spreek je dan over dat het licht diffuus is teruggekaatst.​

Een deel van het teruggekaatste licht valt dan in je oog.​

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Lichtbundels
Het lampje in de zaklamp geeft naar alle kanten
licht. Maar de voorkant van de zaklamp is een smal gat. Lichtstralen kunnen
alleen maar rechtdoor. Daardoor gaat het licht in één richting naar buiten. Uit de
zaklamp komt nu een lichtbundel

Slide 10 - Tekstslide

Basis aan de slag
Opdracht 1 t/m 18 blz. 63 t/m 69

Slide 11 - Tekstslide

Instructie kader

Slide 12 - Tekstslide

Schaduw
Wanneer een voorwerp het licht van een lichtbron tegenhoudt ontstaat er een schaduw;​

Een schaduw is het gebied waar het licht niet rechtstreeks kan komen.​

Slide 13 - Tekstslide

Kernschaduw​
Wanneer een voorwerp door 1 lamp wordt verlicht krijg je een duidelijk schaduwbeeld, de overgang van licht naar donker is scherp;​

Als een voorwerp door 2 lampen wordt verlicht ontstaan er 2 schaduwbeelden. Op de plaats waar ze over elkaar heen vallen is het, het donkerst  kernschaduw

Slide 14 - Tekstslide

Halfschaduw
Aan beiden kanten van de kernschaduw zie je een lichtere schaduw. Dit is de halfschaduw. Het licht van de ene lamp kan er wel komen maar van de andere lamp niet.​

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Basis aan de slag

Opdracht 1 t/m 18 blz. 63 t/m 69
Kader aan de slag

Opdracht 1 t/m 16 blz. 73 t/m 77

Slide 17 - Tekstslide

Lichtstralen bewegen:
A
golvend
B
naar de lichtbron toe
C
Recht
D
Soms golvend, soms recht

Slide 18 - Quizvraag

Een voorwerp dat zelf geen licht geeft, kun je:
A
alleen zien in fel zonlicht
B
altijd zien
C
nooit zien
D
zien als er licht op valt

Slide 19 - Quizvraag