Les 3 - Persoonlijkheden

Les 3 - Mensenkennis
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
MensenkennisMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 3 - Mensenkennis

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weekplanning
Week 1: Communicatie van het lichaam
Week 2: Wat is leren?
Week 3: Persoonlijkheden
Week 4: Ontwikkeling van de mens
Week 5: Psychoseksuele fasen
Week 6: Stress
Week 7: Uitloop
Week 8: Toets

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun jij: 
  • uitleggen hoe een persoonlijkheid wordt gevormd;
  • benoemen over welke kwaliteiten jij beschikt; 
  • benoemen welk gedrag bij jou irritaties kunnen opwekken;
  • 3 persoonlijkheidsstoornissen toelichten. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat versta jij onder persoonlijkheid?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een persoonlijkheid?
In de psychologie heeft een persoonlijkheid de volgende betekenis: 
De psychologische kenmerken die een bijna continu in gedrag zijn terug te zien in verschillende situaties en op verschillende momenten. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe komen persoonlijkheden tot stand?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Biologie en evolutie > persoonlijkheid
  • Agressie
  • Doden of gedood worden -> in stand houden van het soort
  • Genot
  • Honger en dorst
  • Prestatie
  • Verbondenheid

Slide 7 - Tekstslide

Persoonlijkheid heeft diepe evolutionaire wortels, wat te zien is in agressie.
  1. Doden of gedood worden -> in stand houden van het soort
Agressie is niet de enige menselijke eigenschap die in onze biologie lijkt ingebouwd te zijn.
Zo geven mensen ook bv de voorkeur aan genot, vooral als het gaat om seksueel genot boven pijn. Andere motieven zoals honger of dorst, prestatie, verbondenheid bepalen een uniek deel in de persoonlijkheid. 
Nurture
Opvoeding, leerprocessen en omgeving

Bijvoorbeeld: het wolvenkind of de invloed van gezin en armoede op kinderen. 

Slide 8 - Tekstslide

Niet alles kan adhv biologie en evolutie worden verklaard. Ons gedrag wordt voor een belangrijk deel volgens de principes van behavioristische conditionering, cognitief leren en sociale psychologie gevormd. Nurture = opvoeding, leerprocessen, omgeving (context en sociaal)Veel persoonlijkheidstheoretici leggen de nadruk op de vroege jeugd, als belangrijke periode. Vb Wolvenkind: Uit onderzoek blijkt dat kinderen die vrijwel geen menselijke contact hadden (bv wolvenkind) een belemmerende ontwikkeling vertonen. Vb Invloed van gezin en armoede op kinderen: Uit onderzoek blijkt ook dat de hersenen van kinderen die opgroeien in een arme omgeving letterlijk in omvang krimpen en hersencellen inde thalamus verliezen die zowel de cognitieve vermogens als lichamelijke overleving beïnvloeden. Gelukkig is er ook plasticiteit van de hersenen, het vermogen van de hersenen om te veranderen.
Nature
= aanleg

  • Karaktertrekken: nadruk op persoonlijkheidskenmerken zoals intro- en extrovert
  • Persoonlijkheidsprocessie: gefocust op processen zoals motivatie, leren, emoties e.d.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De bijdrage van sociale netwerken en cultuur aan de persoonlijkheid

Angst, introvert en extrovert en andere persoonlijkheidskenmerken komen in verschillende culturen voor. 

  • Westerse wereld -> individualisme
  • Groepsgerichte culturen -> collectivisme


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jouw persoonlijkheidskenmerken?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kwaliteitenspel
Vraag de docent voor meer informatie

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1
  • Bekijk jouw top 3 kwaliteiten en noteer deze; 
  • Voer deze drie kwaliteiten één voor één in in jouw kernkwadrant; 
  • Wat zijn jouw valkuilen? 
  • Wat zijn jouw uitdagingen? 
  • Wat voor gedrag zit in jouw allergie? Herken je dit?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijkheidsstoornissen
Cluster A
Cluster B
Cluster C
- Geïsoleerd 
- Vreemd 
- Emotioneel               instabiel
- Angstig 
- Dwangmatig
Bij een persoonlijkheidsstoornis zijn bepaalde eigenschappen erg aanwezig.

Deze eigenschappen zijn zo sterk dat je niet altijd goed op situaties kunt reageren.

Slide 15 - Tekstslide

Geef iedere leerling een persoonlijkheidsstoornis. Wanneer je minder dan 10 leerlingen hebt deel je de stoornissen horizontaal uit het schema uit, zodat je de clusters alsnog goed verdeeld worden uitgezocht. 
Persoonlijkheidsstoornissen
Cluster A
Cluster B
Cluster C
1 Paranoïde 

2 Schizoïde 

3 Schizotypische
4 Borderline

5 Antisociale 

6 Narcistische 

7 Histrionische
8 Afhankelijke stoornis

9 Ontwijkende stoornis

10 Obsessieve-compulsieve stoornis

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2
Je gaat thuis antwoorden zoeken over de persoonlijkheidsstoornissen die je hebt gekregen op de volgende vragen:

1. Wat heeft iemand met deze persoonlijkheidsstoornis?
2. Hoe wordt deze persoonlijkheidsstoornis veroorzaakt?
3. Hoe kun je deze persoonlijkheidsstoornis herkennen? 
4. Hoe kun je omgaan met iemand met deze persoonlijkheidsstoornis?
5. Hoe wordt deze persoonlijkheidsstoornis gediagnostiseerd? 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun jij: 
  • uitleggen hoe een persoonlijkheid wordt gevormd;
  • benoemen over welke kwaliteiten jij beschikt; 
  • benoemen welk gedrag bij jou irritaties kunnen opwekken;
  • 3 persoonlijkheidsstoornissen toelichten. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies