2.1 Samen sta je sterker. deel 1

2.1 Samen sta je sterker.
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

2.1 Samen sta je sterker.

Slide 1 - Tekstslide

Terug kijken op de vorige les:

         
         
          

Slide 2 - Tekstslide

Welk getal hoort er ook alweer bij het basisjaar bij indexcijfers?

Slide 3 - Open vraag

Hoe noemen we het als de prijzen stijgen?

Slide 4 - Open vraag

Leg in eigen woorden koopkracht uit

Slide 5 - Open vraag

Als je €40 per week verdient, hoeveel verdien je dan per maand (incl berekening)?

Slide 6 - Open vraag

          In deze les leer je:
          - waar je betrouwbare informatie over producten
             kunt vinden;
          - wat consumentenorganisaties doen;
          - rekenen met procenten en aantallen.

         
         
          

Slide 7 - Tekstslide

Consumentenorganisaties
Deze organisaties geven eerlijke, onpartijdige informatie over producten. Een voorbeeld is de consumentenbond

  • onpartijdige informatie geven 
  • informatie over rechten en plichten
  • actie voeren bij fabrikanten of de overheid

Slide 8 - Tekstslide

consumenten organisaties:
Consumentenorganisaties komen op voor de belangen van consumenten. Ze geven advies over producten zonder hiermee als doel te hebben meer winst te maken. De vier bekendste consumentenorganisaties van ons land zie je hiernaast staan.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Vergelijkend Warenonderzoek
Onafhankelijk onderzoek van de Consumentenbond waarbij gelijksoortige producten van verschillende merken met elkaar worden vergeleken.

Slide 12 - Tekstslide

Goed vergelijken? Dan omrekenen naar

gelijke hoeveelheden.

Slide 13 - Tekstslide

€ 0,74 (30 gram)

Omrekenen naar 100 gram:

..........................................................

Slide 14 - Tekstslide

€ 0,74 (30 gram)
Omrekenen naar 100 gram:
0,74 : 30 x 100 = € 2,47 per 100 gram

Slide 15 - Tekstslide

€ 0,74 (30 gram)
Omrekenen naar 100 gram:
0,74 : 30 x 100 = € 2,47 per 100 gram

€ 0,91 (100 gram)


Slide 16 - Tekstslide

€ 0,74 (30 gram)
Omrekenen naar 100 gram:
0,74 : 30 x 100 = € 2,47 per 100 gram
€ 0,91 (100 gram)

€ 1,07 (150 gram)

Omrekenen:

.....................................................

Slide 17 - Tekstslide

€ 0,74 (30 gram)
Omrekenen:
0,74 : 30 x 100 = € 2,47 per 100 gram
€ 0,91 (100 gram)

€ 1,07 (150 gram)

Omrekenen:

1,07 : 150 x 100 = € 0,71 per 100 gram

Slide 18 - Tekstslide

Afspraken voor huiswerk maken:

- We gaan in rust (maximaal verluisteren) aan het werk.

- Overleggen met de buurman/vrouw mag uiteraard, maar dan wel op fluisterniveau. 





Slide 19 - Tekstslide

Zijn er nog vragen over het huiswerk van de vorige keer of de uitleg van nu?

Slide 20 - Tekstslide

Huiswerk :

Maken paragraaf 2.1





Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

extra uitleg



Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video