Kennismaking en herhalen 5.1 t/m 5.3 vm

Welkom!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Nu jij!
Maak een moodbord over jezelf. Het mogen foto's van jezelf zijn maar je kunt ook foto's van internet gebruiken.

Lever je moodbord in via SOM.
timer
15:00

Slide 5 - Tekstslide

Waren jullie een beetje wakker?

Slide 6 - Tekstslide

Bij een proefje over elektrische lading hangen twee pingpongballen aan een nylondraad. Welke bewering over de lading op de ballen is juist?
A
De ene bal is positief geladen, de andere negatief.
B
De ballen hebben dezelfde lading.
C
De ene bal is geladen, de andere niet.
D
Beide ballen zijn ongeladen.

Slide 7 - Quizvraag

Met welke formule kan ik de weerstand berekenen?

Slide 8 - Open vraag

Ik wil in een practicum de spanning en de stroom van een lampje meten. Maak een tekening van het schakelschema van de opstelling die ik nodig heb. De beschikbare voorwerpen zijn: Een lampje, Een batterij, een spanningsmeter en een stroommeter.

Slide 9 - Open vraag

Wat is de naam van
het volgende onderdeel:

Slide 10 - Open vraag

Bij welke schakeling is de stroom overal gelijk?
A
Serie
B
Parralel

Slide 11 - Quizvraag

Bij welke schakeling is de spanning overal gelijk?
A
Serie
B
Parralel

Slide 12 - Quizvraag

En nu even opletten!

Slide 13 - Tekstslide

Spanningsbronnen
Heeft een plus en een min. 
Elektrische deeltjes willen van plus naar min stromen.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Als er een route ontstaat tussen + en - gaat er een stroom lopen

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

NTC en LDR
  • Een NTC is gevoelig voor verandering in temperatuur.
  • Als de temperatuur stijgt dan daalt de weerstand.

  • Een LDR is gevoelig voor verandering van licht.
  • Als er meer licht op schijnt dan daalt de weerstand.

Slide 18 - Tekstslide

Bouw de schakelingen na.

1. Wat kun je zeggen over de stroom en de spanning bij serie en parallel?

2. Wat gebeurt er met de weerstand als je apparaten 
toe gaat voegen?

Slide 19 - Tekstslide

Parallel

I(t) = I(1) + I(2) + I (3)...

Spanning is overal gelijk



Hoe meer apparaten, hoe hoger de stroom.
Serie

Stroom is overal gelijk

U(t) = U(1) + U(2) + U(3)...

R(t) = R(1) + R(2) + R(3)...

Hoe meer apparaten, hoe lager de stroom.

Slide 20 - Tekstslide

Huiswerk
Maak je moodboard af en lever deze in in Som

Maak + Leer 5.1 t/m 5.3

Slide 21 - Tekstslide