4V week 4 online les 1

4VWO
clase de hoy:

  • repetimos el uso entre imperfecto e indefinido
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

4VWO
clase de hoy:

  • repetimos el uso entre imperfecto e indefinido

Slide 1 - Tekstslide

Waarvoor wordt de imperfecto gebruikt?
Personen en dingen  beschrijven.
Met de imperfecto beschrijf je het uiterlijk en geef je de leeftijd aan in de verleden tijd. 
Met de imperfecto beschrijf je ook de fysieke toestand in de verleden tijd. 
Met de imperfecto beschrijf je ook het karakter en emotionele status van een persoon in de verleden tijd. 
7) Yo no podía mover mi cuerpo.
6) El dios Quetzalcoatl sentía compasión por los hombres.
5) Yo estaba enfermo.
4) Los aztecas eran inteligentes.
3) La diosa era muy guapa.
2) Nadie sabía del secreto.
1) Juan tenía quince años.

Slide 2 - Sleepvraag

INDEFINIDO
IMPERFECTO
El verano pasado
todas las semanas
en 1999
ayer
antes
normalmente
a menudo
Hace dos días

Slide 3 - Sleepvraag

Het signaalwoord "ayer" hoort bij de .....
A
Presente
B
Pretérito perfecto
C
Pretérito indefinido
D
Pretérito imperfecto

Slide 4 - Quizvraag

Welk ww is NIET in de imperfecto vervoegd?
A
trabajé
B
hacía
C
hablaba
D
comías

Slide 5 - Quizvraag

¿Indefinido o imperfecto?
Hace 3 años mi abuelo (ganar).........la lotería.
A
ganaba
B
ganabas
C
ganó
D
ganaste

Slide 6 - Quizvraag

Het signaalwoord "antes" hoort bij de .....
A
Presente
B
Pretérito perfecto
C
Pretérito indefinido
D
Pretérito imperfecto

Slide 7 - Quizvraag

En mayo de 2004 la Academia le
dio / daba un premio.
A
dio (indefinido)
B
daba (imperfecto)

Slide 8 - Quizvraag

Shakira werd geboren in Barranquilla op 2 februari 1977.
A
presente
B
perfecto
C
indefinido
D
imperfecto

Slide 9 - Quizvraag

El mes pasado leí / leía un artículo sobre Antonio Banderas.
A
leí (indefinido)
B
leía (imperfecto)

Slide 10 - Quizvraag

Welk signaalwoord duidt NIET op een imperfecto?
A
siempre
B
en abril
C
normalmente
D
todos los días

Slide 11 - Quizvraag

Voor gewoontes of herhaalde gebeurtenissen in het verleden gebruik je de .....
A
Presente
B
Pretérito perfecto
C
Pretérito indefinido
D
Pretérito imperfecto

Slide 12 - Quizvraag

Voor het beschrijven van de omstandigheden in een verhaal gebruik je de .....
A
Presente
B
Pretérito perfecto
C
Pretérito indefinido
D
Pretérito imperfecto

Slide 13 - Quizvraag

HACEMOS:
La libreta: Gramática - Indefinido/Imperfecto
Onderdeel 64 p.137 ejercicio 64.1 t/m 64.5

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide