6.1. Procentuele toe- en afname

Procentuele toenamen en afname
2vwo
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Procentuele toenamen en afname
2vwo

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Aan het eind van de les kan je een procentuele toename of een procentuele afname bereken
  • Aan het eind van de les weet je het verschil tussen de begrippen absoluut en relatief 

Slide 2 - Tekstslide

Voorkennis ophalen
We beginnen met wat vragen over theorie 6.1A

Slide 3 - Tekstslide

Welk decimaal getal hoort er bij een percentage van 15%

Slide 4 - Open vraag

Welk percentage hoort bij een decimaal getal van 1,6%

Slide 5 - Open vraag

Op een scanner van € 59,75 krijg je 8,4% korting.
Bereken de nieuwe prijs
A
€ 64,77
B
€ 64,76
C
€ 54,73
D
€ 54,74

Slide 6 - Quizvraag

Ziggo verhoogt de prijs van een abonnement met 4,2%. De prijs was €17,95 per maand. Hoeveel betaal je nu voor het abonnement?
A
€ 18,70
B
€ 18,71
C
€ 17,20
D
€ 17,19

Slide 7 - Quizvraag

Absoluut of relatief
  • Absoluut: werkelijke waarde/ werkelijke aantallen
  • Bijvoorbeeld 3 appels of 15 leerlingen

  • Relatief: in verhouding
  • Bijvoorbeeld een percentage of 1 op de 5 auto's 

Slide 8 - Tekstslide

Absoluut
Relatief

€18,50
425 000 kievieten
2/7 deel
450 leerlingen
13,4%
1 op de 4 leerlingen

Slide 9 - Sleepvraag

Procentuele toename/ afname
Toename
Afname

Slide 10 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname
Toename
Bekijken alleen:  wat komt er bij
Afname

Slide 11 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname
Toename
Bekijken alleen:  wat komt er bij
Afname
Bekijken alleen: wat gaat er af

Slide 12 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname
Toename
Bekijken alleen:  wat komt er bij

Procentuele toename=
Afname
Bekijken alleen: wat gaat er af
OUDtoename100

Slide 13 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname
Toename
Bekijken alleen:  wat komt er bij

Procentuele toename=
Afname
Bekijken alleen: wat gaat er af

Procentuele afname=
OUDtoename100
OUDafname100

Slide 14 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname
Toename
Bekijken alleen:  wat komt er bij

Procentuele toename=
Afname
Bekijken alleen: wat gaat er af

Procentuele afname=
OUDtoename100
OUDafname100
Let op!
Procenten altijd afronden op één decimaal

Slide 15 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname  - Voorbeeld
Toename
Een liter magere melk van €1,55 wordt 18 cent duurder. 
Bereken hoeveel procent de verhoging is


Afname
Het aantal leeuwen neemt af van 1685 tot 1505. 
Bereken de relatieve afname




Slide 16 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname  - Voorbeeld
Toename
Een liter magere melk van €1,55 wordt 18 cent duurder. 
Bereken hoeveel procent de verhoging is



Afname
Het aantal leeuwen neemt af van 1685 tot 1505. 
Bereken de relatieve afname

1,550,18100=11,6

Slide 17 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname  - Voorbeeld
Toename
Een liter magere melk van €1,55 wordt 18 cent duurder. 
Bereken hoeveel procent de verhoging is


Toename is 11,6%
Afname
Het aantal leeuwen neemt af van 1685 tot 1505. 
Bereken de relatieve afname

1,550,18100=11,6

Slide 18 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname  - Voorbeeld
Toename
Een liter magere melk van €1,55 wordt 18 cent duurder. 
Bereken hoeveel procent de verhoging is


Toename is 11,6%
Afname
Het aantal leeuwen neemt af van 1685 tot 1505. 
Bereken de relatieve afname
afname =1685-1505=180



1,550,18100=11,6

Slide 19 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname  - Voorbeeld
Toename
Een liter magere melk van €1,55 wordt 18 cent duurder. 
Bereken hoeveel procent de verhoging is


Toename is 11,6%
Afname
Het aantal leeuwen neemt af van 1685 tot 1505. 
Bereken de relatieve afname
afname =1685-1505=180



1,550,18100=11,6
1685180100=10,7

Slide 20 - Tekstslide

Procentuele toename/ afname  - Voorbeeld
Toename
Een liter magere melk van €1,55 wordt 18 cent duurder. 
Bereken hoeveel procent de verhoging is


Toename is 11,6%
Afname
Het aantal leeuwen neemt af van 1685 tot 1505. 
Bereken de relatieve afname
afname =1685-1505=180


Afname=10,7%
1,550,18100=11,6
1685180100=10,7

Slide 21 - Tekstslide

Vermenigvuldigingsfactor

Toename van 23%, dan is  NIEUW = 1,23 * OUD
1,23 noemen we de vermenigvuldigingsfactor

Bij een vermenigvuldigingsfactor van 1,78, 
is de toename 78%.

Slide 22 - Tekstslide

Vermenigvuldigingsfactor

Afname van 23%, dan is NIEUW = 0,77 * OUD
0,77 noemen we dan de vermenigvuldigingsfactor.

Omgekeerd hoort bij een factor van 0,12 een procentuele afname van 12%.

Slide 23 - Tekstslide

Opgave 21
In periode 2000-2005 nam het aantal passagiers van zee cruiseschepen in Amsterdam toe met 40%.
In de periode 2005-2010 was de toename maar liefst 50%. Bereken de procentuele toename in de periode 2000-2010.


Toename van 40% is een vermenigvuldigingsfactor van 1,4.
Toename van 50% is een vermenigvuldigingsfactor van 1,5.
Antwoord is 1,4 * 1,5 = 2,1. Wat is nu de procentuele toename?

Slide 24 - Tekstslide

Vragen over het huiswerk?
3, 4, 5, 6, 9 en 10.

Slide 25 - Tekstslide

Aan de slag
Maak opgave 14, 15, 16, 17, 22, 23 en 24

Slide 26 - Tekstslide