1D H4.3: tijdsvolgorde en verwijswoorden

1D Lezen H4.3
Tijdsvolgorde
Verwijswoorden
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

1D Lezen H4.3
Tijdsvolgorde
Verwijswoorden

Slide 1 - Tekstslide

Welke tekstverbanden hebben jullie al geleerd?

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Link

Tekstverband: tijdsvolgorde
Tijdsvolgorde geeft aan in welke volgorde dingen gebeuren.

Eerst ging ik naar school, daarna moest ik naar voetbaltraining.

Signaalwoorden: eerst, daarna, voordat, nadat, toen, terwijl, zodra, ten slotte.

Slide 4 - Tekstslide

Maak zelf een zin met het signaalwoord "nadat".

Slide 5 - Open vraag

Joop ging vanmorgen met de auto naar zijn werk. Onderweg kwam Joop erachter dat Joop zijn telefoon was vergeten waardoor Joop weer terug naar huis moest rijden. Hierdoor kwam Joop te laat op het werk.

Wat valt je op en wat zou je veranderen aan deze tekst?

Slide 6 - Tekstslide

Verwijswoorden
Verwijst naar iets wat al eerder is gezegd: woord, woordgroep, zin. 

Doel: prettiger lezen

Voorbeeld: Janneke vindt het jammer dat ze dit jaar niet op vakantie gaat.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is geen verwijswoord?
A
Ze
B
Dit
C
Erop
D
Ik

Slide 8 - Quizvraag

Maak zelf een zin met twee verwijswoorden erin.

Slide 9 - Open vraag

Aan het werk...
Maken van H4.3: 10, 11abcd, 13, 14.
- Je mag samenwerken, wel op fluistertoon
- Muziek luisteren is toegestaan
- Tijd tot het einde van de les
- Klaar? Diataal. Ook af? Iets voor jezelf doen.
+ extra opdracht: instructie. DIt komt nog op Classroom. 

Slide 10 - Tekstslide