2.7 De opbouw van het laagland
Waterpaslandschap. Benedenloop van een rivier is meestal vlak en veelal monden rivieren uit in een zee. Stroomsnelheid is laag en ook de fijne kleideeltjes sedimenteren. Laagsgewijze opbouw. Er ontstaat nieuw land,
delta's. (Mississippi, Nijl, Rhône).
Wanneer de rivier uitmondt in een zee met groot eb en vloed verschil, stroomt zeewater bij vloed de riviermonding in. Bij eb zinkt in de rivier sediment, er ontstaan zandbanken. Langs deze zandbanken ontstaan eb en vloed geulen. Er ontstaat een trechtervormige monding: estuarium (Theems, Schelde).
Sedimentlagen op diepte (> 100 meter) VERSTENEN.
* Zand ---> zandsteen * Klei ---> Schalie
* Grind ---> conglomeraat.
Geen sedimentatie, dan opeenhoping van schelpen en kalkskeletjes ---> kalksteen