Les 4 - 03062025 - Herhaling stabiele zijligging - rautek - snelverband

1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
GesMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stabiele zijligging, rautekgreep en snelverband..........

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:

  1. Vooraf:
    Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen

  2. Instructie:
    Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen

  3. Toepassing:
    Actieve verwerking, Formatief handelen 

  4. Evaluatie:
    Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Startklaar
  • Jassen uit over de stoel. 
  • Oordopjes uit.
  • Kauwgom uit.
  • Telefoon in zakkie in je tas.
  • Tas op de grond onder je tafel.
  • Ga op je plek zitten.
timer
3:00

Slide 5 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Wat gaan we doen vandaag?
  • Herhaling vorige les. 
  • Herhaling theorie stabiele zijligging.
  • Oefenen stabiele zijligging.
  • Nabespreken oefening stabiele zijligging. 
  • Theorie Rautekgreep.
  • Oefenen Rautekgreep.
  • Nabespreken oefening Rautekgreep. 
  • Theorie snelverband.
  • Oefenen snelverband.
  • Nabespreken oefening snelverband. 
  • Terugblikken les en  lesdoelen.
  • Afsluiting les.  

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Lesdoelen
  1. Na de les kan ik de stabiele zijligging uitvoeren volgens de opgestelde criteria. (T1)
  2. Na de les kan ik de rautekgreep uitvoeren volgens de opgestelde criteria. (T1)
  3. Na de les kan ik uitleggen wanneer je een snelverband gebruikt. (R)
  4. Na de les kan ik een snelverband aanleggen. (T1)

Slide 7 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
Denken Duo Delen
Wat weet je nog over de vijf stappen van EHBO?
  • Denken: Denk eerst zelf goed na. Dit doe je in stilte!

  • Duo: Bespreek heel zacht met je buurman/vrouw je antwoord.
  • Delen: Vertel aan de klas wat jullie besproken hebben.
timer
1:00
timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als eerste als je een slachtoffer ziet liggen?
A
Ademhaling checken
B
112 bellen
C
veiligheid checken
D
vraag 'gaat het?'

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je de stabiele zijligging?
A
Als iemand zich verslikt tijdens het eten
B
Als iemand bewusteloos is maar nog wel ademt
C
Als iemand bewusteloos is en niet meer ademt
D
Als iemand zijn arm heeft gebroken

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even opfrissen over stabiele zijligging
De stabiele zijligging is een manier om iemand veilig neer te leggen als hij of zij bewusteloos is, maar wel ademt. Het is belangrijk om te zorgen dat de persoon veilig ligt en niet kan stikken.
De stabiele zijligging zorgt ervoor dat de persoon kan ademen en niet kan stikken als er bijvoorbeeld braaksel of speeksel in de mond zit. Het is belangrijk om de persoon goed in de gaten te houden en 112 te bellen voor hulp.
  • Controleer of de persoon bij bewustzijn is.
  • Controleer of de persoon ademt.
  • Geen reactie? Leg de persoon in de stabiele zijligging.
  • Draai het hoofd naar beneden.
  • Zorg ervoor dat de luchtwegen vrij blijven.
  • Blijf de ademhaling controleren. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: Oefenen stabiele zijligging
Hoe: De docent geeft je een stappenplan van de stabiele zijligging. 
Tijd: 20 minuten
Wat: In tweetallen lees je de stappenplan door. Je zoekt in de klas ruimte om met elkaar de stabiele zijligging te oefenen.
Resultaat: Je kan de stabiele zijligging toepassen.
Klaar: Je geeft bij de docent aan dat je klaar bent. De docent komt kijken hoe je de stabiele zijligging uitvoert. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nabespreken uitvoeren stabiele zijligging.
  1. Wat ging er goed bij het uitvoeren van de stabiele zijligging?
  2. Wat ging er minder goed? Waar had je moeite mee?
  3. Wat zou je de volgende anders of beter doen?
  4. Welke tip zou je iemand geven die de stabiele zijligging voor het eerst moet uitvoeren? 
  5. Hoe ging de samenwerking met je klasgenoot?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie over de rautekgreep
Wat is de Rautekgreep?
De Rautekgreep is een manier om iemand snel en veilig weg te halen uit een gevaarlijke situatie. Denk bijvoorbeeld aan een ongeluk, brand, of als iemand op een drukke weg ligt.
Met deze greep kun je iemand verplaatsen naar een veilige plek, zonder dat je de verwondingen erger maakt.

Wanneer gebruik je de Rautekgreep?
Je gebruikt de Rautekgreep als:
• Iemand niet meer zelf kan lopen,
• En het te gevaarlijk is om die persoon te laten liggen.
Bijvoorbeeld: als er brand is, of als er auto’s langsrijden.

Belangrijk!
Wees voorzichtig. Je wilt de persoon geen extra pijn of schade geven.
Je hoeft niet veel kracht te gebruiken, als je de greep goed uitvoert.
De Rautekgreep is alleen voor noodgevallen, als je écht snel iemand moet verplaatsen.


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie over de rautekgreep
Waar moet je op letten bij de Rautekgreep?
1. Wees voorzichtig
Doe het rustig en met zorg.
Als iemand pijn heeft aan de rug of nek, moet je extra voorzichtig zijn.
Verplaats de persoon alleen als het écht moet, bijvoorbeeld als er gevaar is (brand, verkeer, enz.).

2. Blijf rustig
Schrik niet en probeer kalm te blijven.
Zo kun je beter nadenken en de persoon veilig verplaatsen.

3. Controleer of iemand ademt
Kijk of de borst op en neer gaat.
Luister of je adem hoort.
Zorg dat de mond en neus vrij zijn – dus niks ervoor of erin.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting over de rautekgreep:
  • De Rautekgreep is een manier om iemand snel en veilig weg te halen uit gevaar.

  • Je pakt de persoon onder de oksels vast, met je handen over hun borst.

  • Deze greep gebruik je bij bijvoorbeeld ongelukken, brand, of als iemand op een gevaarlijke plek ligt.

  • Blijf rustig en werk voorzichtig, zodat je geen extra pijn veroorzaakt.

  • Denk altijd aan de veiligheid van de persoon én van jezelf.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

In welke situatie wordt de Rautekgreep gebruikt?
A
Als iemand flauwvalt op een stoel
B
Als iemand een gebroken been heeft
C
Als iemand ligt te slapen
D
Als iemand in gevaar ligt en je hem snel moet verplaatsen

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar plaatst de helper zijn handen bij de Rautekgreep?
A
Onder de knieën
B
Rond de enkels
C
Onder de oksels, met handen over de borst
D
Op de schouders

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet de helper eerst voordat hij de Rautekgreep uitvoert?
A
Controleren of het slachtoffer ademt
B
Meteen wegslepen
C
Zijn schoenen uittrekken
D
Schreeuwen tegen het slachtoffer

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is belangrijk voor je eigen houding bij de Rautekgreep?
A
Rechtop staan met gestrekte benen
B
Bukken met een rechte rug en gebogen knieën
C
Zitten tijdens het tillen
D
Alleen met je armen trekken

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom moeten je duimen naar voren wijzen als je de Rautekgreep uitvoert?
A
Dan ziet het slachtoffer wat je gaat doen
B
Dan kun je harder trekken aan de armen van het slachtoffer
C
Omdat je anders de ribben van het slachtoffer kan breken.
D
Omdat het sneller is dan met je duimen naar achteren

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: Oefenen rautekgreep
Hulp: Brein - buur- stappenplan - docent
Tijd: 20 minuten
Wat: In tweetallen lees je de stappenplan door. Je zoekt in de klas ruimte om met elkaar de rautekgreep te oefenen.
Resultaat: Je kan de rautekgreep toepassen.
Klaar: Je geeft bij de docent aan dat je klaar bent. De docent komt kijken hoe je de rautekgreep uitvoert. 
timer
20:00

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nabespreken uitvoeren rautekgreep.
  1. Wat ging er goed bij het uitvoeren van de rautekgreep?
  2. Wat ging er minder goed? Waar had je moeite mee?
  3. Wat zou je de volgende anders of beter doen?
  4. Welke tip zou je iemand geven die de rautekgreep voor het eerst moet uitvoeren? 
  5. Hoe ging de samenwerking met je klasgenoot?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snelverband aanleggen

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snelverband
Wat is snelverband (wondsnelverband of wonddrukverband)?
Snelverband, ook wel wondsnelverband of wonddrukverband genoemd, hoort in elke EHBO-doos. Het is speciaal verband waarmee je snel en makkelijk een wond kunt verzorgen. Het is handig bij ongelukken, sportblessures of andere situaties waarin je snel moet handelen.

Wanneer gebruik je snelverband?
Je gebruikt snelverband bij:
Een diepe snee, bijvoorbeeld tijdens het koken
Een grote schram, bijvoorbeeld na het vallen tijdens het sporten
Een bloederige wond, die snel moet worden afgedekt
Je kunt het gebruiken bij:
Snijwonden
Schaafwonden
Kleinere brandwonden

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snelverband
Voorbereiding: eerst schoonmaken
Voordat je het verband aanlegt, is het belangrijk dat de wond schoon is. Zo voorkom je een infectie en kan de huid beter genezen.
Gebruik hiervoor een reinigingsspray:
• Deze is kleurloos, geurloos en pijnloos
• Geschikt voor gevoelige huid en zelfs voor kleine kinderen
Spray de wond in en dep voorzichtig droog met een schone doek of gaasje.

Wat zit er in wondsnelverband?
Wondsnelverband bestaat uit:
• Een steriel (schoon) wondkussen
• Een elastisch windsel (rekbaar verband om vast te maken)
• Vaak zit er klittenband of een plakstrip aan het uiteinde
Alles zit al aan elkaar vast, dus je hoeft niks extra’s te pakken.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snelverband
Hoe gebruik je het?
1. Leg het wondkussen op de wond
2. Draai het elastische verband stevig om de wond heen
3. Zet het vast met het klittenband of de plakstrip
Het verband is lang genoeg om goed rond een arm, been of vinger te wikkelen.

Waarom is snelverband handig?
• Het dekt de wond goed af
• Het drukt op de wond, zodat het bloeden stopt
• Het beschermt tegen vuil en bacteriën
• Je kunt er jezelf of iemand anders snel mee helpen
• Je bent voorbereid op noodsituaties
• Alles zit al aan elkaar: snel, makkelijk en veilig

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: Oefenen snelverband aanleggen
Hulp: De docent geeft je een stappenplan van het aanleggen van een snelverband. 
Tijd: 20 minuten
Wat: In tweetallen lees je de stappenplan door. Je gaat om de beurt bij elkaar het snelverband aanleggen.
Resultaat: Je kan een snelverband aanleggen.
Klaar: Je geeft bij de docent aan dat je klaar bent. De docent komt kijken hoe je het snelverband hebt aangelegd. 
timer
20:00

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nabespreken snelvebrand aanleggen.
  1. Wat ging er goed bij het aanleggen van het snelverband?
  2. Wat ging er minder goed? Waar had je moeite mee?
  3. Wat zou je de volgende anders of beter doen?
  4. Welke tip zou je iemand geven die voor het eerst een snelverband moet aanleggen? 
  5. Hoe ging de samenwerking met je klasgenoot?

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nabespreken les

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Lesdoelen
  1. Na de les kan ik de stabiele zijligging uitvoeren volgens de opgestelde criteria. (T1)
  2. Na de les kan ik de rautekgreep uitvoeren volgens de opgestelde criteria. (T1)
  3. Na de les kan ik uitleggen wanneer je een snelverband gebruikt. (R)
  4. Na de les kan ik een snelverband aanleggen. (T1)

Slide 36 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Klik op de spinner
Formatief evalueren

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Ben je blij met het resultaat?
😒🙁😐🙂😃

Slide 39 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Eindslide

Ruimte voor een afsluitend woord.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies