Quantifiers

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

I love to count...

much / many / a lot of / (a) few / (a) little

much / many / a lot of/lots of	veel
few / little	weinig
a few / a little	een paar, een beetje

VEEL

MUCH / MANY / A LOT OF

Maar welke gebruik wanneer? Uhhh...

Een aantal dingen waar je op moet letten.

TELBAAR en ONTELBAAR

Woorden die je in het meervoud kunt zetten > TELBAAR

Bijv. girl > girls, dog > dogs etc.

Woorden die je niet in het meervoud kunt zetten > ONTELBAAR

bijv. money / music / water

Dan kennen we ook 3 soorten zinnen

+ bevestigend

Anke is the best teacher at UC. 

- ontkennend

Anke doesn't like children. 

? vragend

Does Anke like going on vacation?

NU IN EEN MAKKELIJK OVERZICHT

	telbaar	ontelbaar
? / - zinnen	MANY	MUCH
+ zinnen	A LOT OF	A LOT OF

Voorbeelden met 'VEEL'

Anke eats a lot of chocolate. 

(chocolate = ontelbaar, de zin is bevestigend)

Does Anke buy many shoes?

(shoes = telbaar, de zin is vragend)

Anke doesn't drink much alcohol. 

(alcohol = ontelbaar, zin is ontkennend)

WEINIG

FEW / LITTLE

Maar welke gebruik je wanneer? Uhhh...

Een ding waar je op moet letten.

TELBAAR en ONTELBAAR

Woorden die je in het meervoud kunt zetten > TELBAAR

Bijv. girl > girls, dog > dogs etc.

Woorden die je niet in het meervoud kunt zetten > ONTELBAAR

bijv. money / music / water

NU IN EEN MAKKELIJK OVERZICHT

telbaar	ontelbaar
FEW	LITTLE

Voorbeelden met 'WEINIG'

Few teachers have a sense of humour. 

(teachers = telbaar)

Anke drinks little alcohol.

(alcohol = ontelbaar)

EEN PAAR / EEN BEETJE

A FEW / A LITTLE

Maar welke gebruik je wanneer? Uhhh...

Een ding waar je op moet letten.

TELBAAR en ONTELBAAR

Woorden die je in het meervoud kunt zetten > TELBAAR

Bijv. girl > girls, dog > dogs etc.

Woorden die je niet in het meervoud kunt zetten > ONTELBAAR

bijv. money / music / water

NU IN EEN MAKKELIJK OVERZICHT

telbaar	ontelbaar
A FEW	A LITTLE

Voorbeelden met 'EEN BEETJE / EEN PAAR'

Anke has a few friends. 

(friends = telbaar)

Anke doesn't drink a little water. 

(water = ontelbaar)

Some, any

Some → Gebruik je in bevestigende zinnen en vragen waar je een positief antwoord verwacht (aanbod, verzoek).

Any → Gebruik je in ontkennende zinnen en meeste vragen.

Quiz Time

Fill in the correct quantifiers.

Use: much, many, (a) little, (a) few

The President had ... power.

1. few
2. little

They have had ... homework in mathematics recently.

1. much
2. many

There are ... biscuits in the packet.

1. a few
2. a little

She has ... friends.

1. much
2. many
3. a lot of
4. lots of

We've got ... time before the plane leaves.

1. few
2. little

They have ... customers

1. much
2. many

There are so ......... books on the shelf.

1. much
2. many
3. little
4. few

He has ............. friends because he’s very shy.

1. much
2. many
3. little
4. few

She has .............. patience for rude people.

1. much
2. many
3. little
4. few

There is too ........... noise in the classroom

1. much
2. many
3. little
4. few

I have ........ money in my wallet.

1. some
2. any

I don’t have ..... money left.

1. some
2. any

Do you have ............ brothers or sisters?

1. some
2. any

Would you like ....... coffee?

1. some
2. any

What are you going to do now?

Maak het werkblad. 

Check de antwoorden. 

Klaar? Check of je de opdrachten af hebt in LB

4.1 A,B,C; 4.2 A,B,C

Klaar? Opties: Ga woorden leren in quizlet of ga naar stepping stones online en oefen met grammar of woorden in slim stampen